sorry, beetje *erg* laat :x

Lichtster antwoordde nog niet. Ze dacht na. En toen begon ze te praten. ‘Vlekpels,’ de leider keek haar aan. ‘Het is slim bedacht, maar ik weet wel wat ik doe. Bijenpoot zal hier blijven, en Ganzenvlucht, Spikkeloor, en jij. Ik ga het ze nu vertellen.’ Ze liep weg. Vlekpels was blij dat de leider niet boos werd. Maar ze had wel gelijk, vond Vlekpels, Lichtster wist wat ze deed. Vlekpels vond het ook wel jammer dat ze niet mee kon. Ze wou weten of de clans hier ook ruzie om zouden hebben. Misschien kon ze het aan een van de katten vragen. De zon ging onder en de katten vertrokken naar de vergadering. De katten die overgebleven waren zaten in stilte in het kamp. Vlekpels voelde honger en liep naar de prooistapel. De stapel was best klein, bedacht Vlekpels zich. Ze boog zich om een vogel te pakken, maar twijfelde. Uiteindelijk nam ze geen eten. Op dat moment kwam Spikkeloor aan. Vlekpels likte haar als begroeting. ‘Denk je dat de clan genoeg prooi heeft?’ miauwde Spikkeloor en ging zitten. ‘Ik weet het niet,’ zuchtte Vlekpels terwijl ze ook ging zitten. Spikkeloor likte haar poot even, en miauwde ‘Laten we dan gaan jagen, dan hebben we ook wat te doen.’ Vlekpels knikte, en op dat moment kwamen Bijenpoot en Eekhoornpoot naar hun toe. ‘Neem ons dan mee!’ miauwde Eekhoornpoot. ‘Wij kunnen ook goed jagen!’ Spikkeloor keek even naar Vlekpels, en toen weer naar de twee leerlingen. ‘Wil Ganzenvlucht dan niet met jullie jagen?’ vroeg ze. Bijenpoot schudde zijn kop. ‘Nee, ze zei dat ze ergens heen moest!’ Vlekpels vroeg zich af waarheen, en miauwde toen ‘Jullie mogen wel mee. Spikkeloor neem jij Eekhoornpoot, dan jaag ik met Bijenpoot.’ Spikkeloor knikte en ze liepen met z’n vieren richting de doorntunnel. ‘Waar gaan jullie jagen?’ vroeg Eekhoornpoot. ‘Wij gaan al bij de uilenboom!’ ‘Wij gaan wel naar…’ miauwde Vlekpels en dacht gelijk na. Zandkuil? Nee. Slangenrotsen? Ook niet. Zonnerotsen? Die is nu van de RivierClan. ‘Hoogsparren,’ besloot Vlekpels na een paar seconden na denken. Bijenpoot miauwde niks, maar leek wel blij dat ze eindelijk een keer gingen jagen. ‘Is goed. Ik zie jullie bij de ingang van het kamp bij maanhoog,’ zei Spikkeloor. Vlekpels en Bijenpoot wachtten tot de twee katten niet meer te zien waren, en gingen toen op weg naar de hoogsparren.
‘Kun je al een beetje jagen?’ vroeg Vlekpels terwijl ze soepel over een omgevallen boomstam sprong. ‘Eh, een beetje,’ antwoordde Bijenpoot, die met moeite over de boomstam krabbelde. ‘Het is niet ver meer,’ miauwde Vlekpels. Ze liepen verder. Even later waren ze er. ‘We zijn er,’ mauwde Vlekpels. ‘Hoogsparren. Oké, Bijenpoot, wat ruik je?’ Bijenpoot snoof de lucht op met zijn zwarte neusje. Even was hij stil. Maar opeens riep hij: ‘Prooi! Een vogel volgensmij! Daar ergens!’ hij wees met zijn staart naar een kraai die in de verte niks in de gaten had. ‘Ga hem maar vangen,’ mauwde Vlekpels ‘Maar ik geef je één tip: roep nooit te hard als er prooi in de buurt is, de prooi kan je ook horen en vluchten. Vooral konijnen.’ Bijenpoot knikte en liep rustig op de vogel af. Vlekpels sprong op een boom af en zette haar klauwen in de stam. Voorzichtig klom ze op een van de takken. Er was een andere boom dichtbij, ze zocht een stevige tak uit om op te springen. Ze dook ineen en sprong naar de andere tak. Ze zette kracht maar hoopte dat ze de vogel niet zou wegjagen. De tak wiebelde toen ze neerkwam op de tak. Vlekpels zette haar voorpoten op een tak dichtbij, hield zich vast en kwam zo naar een andere tak. Zo ging ze van boom naar boom, tot ze dichtbij Bijenpoot en de kraai was. Van boven keek ze naar de twee. Bijenpoot had zich bijna helemaal tegen de grond aan geduwt, en kwam langzamer dichterbij. Hij sprong. De vogel sloeg wild met zijn vogels. Net toen Bijenpoot wou bijten, vloog er iets over hem heen. Een havik! Dacht Vlekpels. Wat deed die hier? De havik probeerde de leerling te pakken, die nog steeds probeerde te zorgen dat zijn kraai niet ontsnapte. Toen de havik weer langvloog sprong Vlekpels uit de boom bovenop hem. Ze kwam twee staartlengte’s van Bijenpoot vandaan, in gevecht met de havik. Vanuit haar ooghoek zag de jonge poes dat Bijenpoot naar haar gevecht keek, en dat de kraai wilde ontsnappen. De havik klauwde dichtbij haar oog, dus sloot ze ze en riep. ‘Bijenpoot, bijt de kraai!’ Daarna sloeg de krijger de havik van haar af, die wegvloog en niet meer te zien was. Vlekpels’ schouder bloedde, maar erg was het niet. Ze keek naar Bijenpoot die de vogel had doodgebeten. ‘Vlekpels, je schouder..’ miauwde Bijenpoot langzaam. ‘Ik weet het,’ antwoorde Vlekpels ‘Geeft niet. Die havik komt niet terug. Ik weet zowieso niet wat die vogels hier in het bos doen. Goede jacht Bijenpoot, neem de kraai maar mee naar het kamp. Als Dwaallicht terug komt van de vergadering geneest ze mijn schouder wel.’ ‘Maar…’ mauwde Bijenpoot ‘Doet het geen pijn?’ ‘Het is maar een schram,’ antwoordde Vlekpels. ‘Het kan nog veel erger.’ De oranje-gele leerling met zwarte strepen, pakte de kraai op en liep langzaam naar het kamp. Vlekpels bleef achter hem. Pas bij maanhoog gingen ze de doorntunnel door, en zagen Spikkeloor en Eekhoornpoot al zitten. ‘Wat is er met je schouder?’ vroeg Spikkeloor. ‘Vertel ik je zo wel, Bijenpoot leg je kraai maar op de prooistapel,’ antwoordde Vlekpels. De leerling knikte en liep braaf naar de prooistapel. ‘Vertel over je schouder!’ riep Eekhoornpoot nieuwsgierig. Vlekpels ging bij ze zitten en krulde haar staart rond haar poten. ‘Ik en Bijenpoot waren bij de hoogsparren aan het jagen. Ik keek vanaf een boom hoe Bijenpoot een kraai probeerde te vangen,’ begon ze haar verhaal. ‘Opeens vloog er een havik over Bijenpoot, hij probeerde de kraai te bevrijden en Bijenpoot pijn te doen, ik sprong op de havik en vocht. Ik kreeg zo een schrammetje bij mijn schouder, maar zo erg is het niet. Dwaallicht komt zo terug en geneest het wel. Het is toch nog gelukt de kraai te vangen.’ ‘Een havik?!’ zei Eekhoornpoot ‘Waarom gingen we daar niet jagen, Spikkeloor? Of bij de slangenrotsen! Bijenpoot heeft een gevecht gezien en een havik! Dat wil ik ook!’ Spikkeloor likte haar snorharen even en mauwde ‘Eekhoornpoot, je krijgt genoeg gevechten te zien als je krijger bent. Ga maar naar Bijenpoot en leg je muis op de prooistapel.’

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen