Zo zat mijn zus gisteren de hele tijd tegen mij. zeg maar zo:(n=mijn zus.s=ik)
n:Waarom kan Henk niet zwemmen?
s:Omdat hij niet kan zwemmen.
n:Nee.Henk is een steen.Waarom kan Henk neit fiesten?
s:Henk is een steen.
n:nee hij heeft geen fiets.Waarom kan Henk niet varen?
s:hij heeft geen boot
n:nee henk is een steen.Waarom ligt Henk in het zand?
s:omdat hij gevallen is
n:nee omdat hij niet in het gras ligt.Waarom ligt henk in de woestijn?
s:Omdat hij niet in de noordpool ligt.
n:nee hij hadt het koud.Waarom ligt Henk in de bergen?
s:Hij hadt het warm.
n:nee henk is een steen.
"Ignite, my love. Ignite."