Declan Alexei Keller
20 Years | Fell of a cliff | The hallway | Grayson and Olivia
Ergens heel vroeg in de ochtend was Declan nog zijn bed uit geweest. Hij had een sprintje getrokken naar de eetzaal, had voor zijn gevoel het halve ontbijt mee geplunderd, en was daarna ongezien waar terug naar zijn kamer gerend. Daarna had Declan de warmte van zijn bed niet meer verlaten, de hele ochtend had hij daar wat gelegen, pulkend aan verschillende ontbijt muffins. Zo nu en dan duwde hij wat kruimels naar binnen, maar echt veel kon hij niet door zijn keel krijgen. Declan had het geprobeerd, maar al dagen at hij slecht. Waar hij vroeger gek was op eten en altijd wel iets in zijn hand had leek niks hem nu meer te smaken. Declan zijn kamer lag bezaaid met eten, broodjes waar slechts één hapje uit miste, pakjes koekjes die volledig tot gruis waren gestamd, de meeste dingen had Declan in kleine stukjes gebroken. Hij hield zich zelf bezig door zijn eten in kleine porties te vedelen, porties die hij nooit opat. De eerste dagen had Declan nog geprobeerd de kruimels in ieder geval een beetje uit zijn bed te houden, maar ook dit had de jongen opgegeven. Hij bade inmiddels in de kruimels.
Als Declan zijn moeder zijn kamer zo had gezien, dan had ze hem meteen een stofzuiger en heel wat stofdoekjes in zijn handen geduwd, maar zijn moeder... die was er niet. Die was hier niet, wat hier ook maar mocht zijn. De gedachten aan zijn moeder zorgde er voor dat de knoop in Declan zijn maak enkel maar verstrakte. De muffin die hij in zijn handen had kneep hij nu fijn, de kruimels rolden over hem heen, zo zijn shirt in. Een zucht rolde over Declan zijn lippen, maar hij deed niks, zijn lichaam was al bezaaid met kruimels die paar extra deed er nu ook niet meer toe.
Bijna was Declan weer weggedommeld, dat was de staat waar hij continu in was geweest de afgelopen dagen. Was hij niet eten uit elkaar aan het rukken dan lag hij te slapen, heel soms had hij zijn gezicht nog eens aan de andere mensen hier laten zien, maar zelf dit had hij tot een minimum gehouden. Hij wou niemand zien, hij wou niet dat een van deze mensen zag hoe slecht hij er wel niet aan toe was. Zelf nu wou Declan een goede indruk op deze mensen achterlaten, maar hij wist dat hij momenteel niet instaat was dit te doen en dus had hij zich verstopt in zijn kamer. Bijna was Declan dus weer weggegleden in zijn slaap, maar er was iets wat hem tegenhield. Een stem die plotseling klonk.
‘Beste gasten van Hotel Entropy; daar we continu de best mogelijke service willen bieden, hebben we ons aanbod aan verdiensten uitgebreid — speciaal voor u! Vanaf heden kan u in kamer 104 het antwoord op één alom gestelde vraag vinden: ‘Wie gaf er om mijn dood?’ Opgelet; het Hotel staat niet in de voor enige emotionele schade welke dit mogelijks kan brengen. Bedankt voor uw aandacht, en geniet van de rest van uw verblijf!’
Declan fronste, het duurde even voordat hij de woorden kon plaatsen, het duurde zelf even voordat hij de stem kon plaatsen. Een liefelijke vrouwenstem had hem toegefluisterd, zijn moeder, realiseerde Declan zich toen. Was dit hoe snel hij de stem van zijn moeder zou vergeten? Zo snel dat het hem nu al moeite had gekost om dit naar boven te halen, maar nu wist hij het zeker het was zijn moeder die hem toe had gesproken.
Toen Declan over de eerste shock heen was herhaalde hij de woorden die hem net toe waren gefluisterd in zijn hoofd, kamer 104, hij moest naar kamer 104, of juist niet? Declan wist niet of hij het wel wou weten, want wat had hij nou uiteindelijk aan deze informatie. Zou het hem echt verder helpen om te weten hoe mensen op zijn dood reageerde. Zijn dood... nu pas drongen deze woorden tot Declan door. Was het nu zeker? Was zijn leven geëindigd? Declan snapte er niks meer van.
Verdwaasd kroop Declan zijn bed uit, langzaam veegde hij de kruimels van zijn lichaam af, hij ging met zijn hand door zijn haren om de muffin uit zijn donker blonde haren te halen. Declan verwisselde zijn shirt zelf nog, waarna hij toch een blik in de spiegel durfde te werpen. De jongen die terug staarde zag er verwilderd uit, haar wat alle kanten opstond, ogen die triest voor zich uit staarden. Over zijn kleding was Declan zeker ook niet te spreken, hij droeg al dagen dezelfde grijze joggingsbroek, gepaard met een zwart shirt zonder sokken of schoenen. Misschien had Declan zich zelf moeten fatsoeneren, iets anders aan moeten trekken, maar ergens ging de jongen er vanuit dat hij niemand tegen zou komen. Het was hem de laatste paar dagen ook gelukt de gangen door te sneaken zonder dat hij iemand tegen het lijf aan liep, waarom zou het hem nu niet lukken?
Nog altijd wist Declan niet of hij naar deze kamer 104 zou gaan, maar hij kon altijd kijken wat er was, hij hoefde niet perse zijn eigen informatie te bekijken. Op zijn tenen liep Declan door de gangen, als hij stil was zou niemand hem misschien opmerken. Tenminste dat was wat Declan hoopte, maar toen hij voor een moment niet goed oplette stond hij ineens recht voor twee andere gasten. Een paar seconden staarde Declan de twee verdwaasd aan. 'Olivia en Grayson... toch?' mompelde Declan uiteindelijk verdwaasd, hij meende dat hij zichzelf wel aan iedereen had voorgesteld, maar hij had ze niet vaak genoeg gezien om alle namen volledig te kunnen onthouden. 'Hi... hoorden jullie dat net ook?'
[ bericht aangepast op 18 maart 2018 - 17:48 ]
I could be your perfect disaster, you could be my ever after.