pasfoto

1Drulez

Laatst online: -

Jessica

1Drulez is offline

In your dream

29

dansen zingen lol maken en zoenen xD


iets......

ja ik moest iets over mezelf vertellen
nou je bent ermisschien al achter gekomen ik ben erg bijdehand
een goede eigenschap van me ;) hahaha

de beste mensjes op Q:
minamarauderlolalove1Dsingaxx1Directi0nn Aren´t they 1Derful?

ik houvan:

mezelf, (als iemad niet van zichzelf kan houden kan die ook niet van anderen houden.)
One Direction!! (merk je nogecht niet aan mijn naam, hahaha)
Muziek!!(voorkeur One Direction)
dansen, (het aller beste wat er bestaan, (na One Directionnatuutlijk))


mijn vragen aan jullie:

1. Wie is je grootste idool? (als het een boy band is wil je dan eerst de boyband neer zetten en daarna diegene waarvan je het meest houd uit die boy band.)
2. wat als je jouw grootste idool over straat zag open, wat doe je dan?
3. jouw grootste idool kom je tegen bij een disco, hij/zij zegt dat hij/zij je leukt vind. wat doe je?
4. je ligt op het strand iemand gooit lasagne over je heen, wat doe je?
5. de lelijkste jongen die jij ent zoent je opeens, wat doe je?
6. wat zou je gedaan hebben als je een vis met watervrees was?
7. wat wil jij nog graag doen voordat je dood gaat?
8. word jij ook erg vaak gek van je ouders?
9. vind je deze vragen onzinnig?
10. heb jij alle vragen beantwoord?



mijn antwoorden:

1. One Direction, Harry Styles
2. Ik zou naar hem toe lopen en zijn handtekening vragen en vragen of ik met hem op de foto mag.
3. of flauwvallen (wat ik liever niet doe!) of grijnzen en hem een kus op zijn mond geven. (die wel verder mag gaan als tongzoen of meer.. hahah)
4. ik schreeuw 'Iel!'ik ga het water in en maak me schoon. dan ga ik kijken of ik de mens(en) zie gooi een hele lading ijsklotjes over hun hen wanneer ze het niet door hebben. waar ik die ijslkontjes vandaan haal? uit zo'n kist die dingen koud houd.
5. ik geef hem een bitchclap en schreeuw naar hem 'Wtf! wat doe jij nou?' en dan bedenk ik dat zijn lippen de mijne had geraakt.. en begi dan te schrweeuwen iell!!en ik spoel snel mijn mond om.
6. ja... wat moet ik daar op antwoorden? ik denk nmelijk dat ik dan dood ben. want als ik water vrees heb ga ik het water niet in. en als ik het water niet in ga dan sterf ik, omdat ik water nodig heb xD
7. parachute springen en een wereld reis maken met mijn bff
8. Ja de hele tijd, doe dit doe dat, ik denk dat ik rond mijn negentiene het niet meer uithou daar en dat ik op mezlef ga wonen. maar dat kan ook makkelijk op mijn achtiende zijn. ik bedoelik kook al voor mezelf, ik doe alles al voor mezelf dus ja.. de enige reden om daar te blijven is datik mijn school moet afmaken. en ik denk dat ik zoiezo we snel weg ga bij mijn ouder. want ik wil na du universiteit:)
9. De meestewel,maar ik be goed in onzinnige vragen bedenken xD
10. ja heb ik gedaan :)



One dream. One band. One Direction.


jooooo!!!

1 decennium geleden

1 decennium geleden

13 uur 20 minuten

1299 [24 uur]

0

0

0

0

0

0

1

90

49

17



Gastenboek (29)

  • 1Directi0nn

    sorrysorrysorry voor de late reactie !
    ik zit op VWO.
    & ik heb niet superveel fantasie ofzo. denk ik. ^_^
    Singa zit naast mij en zegt nu; "Geen fantasie? Je schrijft een verhaaaal. Daar heb je fantasie voor nodig."
    (nerd)
    Oké zal ik eens een heel mooi verhaal vertellen dat helemaal nergens op slaat ? ;d oke hier komtie;

    Er was eens een hele stoere smiley, die zag er zo uit;
    (krul) + :Y) + (dance) + varkenssnuit + konijnenoren + wortel in hand.
    ( (dance) < die smiley was Istina's idee. )

    Nou die smiley ging een tosti maken,
    toen kwam er ineens een zombie naar haar toe.
    De zombie zei; "Hey schatje hey schatje, ga met mee mee schatje ik laat jou de onderwereld zien dus kom maar met me meeejeeehee wat is ut probleeeheee dode mensen om ons heeehee ?"
    De smiley keek zo ; :8 en toen zei hij dat hij niet mee wou omdat daar dode mensen zijn en die stinken. De zombie werd razend, en riep:
    "MAAR DAT MOEST VAN ZOMBIBI EN ZOMBIBI 's WIL IS WET!" De smiley haalde zijn schouders op en ging dan toch maar mee.
    Toen gingen ze richting de onderwereld, ze kwamen opweg al vréselijke dingen tegen,
    - een pizza ZONDER kaas, tomatensaus of salame.. HELEMAAL SMAAKLOOS.
    - chocola zonder cacao. (wtf wordt dat dan ? 0_o)
    - de Sint ( van de horrorfilm)
    - Roze smurfen. ROZE smurfen! *flauwval* Waar ging het mis?
    - Een kind van een hond en een kat en een cavia samen. 0_o
    - De onderbroek van iemand die je niet kent, GEDRAGEN
    - En als singa erbij zou zijn: JUSTIN BIEBER.
    - Een afgelebberde sok.
    - Een dode muis die in ketchup is gedoopt, dan in een potje nagellak is gedaan en dan op de barbeque is gelegt.
    - Een kaasschaaf. (Een ouderwetse kaasschaaf waar mee je mensen kan vermoorden)
    - Een clown zónder make-up.
    - een geit die aan het poepen is.


    En toen was de smiley in de onderwereld.
    "KOM MEE NAAR MIJN KAMER" zie Zombibi.
    "Waarom?" vroeg de smiley.
    "DAT ZIE JE ZO!" krijste Zombibi met haar felle stem.
    "Oke" zei de smiley terwijl hij danste ; (dance)
    "Nou," zei zombibi "kom mee"
    en toen sleurde zombibi de smiley aan zijn oor haar kamer in. Ze sloot de deur achter haar dicht en keek de smiley strak aan.
    "Ik moet je wat vertellen," Zombibi's ogen kijken hem emotieloos aan.
    "Maar voor dat ik dat vertel wil ik je naam weten."
    "Ik ben Harry Styles." Zei de smiley.
    Zombibi gilde. "AAAAAAAAH IK WIST HET ! DAAROM WOU IK JE HIER HEEN LATEN KOMEN!" Zombibi sprong op en neer en klapte in haar handen.
    Toen keek ze ineens heel serieus.
    "Maar wat ik je wou vertellen.. Ik scheur de bovenkant van je hoofdhuid + je haar eraf zodat ik een soort van pruik heb, dan geef ik het aan mijn vriendje. Dan heb ik een vriendje die zulk haar heeft als jij!"
    Zombibi keek dromerig.
    "Ik heb goed nieuws en slecht nieuws. Wat wil je eerst horen?"
    Harry styles twijfelde. "Uhm, doe eerst maar het slechte?"
    "Nou oke, omdat ik je haar wil hebben + een stukje van de bovenkant van je hoofdhuid vrees ik dat je dood gaat. MAAR dan laat ik je wel opzetten zodat iedereen nog wel van je mooie gezichtje kan genieten." "En wat is het goede nieuws?" "DAN HEB IK EEN VRIENDJE MET HARRY STYLES HAAR OMFG!"
    Harry styles floot en glimlachte toen.
    Toen kwam er een kaalgeschoren poedel aangerend met Louis op zijn rug die een mitrieur vast heeft.
    Hij schoot zombibi dood.
    De kale poedel, Louis & Harry leefde nog lang en gelukkig samen..
    EINDE!




    ~ Dat is dus het bewijs dat ik geen fantasie heb. :Y)

    xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxloveyoooou NOT !
    ps; gheghe. grapjehoor' & ook bloederige dode kusjes van zombibi.
    een lebber van de kaalgeschoren poedel, Harry, Louis & Singa !

    1 decennium geleden
  • 1Directi0nn

    Sorry ik ga niet heel lang terug reageren, :$
    wantwantwant. *ikhebeenhelegoedereden*
    school.
    JAJA
    school.
    bah.
    veeel te veel huiswerk & leerwerk & boekopdrachten die we moeten inleveren. :((
    nu heb k heel weinig tijd voor quizlet. *huil*
    maar ik ga nu,
    k ga zo naar bed.
    ohja ik heb gereageerd op dat verhaal.
    een hééél mooie reactie.
    (krul)
    *kuch*
    ik ga nu even heel vaak doei schrijven omdat ik geen zin heb om naar bed te gaan;
    doeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoeidoei

    gheghe.
    nu is hij toch wel lang. ^_^
    doeidoeidoei!
    xxxxxxxxxx. (flower)

    1 decennium geleden
  • singaxx

    1. Wie is je grootste idool? (als het een boy band is wil je dan eerst de boyband neer zetten en daarna diegene waarvan je het meest houd uit die boy band.)
    One Direction, Harry Styles

    2. wat als je jouw grootste idool over straat zag open, wat doe je dan?
    Gillen, aahh!! Harry Styles!

    3. jouw grootste idool kom je tegen bij een disco, hij/zij zegt dat hij/zij je leukt vind. wat doe je?
    Zeggen dat ik verliefd op hem ben en dan doe ik hoogstwaarschijnlijk iets erg doms

    4. je ligt op het strand iemand gooit lasagne over je heen, wat doe je?
    Deze heb je van mij xD. Ik zou eerst wat lasagna eten en dan zou ik terug gooien, en boos worden.

    5. de lelijkste jongen die jij ent zoent je opeens, wat doe je?
    Hem weg duwen :) (heb je ook van mij.)

    6. wat zou je gedaan hebben als je een vis met watervrees was?
    Oeh.. Heb je ook van mij.. Het zlefde als Manon.

    7. wat wil jij nog graag doen voordat je dood gaat?
    Jou, Mina en Lola ontmoeten en parachute springen en een wereldreis maken.

    8. word jij ook erg vaak gek van je ouders?
    Ja hoor. :)

    9. vind je deze vragen onzinnig?
    Een gedeelte is van mij dus nee :)

    10. heb jij alle vragen beantwoord? -stiekem wel- NEE, ik ontken alles, ik heb geen van deze vragen gemaakt xD.


    Heey schat zoals je vroeg hahahha love ya(H)

    1 decennium geleden
  • 1Directi0nn

    (krul)

    1 decennium geleden
  • 1Directi0nn

    YEAH JIJ HEBT EEN ABO OP MIJN STORY ÉN JE LAAT MIJN BERICHTJE STAAN. ik vind jou nu al coel.

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen