George weasley
Campbell stormde nog voordat ik iets kon zeggen de bezemkast binnen en sloot de deur achter ons op slot toen ik ook binnen kwam lopen. Hij ontdooide Angelique zodat ze kon bewegen, en drukte meteen de drankje tegen haar lippen aan zodat ze het op dronk. Ja, letterlijk op. Campbell schonk iets te veel. Namelijk alles. En na een korte stilte waarin Angelique wat wakkerder werd, begon Campbell te praten.
Waar heb je míjn haar verstopt voor de wisseldrank die je wilde bereiden? het bleef even stil voordat ze begon. Je kon duidelijk aan haar stem horen dat ze vocht tegen de vloeistof, maar dat lukte sowieso niet en ik grimaste toen ze begon met praten.
Toen we op de brug vielen viel hij op het ijs op de meer.
Campbell wierp me een opgelucht blik en ik kruiete mijn armen met een blik van triomf. Ik wist het wel dat snape ons wederop sou helpen. Ik wilde net iets zeggen toen Angelique verder ging.
Ik weet wat jij bent; een vieze dooddoener. Ik had je het liefst allang om zeep geholpen maar ik weet dat ik George dan pijn zou doen. Ik zal geduldig zijn; ik weet dat jij hem vroeg of laat pijn doet; hem ruïneert en dan zal hij zien dat ik gelijk had. Dan zal hij jouw ware gezicht zien. Een gruwel; een psychopaat die zich schuil houd achter slechts een gezicht.
Ik fronste mijn wenkvrauwen en een lach sierde om haar lippen. Hoe weet zij dat.. waarom zegt ze dit? Een soort woedde borrelde er in mijn onderbuik maar ik liet het niet merken.
'Camp, zullen we maar gaan..'
Vroeg of laat worden Georges dagen donkerder. Zijn ziel breekt in tweeën maar zijn hart veranderd in duizend stukjes terwijl jij er niks aan over houd. In tegendeel jij zal de finale klap voor zijn fragiele hart wezen. Jij zal degene volgen en hem achter laten in de diepte. Gewoon om je eigen hachje te redden terwijl die van George verloren is. Maar ik zal er voor hem zijn en ik zal jou zoeken.
Verbaasd bleef ik maar toeluieteren en ik wilde iets zeggen, tegenspreken en woest zijn, beweren dat ze ongelijk heeft maar ik blijf maar stokstil staan.
Denk je dat je George ooit gelukkig zou kunnen maken; Campbell naast slechts het lust van zijn hart? Als ik jou was zou ik zo ver als ik kon van hem vandaan blijven. Misschien mijzelf van kant maken. Ik zou niet zon leven willen hebben.
Ik- ik ga ernaar zoeken. zei Campbell snel en stormde de bezemkast uit, ook al was die nog op slot. Langzaam keek ik Angelique in de ogen aan. Heeft ze dat net verteld? Was dit dior te veel waarheidsdrank of.. oh god, het was de waarheidsdrank. Mijn handen vormden een fuist en met al mijn kracht probeerde ik kalm te blijven, maar dat lukte niet.
'Verdomme Angelique.' Siste ik zachtjes en voor ik het wist stormde ik op de meid af en drukte haar van haar polsen tegen de muur aan.
'Liever praat ik voor mezelf, ik ken Campbell beter dan jij kent. Wie ben jij dat je alles weer eens probeert te verpesten? Je jaloerse acties, je wraak je stompzinnige praatjes, alles ben ik het zat.' Ik stak mijn stok naar haar uit en richtte het vervolgens op haar polsen die ik met een simpele spreuk het vast liet plakken tegen een muur aan. Maar mijn hart schreeuwde om meer, dat dit niet genoeg was. Alweer richtte ik mijn stok naar haar en ging verder.
'Geef het op, dit is slechts fataal hoop van jou. Als je nog een keer, nog een keer tussen mij en Campbell komt, ik zweer in merlijns naam dat je niet meer af bent van mij, want dat wil je toch ook zo graag? je weet wie ik ben.' Om het duidelijker te maken hees ik mijn stok op en liep terug naar de deur om. Met nog een laatste blik op Angelique, liep ik snel weer terug naar haar, pakte een bezem en propte de handvat in haar mond voordat ik de deur uit liep die ik met een harde klap dixhtgooide, het op slot zette en richting het meer toe liep die ze beschreef. Ik zag Campbell bij de rand staan. Even stond ik stil. Ik haat mezelf zo erg om over dit te denken, maar wat Angelique zei heb ik zo vaak gehoord en tot mijn eigen ergenis begin ik er ook aan te geloven. Met een hand ging ik door mijn haren en zuchtte even waarna ik naast hem kwam staan en de ijs op het meer aan staarde.
'Heb je - heb je de flesje met je haar gevonden?' Vroeg ik aan hem. Ik wist dat hij aan haar woorden zqt te denken, beter dat ik er niet mee begin en hopen dat Campbell er ook niet aan begint met praten want dat maakt alleen alles nig erger.
Saving people, hunting things, the family business デ--▸