• There is a battle of two wolves inside us all.
    One is evil. It is anger, jealousy, greed, resentment, lies, inferiority and ego.
    The other is good. It is joy, peace, love, hope, humility, kindness, empathy and truth.

    The wolf that wins? The one you feed.


    27 januari 2013
    Het is overal op het nieuws; twaalf tieners uit Idaho zijn vermist. Ze zijn allemaal voor het laatst gezien in en rondom Idaho Panhandle National Forest. De politie staat voor een raadsel en heeft de hoop om de tieners levend terug te vinden opgegeven. Heel af en toe wordt er nog door nabestaanden gezocht in een klein gedeelte van het bos, maar zonder succes.
    Wat zij niet weten is dat deze tieners er voor gekozen hebben om nooit meer terug te komen. Ze hebben hun veilige thuis achtergelaten om verder te leven in de bossen van Idaho. Niet omdat ze dat per se willen, maar omdat ze zich niet meer thuis voelden tussen de "gewone" mensen. Dit komt doordat zij een gave hebben namelijk dat ze in een wolf kunnen veranderen. De tieners hebben deze verandering nog niet onder controle, wat hen erg kwetsbaar maakt in de gewone wereld. Ze zijn allemaal individueel vertrokken naar het bos maar wel allemaal met dezelfde reden: de verandering onder controle proberen te krijgen.
    Onderlinge ontmoetingen zijn onvermijdbaar, en al snel vormen ze een groep. Maar langzamerhand groeit de groep uit elkaar. Ze vormen dan twee groepen, met twee verschillende ideeën over hun gave. De ene groep wordt arrogant, ze denken alleen maar aan zichzelf en willen hun gave gebruiken om slechte dingen te doen. Terwijl de andere groep hele andere bedoelingen heeft. De twee groepen beginnen elkaar te haten voor hun verschillende manier van doen en laten.

    Bij wie hoor jij? Ben jij geboren om te vechten voor jezelf? Of ben je geboren om te vechten voor anderen?


    ROLLEN
    (In het begin zitten alle wolven nog bij elkaar in één grote groep)

    De Goede Wolven:
    Deze wolven willen elkaar helpen, en ze werken samen om de plannen van de slechte wolven te stoppen
    - Luna Mikarta/Simirka - Combattant
    - Christian (Chris) Whinter/Raff - LyraPhoenix
    - Matthew "Matt" Jason Autumn/Diablo - NCIS
    - Eline McMahon/Helia - CrazyGirlxx

    De Slechte Wolven:
    Een groep die wel samen is, maar alleen voor zijn/haar eigen belangen vecht. Het enige wat ze willen is de andere goede wolven vernederen en het liefst ook uitmoorden. (Ze hebben ook andere plannen, maar die ontwikkelen zich wel in de RPG)
    - Lilith Lorelei Blakely/Kali - Assassin
    - Carolina María Casales/Arlis - Lethe
    - Sion Noah Fisher/Valko - Castor
    - Melchior Jack Baynes/Hades Hector
    - Isabelle Eliah Cartez/Aurora - Imagines

    REGELS
    - Minimaal 250 woorden per post
    - Alleen vermoorden en ernstig verwonden als hier toestemming van de user voor is.
    - 16+ mag
    - OOC met [ ], { }, | |, etc.
    - Meld het even als je lang niet aanwezig bent
    - Naamwijziging graag melden
    - Zet de naam van je personage boven je post, en zet de wolvennaam er boven als je in je wolf-gedaante bent
    - 1 personage p.p.


    De RPG begint op het moment dat de tieners net hun huis verlaten of net het bos bereiken. Dit is 's ochtends! Geen van de tieners kent elkaar en ze ontmoeten elkaar pas wat later. Langzamerhand komen er dan een paar kleine groepjes die uiteindelijk de hele groep gaan vormen!


    Rollentopic
    Praattopic

    [ bericht aangepast op 17 feb 2014 - 17:26 ]

    Lilith Lorelei Blakely • Kali

    Hij steekt zijn handen in zijn zakken. "Ik ben Sion," stelt de jongen zich ook voor. "Ik wil wel meelopen. Waar ben je naar op weg?" vraagt hij, waarop ik me alweer half omdraai om dieper het bos in begin te lopen. "Niets specifieks," antwoord ik terwijl ik mijn schouders zo half ophaal en naar hem opkijk om te glimlachen. Hij is minstens één kop groter dan ik ben, maar ik ben dan ook niet erg groot. "Gewoon het bos in, lekker diep en rustig, mooie natuur." kraam ik uit. Het is voor mij echt regelrechte onzin, ik hou niet van de natuur.
    Ik blijf op een rustig tempo lopen, maar kijk ondertussen weer voor me. Ik weet zeker dat ik anders nog eens ga struikelen en ik wil niet onhandig overkomen. Straks gebeurt er iets waardoor ik verander als ik me schaam, of schrik. Het is stil, ik weet even niet wat ik moet zeggen. Vragen stellen over zijn jagerschap ijkt me ook geen goed idee, aangezien dat waarschijnlijk een leugen was. "Kom je hier vaker?" vraag ik dan maar, een stomme openingszin die ik al veel te vaak gehoord heb. Al klinkt het naar mijn idee toch beter hier dan ergens anders.
    "Ik niet," antwoord ik snel. "Geen natuurexpert hier." grinnik ik erachter aan. Met mijn hand ga ik langs de lange vlecht en trek ik hem langs mijn schouder naar voren waar ik hem laat hangen. Het voelt vreemd, naast deze jongeman lopen. Ik voel me niet zoals ik me normaal altijd voel en dat zorgt voor een bezorgde denkrimpel op mijn voorhoofd.


    Your make-up is terrible

    Melchior Jack Baynes
    De ogen van de onhandig klungel die zonet nog helemaal bovenop me lag, vernauwden toen ik op haar begon te schelden. Niet zozeer op haar persoonlijk, maar vooral op haar onhandigheid. Dat nam niet weg dat zij ook niet op mijn zenuwen werkte met haar stomme opmerkingen en haar vreemde gedrag.
    'Ik kan er ook niks aan doen dat jíj net loopt waar ik struikel,' bromde ze al even hooghartig, wat me nog geïrriteerder maakte. 'En geloof me, als ik had kunnen kiezen dan had ik wel een vriendelijker persoon gekozen. En het is trouwens ook nergens voor nodig om God's naam in ijdel te gebruiken.'
    Ze was irritant én ze geloofde. Straks zou je gaan denken dat ze zo'n irritant Jehovah persoontje was dat niet meer weg zou gaan. 'Als je had gekeken waar je zou lopen, dan zou je niet gestruikeld zíjn,' gromde ik. 'En ik scheld met wie ik wil.'
    Met een klap klapte ik mijn koffer weer dicht en zwierde hem mijn rug op, dat terwijl ik het zand van ‘Wat doe je hier eigenlijk?’ bromde ik op een hebberige toon.
    'Ik kom mijn onzichtbare hond uitlaten.' Hoewel ik nog steeds geïrriteerd was, grinnikte ik toch zachtjes om haar sarcastische humor. Ik wist niet of ze het meende, maar een gevoel voor humor had ze in ieder geval wel. 'Hij zit naast je, als je niet oppast bijt hij je enkel er af.'
    Ik wierp even een blik naast me, alsof er echt een hond zou zitten en keek haar toen terug aan. 'Hij's eng hoor,' speelde ik even met een zucht mee. 'Maar nu ever serieus, dit bos is gigantisch en hier komt nooit een kat en nu zijn er opeens al twee mensen.' Alweer klonk het alsof het bos van mij was. Ik had er gewoon op gehoopt dat ik hier alleen zou zijn en rust zou vinden, lekker kon tokkelen en gewoon kon zingen. Wist ik veel wat. Ik had geen pottenkijkers nodig. 'Er hangt nog een blaadje in je haar,' mompelde ik er nors achteraan.


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    Carolina María "Mia" Casales ~ Arlis
    'Als je had gekeken waar je zou lopen, dan zou je niet gestruikeld zíjn,' gromt de jongeman. 'En ik scheld met wie ik wil.' Ik trek mijn wenkbrauwen op en snuif verontwaardigd. 'Ja, want jij bent zeker zó perfect dat jij nooit ergens over struikelt,' murmel ik sarcastisch. 'En je schelt mooi niet met Zijn naam waar ik bij,' vervolg ik, 'tenzij je het leuk vindt om niet meer heel te blijven,' voeg ik er binnensmonds aan toe.
    Hij gooit zijn gitaarkoffer dicht en gooit die op zijn rug, om vervolgens te brommen wat ik hier doe. Het is nogal een brombeer, duidelijk te merken dat hij het zonnetje in huis is. Op een droge toon vertel ik hem dat ik mijn onzichtbare hond aan het uitlaten ben. De jongeman grinnik zachtjes. 'Hij zit naast je, als je niet oppast bijt hij je enkel er af.' De jongeman kijkt naast zich. Het zou leuk geweest zijn als er echt ineens een hond zou zitten. Hij richt zijn blik weer op mij. 'Hij's eng hoor.' Hij speelt het mee, wat me lichtjes laat glimlachen, maar de zucht die erbij gepaard gaat wijst er weer op dat hij een brombeer is.
    'Maar nu ever serieus, dit bos is gigantisch en hier komt nooit een kat en nu zijn er opeens al twee mensen.' Het klinkt nogal beschuldigend en hij doet weer alsof het gehele bos van hem is. 'Er hangt nog een blaadje in je haar,' voegt hij er al even brombererig aan toe. 'Wat ben je, boswachter?' vraag ik spottend, terwijl ik het blaadje uit mijn haar pluk. 'Het gaat je niks aan wat ik hier doe.'


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    [1DMEGAFAN > CrazyGirlxx]


    ''Cause I've got a jet black heart and there's a hurricane underneath it.''

    Sion Noah Fisher - Valko
    "Niets specifieks," Antwoordt ze op mijn vraag waar ze naar op weg is. "Gewoon het bos in, lekker diep en rustig, mooie natuur." Ik bekijk haar bedenkelijk aan, ze ziet er niet uit alsof ze veel van de natuur houdt. Maar alles kan, dus ik knik. "Zelfde," En dan herinner ik me mijn leugen weer. "Nu ik mijn tas kwijt ben kan ik niet veel anders dan gewoon rondlopen namelijk." Het klinkt weer niet heel geloofwaardig, maar dat boeit me niet meer zoveel. Ze vraagt er niet naar, dus zolang ik gewoon zeg dat ik een jager ben is er niets aan de hand.
    Nadat het een tijdje stil is zegt ze, "Kom je hier vaker?" Het is een bijna wanhopige poging om het gesprek op gang te brengen en ik vind het wel schattig. "Ja, ik ben een jager hè, weet je nog?" Zeg ik waarna ik knipoog. "Ik niet" Zegt ze dan. "Geen natuurexpert hier." Ik vraag me af of het geloofwaardig is als ik zeg dat ik het wel ben, en dan later heel duidelijk laat merken dat ik er echt helemaal niets van weet. "Eh, nouja ik weet wel het één en ander van de dieren die hier wonen."
    Ze kijkt bezorgd, en ik wil haar laten merken dat dat niet nodig is. Al denk ik dat er best een reden is om bezorgd te zijn als je bij mij in de buurt bent. "Wat is er? Ik ben niet één of andere pedofiel hoor." Ik probeer zo luchtig mogelijk te praten, en voor mijn gevoel slaag ik daar best in. "Ik moet even pissen." Grom ik onbeschaamd, en daarna loop ik de bomen in en ga zo ver mogelijk uit het zich met mijn rug naar Lilith toe staan. Dan voel ik het, het gevoel dat ik een paar jaar geleden ook had op school. Toen ben ik op school veranderd, en ik ben bang dat hetzelfde weer gebeurd. Veel tijd om na te denken heb ik niet, want in een paar seconden ben ik niet meer Sion, maar Valko. Ik kan Lilith niet gewoon laten staan, maar ik kan haar ook niet laten zien wat ik werkelijk ben. Ik besluit te huilen, zodat ze misschien op de vlucht slaat omdat ze denkt dat er wolven in de buurt zijn. De huil klinkt angstaanjagend, en ik hoop van harte dat het Lilith afschrikt.

    Lilith Lorelei Blakely • Kali

    Hij knikt op mijn woorden "Zelfde," zegt hij. "Nu ik mijn tas kwijt ben kan ik niet veel anders dan gewoon rondlopen namelijk." Ik grinnik zachtjes om zijn scheve verklaring, maar volgens mij is die van mij even scheef. We blijven even stil terwijl we doorlopen, tot ik vraag of hij hier vaker komt. "Ja, ik ben een jager hè, weet je nog?" zegt hij met een knipoog waardoor ik opnieuw zacht moet lachen. Hierna zeg ik dat ik niet vaak hier ben. "Eh, nouja ik weet wel het één en ander van de dieren die hier wonen." Ik grijns iets naar hem. "Dat zou wel moeten, ja." antwoord ik simpelweg. Ik ben dan ook niet van plan om erop door te gaan.
    "Wat is er? Ik ben niet één of andere pedofiel hoor," zegt hij luchtig waardoor ik met mijn bezorgde frons opkijk naar hem en een glimlach op mijn gezicht tover. "Och, ik maakte me enkel bezorgd om die arme dieren waarop je jaagt," antwoord ik onschuldig, hoewel ik me om zoiets nooit zorgen zou maken. Ik ben niet bepaald een dierenliefhebber. "Ik moet even pissen." gromt hij en ik trek mijn wenkbrauwen op als hij weg loopt. Mannen zijn ook net dieren eigenlijk, zo onbeschoft. Hij verdwijnt tussen de bomen en ik zucht even.
    Enkele seconden later weerklinkt het gehuil van een wolf, akelig dichtbij en op de plek waar Sion verdwenen is. Eerst worden mijn ogen groot, dan knijp ik ze tot spleetjes. Wolven maken me niet bang, waarschijnlijk omdat ik er zelf ook één ben. Daardoor loop ik de richting op waar Sion verdwenen is, tussen de bomen. "Sion?" roep ik zachtjes. "Alles in orde? Volgens mij is er een wolf in de buurt." Als ik dan langs wat bomen loop zie ik ineens een grijze wolf staan, van een behoorlijke grootte. Groter dan ik als ik verander. Even stokt mijn adem in mijn keel als we oog in oog staan.
    Mijn ogen schieten heen en weer, op zoek naar Sion, of resten van hem. Ik vind hem nergens, nergens een spoor dat erop duid dat hij hier was of dat hij ergens anders heen is gelopen omdat hij niet antwoord. Argwanend kijk ik weer terug naar de wolf. "Je hebt heel wat uit te leggen, jager," grom ik hem zachtjes toe, het woord 'jager' spreek ik sarcastisch uit.


    Your make-up is terrible

    Melchior Jack Baynes - Hades
    ‘O ja, wat ga je doen?’ grinnikte ik geamuseerd op haar binnensmondse opmerking, helemaal niet overtuigd van het feit dat deze jongedame me ooit een haar zou kunnen krenken. Dat verwachtte ik toch niet, ze wist in ieder geval niet wat ik was of wat ik allemaal zou kunnen en ze was een vrouw, ik verwachtte niet eens dat ze iets zou doen.
    Het meisje glimlachte, al begreep ik helemaal niet waarom. Haar aanwezigheid stelde me allesbehalve op mijn gemak, zeker nu ze zo eng stond te glimlachen. 'Maar nu ever serieus, dit bos is gigantisch en hier komt nooit een kat en nu zijn er opeens al twee mensen.' De enige reden waarom ik van onderwerp veranderde was omdat ik dit onderwerp naar mijn mening helemaal de verkeerde kant uitging. 'Er hangt nog een blaadje in je haar.’
    'Wat ben je, boswachter?’ Mijn gezicht vertrok bij haar spottende toon, maar toch veranderde mijn houding.
    ‘Gewoon nieuwsgierig,’ antwoordde ik simpel. Misschien ging ze wel weg als ik al mijn charmes in de strijd zou gooien.
    'Het gaat je niks aan wat ik hier doe.'
    Ik moest mijn uiterste best doen om een diepe zucht in te houden. ‘Wat jij wil, jonge dame. Ik weet niet wat jij nog allemaal gaat doen met je onzichtbare hond, maar ik ga…’ De enige reden waarom ik haar écht weg wilde, was omdat ik in alle rust op mijn gitaar wilde kunnen tokkelen en gitaar spelen. Ze werkte ook wel op mijn zenuwen, maar dat deed zowat iedereen en daar wende je na een tijdje wel aan.


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    Carolina María "Mia" Casales ~ Arlis
    'O ja, wat ga je doen?’ grinnikt hij geamuseerd. Typisch zo'n jongen die meisjes onderschat. Eikels. Nonchalant haal ik mijn schouders op. 'Dat merk je dan van zelf wel.' Nu ben ik degene die geamuseerd glimlacht. 'Als je het nog durft tenminste.'
    'Maar nu even serieus, dit bos is gigantisch en hier komt nooit een kat en nu zijn er opeens al twee mensen.' Alsof hij nog nooit eerder iemand in een bos heeft gezien. Dat hij nou nooit naar het bos gaat, wil niet zeggen dat anderen het ook niet doen. 'Er hangt nog een blaadje in je haar.’
    'Wat ben je, boswachter?’ spot ik terwijl ik het blaadje uit mijn haar trek. Zijn gezicht vertrekt, maar er komt wonder boven wonder geen sarcastische opmerking van hem. ‘Gewoon nieuwsgierig,’ antwoordde ik simpel. Misschien ging ze wel weg als ik al mijn charmes in de strijd zou gooien.
    'Het gaat je niks aan wat ik hier doe.' En dat zal ook het antwoord zijn dat ik zal blijven geven. Hijzelf zou het waarschijnlijk ook niet zeggen. ‘Wat jij wil, jonge dame. Ik weet niet wat jij nog allemaal gaat doen met je onzichtbare hond, maar ik ga…’ Ik knik. 'Oké, veel plezier met boswachtertje spelen.' Ik wacht tot hij weg loopt en loop dan zelf ook weg. Haast in dezelfde richting, maar iets meer afgebogen naar het westen. Ik moet eigenlijk maar alvast een plek zoeken waar ik vanavond kan slapen. In wolfvorm dan, want ik ben niet van plan hier in mijn mensenvorm te gaan slapen. Je weet maar nooit wat voor engerds er rond lopen.

    Na een tijdje gelopen te hebben hoor ik het geluid van een gitaar, waardoor mijn aandacht gelijk getrokken wordt en ik haast als automatisch richting het geluid begin te lopen. Instrumentale muziek spreekt mij altijd wel aan. Naarmate ik dichterbij kom, hoor ik dat er ook iemand bij zingt. Het klinkt niet slecht. Mijn gezicht betrekt echter wel iets wanneer ik bij de bron van het geluid uit kom: het is die jongen van zonet, hij zit met zijn rug naar mij toe. 'Als je niet wilt dat mensen je lastig vallen, dan moet je ook niet op een openbare plek gitaar gaan spelen,' zeg ik, met de nadruk op openbare. 'Zeker niet als je het goed kan,' vervolg ik, waarna ik tegen de boom aanleun.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Sion Noah Fisher - Valko
    Ik blijf staan als ik Lilith door het bos zie lopen. Ze roept mijn naam en kan me natuurlijk nergens vinden. Intussen zijn mijn hersenen druk bezig met het verzinnen van een oplossing, maar ik kan niets bedenken. Een lichte paniek laait op als ze steeds dichterbij komt. Nee, blijf weg. De woorden klinken niet meer menselijk uit mijn mond, het zijn niet eens meer woorden. Het is gegrom, en Lilith zal het niet begrijpen.
    "Je hebt heel wat uit te leggen, jager." Zegt ze sarcastisch terwijl ze naar me kijkt.
    Het verward me, en ik snap niet wat ze daarmee bedoelt. Had ze het tegen mij? Of zei ze het in het algemeen? Ze kon het niet tegen mij hebben, dat zou betekenen dat ze bekend is met het veranderen. Is ze net als ik? Dat zou aan de ene kant fantastisch zijn, maar aan de andere kant heb ik zo mijn twijfels. Is ze wel te vertrouwen?
    Veel meer tijd om erover na te denken heb ik niet, want mijn vacht begint te verdwijnen en mijn klauwen veranderen in menselijke vingers en nagels. Shit, nu moet ze wel net als mij zijn, want anders kan ik haar beter vermoorden. De gedachte dat ik haar zou vermoorden maakt me niet eens bezorgt, alles wat ik voel is de adrenaline die door mijn bloed stroomt. Wolven zijn moordenaars, en ik dus ook.
    Als ik weer recht voor haar sta in mijn normale vorm, grijns ik onzeker. Dit is het moment van de waarheid. Alhoewel, ze kan ook liegen en zeggen dat ze normaal is terwijl ze dat niet is, maar ik ga er nu maar even van uit dat ze de waarheid zal zeggen.
    "Dus," Mompel ik, terwijl ik op mijn nagels bijt - een slechte gewoonte die ik al sinds mijn jeugd heb. "Geen jager."

    christian Whinter//Raff
    Ik zag dat de witte wolf geen bedreiging voor me vormde en ik tussen de struiken weer verdween. Ik draafde over de dode bladeren en wist dat ik me ergens weer in een mens moest veranderen.
    Ik bleef staan bij een beekje en de rillingen liepen door mijn vacht. Ik hield totaal niet van water, alleen het was een middel om ons in leven te houden. Ik zette mijn voorpoten voorzichtig in het water, maar sprong gelijk naar achter en besloot er maar een weg omheen te zoeken.
    Ik liep langs het beekje en zag een omgevallen boom over het water naar de andere kant lopen, waarbij de wortels heen en weer zwiepte. Ik liep naar de boom, sprong erop en liep over de stronk richting de overkant. Ik sprong van de boomstronk af en belande op de drassige bosgrond, draafde weer verder totdat ik een persoon zag lopen. Mijn wolven instinct borrelde naar boven en ik begon hard te gromen. Net zoals ik bij die andere wolf deed.


    Vampire + Servant = Servamp

    [Zal Eline Chris ontmoeten?]


    ''Cause I've got a jet black heart and there's a hurricane underneath it.''

    CrazyGirlxx schreef:
    [Zal Eline Chris ontmoeten?]


    NCIS had het al gevraagd, maar als het van NCIS goed is, kan het ook allebei.


    Vampire + Servant = Servamp

    [Ok]


    ''Cause I've got a jet black heart and there's a hurricane underneath it.''

    [Ik vind het goed.^^ Alleen zal het me niet lukken om vandaag nog te reageren. Ik zal het echter wel proberen. Ik kan niks beloven.]


    It's not that I don't love our little talks, it's just... I don't love them. ~ Loki

    Melchior Jack Baynes.
    'Het gaat je niks aan wat ik hier doe,’ snauwde ze voor de zoveelste keer en ik besloot er maar gewoon genoegen mee te nemen. Koppige geit dat ze was.
    ‘Wat jij wil, jonge dame. Ik weet niet wat jij nog allemaal gaat doen met je onzichtbare hond, maar ik ga…’
    Het meisje knikte quasi blij dat ik eindelijk wegging. 'Oké, veel plezier met boswachtertje spelen.'
    Er verscheen een grijns op mijn gezicht en ik maakte met diezelfde grijns een buiging. ‘Zal ik zeker hebben,’ antwoordde ik luchtig en draaide me toen om, om weg te benen. Ik liet mijn benen me een heel eind verder brengen, een paar bochten om samen met nog wat vreemde kronkels zodat ik steeds minder snel mensen tegen zou komen. Toen ik zeker was – of toch zo goed als – dat de kust veilig was, zette ik me neer tegen een boom en trok ik mijn gitaar op mijn schoot. Op gevoel sloeg ik het eerste akkoord van Your Bones aan, van Of Monsters and Men. De eerste woorden gleden zachtjes over mijn lippen en al snel werd mijn gezang luider. “In the spring we made a boat, out of feathers out of bones. We set fire to our homes, walking barefoot in the snow…”
    Het voelde goed om even weggedragen te worden door de muziek en voor even rust te hebben. Viel het even tegen toen achter me voetstappen weerklonken. Toch speelde ik gewoon verder.
    'Als je niet wilt dat mensen je lastig vallen, dan moet je ook niet op een openbare plek gitaar gaan spelen,' klonk dezelfde stem van daarstraks achter me. 'Zeker niet als je het goed kan.’
    Ik grijnsde en veranderde plots van lied. Eens zien of we wat toepasselijks hadden op onze situatie. “I'm just an average man, with an average life, I work from nine to five; hey hell, I pay the price. All I want is to be left alone in my average home but why do I always feel like I'm in the Twilight Zone, and I always feel like somebody's watching me. And I have no privacy. Woh, I always feel like somebody's watching me. Tell me is it just a dream?” Zong ik lachend, haar reactie afwachtend. Ik had voor zowat elke situaties een liedje kaar. Ik rukte mijn blik los van mijn hand die de akkoorden vormde en keek haar afwachtend aan.


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov