Ik weet geen titel:
Sinds Andreas, een beste vriend van Bill en Tom Kaulitz, de beroemde tweeling - en bandleden van de band Tokio Hotel - plotseling overlijdt, kan Tom het op een manier verwerken waardoor hij niet in de problemen komt. Hij kan er met iemand over praten, in tegenstelling tot zijn broertje.
Bill daarentegen, houdt zijn verdriet voor zichzelf. Praten over het overlijden wil hij niet, en hij sluit zich elke dag op in zijn kamer. Hij raakt verstrikt in zijn eigen rouw en neigt de afgrond in te gaan.
‘Bill?’ Ik klopte op de deur, hopend dat Bill open zou doen. Maar mijn hoop was slechts een klein beetje, want ik wist bijna zeker dat hij niet open zou doen. Ik klopte nog een keer op de deur.
‘Bill, doe open!’ Geen reactie. Ik zuchtte diep. Sinds Andreas overleden was, deed Bill erg afstandelijk, en wilde hij er nooit over praten.
Ik klopte voor de derde keer op de deur.
‘Kom op, Bill! Doe nou even open!’ Alweer géén reactie. Het irriteerde me mateloos dat hij zijn kamer niet uitkwam. Enkel om naar de wc te gaan, te douchen, te drinken, en om een bord eten van tafel te pakken om mee naar boven te nemen.
En als je hem dan toevallig op dat moment tegenkwam, negeerde hij je volkomen. ‘Verdomme, Bill! Doe open, of ik trap de deur in!’ Weer was het stil. Ik twijfelde geen seconde langer en wilde uithalen, maar toen hoorde ik Bill iets mompelen.
‘Lukt je toch niet,’ zei hij nadat ik vroeg wat hij zei, omdat ik het niet gehoord had. ‘O, nee?’, schreeuwde ik. ‘Moet jij godverdomme eens opletten!’
Ik gaf een keiharde trap tegen zijn kamerdeur, maar de eerste poging mislukte. Ik zuchtte en hijgde uit toen ik tegen de muur aanleunde om even te rusten. Ik gaf het niet op, en probeerde het nog een keer. Maar weer zonder succes. Ik zuchtte diep en nam mezelf voor dat ik het nog één keer ging proberen.
Ik zuchtte; dit keer van opluchting – toen ik de deur open kreeg. Hij was weliswaar kapot, maar ik hád ‘m open. Bill schrok zich een ongeluk en dook ineen, terwijl hij trilde. Terwijl ik naar hem toeliep, kroop hij steeds verder ineen. ‘Ga weg!’, gilde hij. Ik keek geschrokken naar mijn broertje, die er ongelofelijk slecht uitzag.
Mijn verbazing werd alsmaar groter toen ik allemaal lege flessen Whisky en Wodka op zijn bureau zag staan. Bill merkte dat ik keek en probeerde het raam open te krijgen. Toen werd me duidelijk dat hij uit het raam wilde springen. Ik stond als vastgenageld aan de grond, terwijl ik hem geschrokken aankeek.
‘Bill!’, gilde ik. ‘Nee! Niet doen!’ Hij stond in het raamkozijn nadat het hem lukte zijn raam open te krijgen. Ik pakte hem bij zijn middel – waar ik nog net bij kon - voordat het te laat was. Hij schopte wild om zich heen, maar ik hield hem stevig vast en tilde hem op de grond.
‘Waar ben je mee bezig, verdomme?!’
Goed?
Titel?
^^
-