Isabella Elizabeth Espinoza:
Ik wist niet hoelang ik sliep, maar nu voelde ik me licht. Dat ik zo mijn ogen kon openen en alles weer kon zien. Het leek uren, dagen dat ik in de donker hier zat en het was zo stil. Ik hoorde wel eens stemmen of gehuil, maar ik kon het allemaal niet plaatsen en wist niet wie het allemaal waren. Ik wou dan mijn ogen openen en kijk wie het was, maar het lukte niet. Als of mijn lichaam niet erop wou reageren. Ik voelde niets, alles was donker om mij heen. Ergens voelde dat rustgevend maar er kwam ook angst er bij kijken. Ik wou dat het niet de lang duren, maar het leek voor mijn gevoel wel heel erg lang. Nu was het eindelijk zo ver, dat ik mijn ogen open kon doen en de wereld om mij heen weer kon omarmen. Ik voelde dat er een zware drang weg was, die al de hele tijd op mijn ogen rusten en die het tegenhield om het te openen. Om me te behoeden hoe ik me dan moest gaan voelen en wat ik kon zien gebeuren of wat ik allemaal mee kon maken. Het leek dat mijn lichaam daar voor behoedde en nu was die drang weg en kon ik eindelijk mijn ogen openen. Voor mijn gevoel was het zo makkelijk om mijn ogen te openen, maar in het werkelijkheid was het een hele opgave. Ik opende mijn ogen en gelijk deed ik hem dicht, omdat felle licht in mijn ogen scheen en dat mijn arm, hoofd en mijn ribben begonen te steken en ik kreunde van de pijn. Een kotsmisselijk gevoel kreeg ik en pijn dat je gewoon het liefst weer in een coma wou belanden om het niet te voelen. Ik probeerde mijn ogen weer te openen en keek met spleetoogjes door de kamer. Ik lag op bed, dat voelde ik, maar ergens klopte het niet. Meestal lig je in een ziekenhuis bed en iedereen die om je gaf zat naast je en hoopte dat je wakker werd. Maar tot mijn verbazing was dat niet zo en de kamer was anders. Ik kon moeilijk ademhalen door mijn ribben, die blijkbaar wat hadden. Ik kon me nu niets meer herrineren wat er was gebeurd en heel eerlijk, ik was echt verward. Waar was ik?
Blaine Anderson:
Ik kreunde zachtjes, vanwege dat ik iets voelde en dat het van me afging. Ik opende mijn ogen en zag dat Kurt nu naast mij lag en dat zijn rug naar mij toegekeerd lag. Slaperig wreef ik nog even in mijn ogen en sloeg mijn armen om hem heen en trek hem voorzichtig naar me toe. Ik drukte een liefdevolle kus op zijn hoofd en wreef over zijn arm. 'Heb je lekker geslapen?' vroeg ik bezorgd aan Kurt en wachtte zijn antwoord af. Ik had wel redelijk geslapen, moet ik zeggen. Ik werd wel af en toe wakker, maar voor de rest deed het me wel goed. 'Heb je hoofdpijn?' vroeg ik daarna.
David Lopez:
Ik stond op en vervolgens kleedde ik me om. Ik had best goed geslapen en voelde me uitgerust. Ik liep naar de keuken en maakte mijn ontbijt klaar, die ik vervolgens op at. Ik deed nog andere dingetjes in mijn appartement, waarnaar ik naar mijn andere pand liep om daar zaken te regelen, eenmaal binnen kwam gelijk een bendelid naar me toe. 'Ze is wakker' zegt hij gemeen en ik glimlachte en wenkte dat hij weg kon gaan. Ik liep naar mijn kantoortje en belde Jayden voor het goede nieuws. Nu zou het leuk worden, natuurlijk zouden we haar alles uitleggen, wat er was gebeurd en haar daarna flink duidelijk maken, dat ze niets kan doen er tegen.
One Who Travels A Higher Path.