Vinnie Davies
>>
Aan de Hufflepuff-tafel <<
Vinnie had eerst naar zijn kamer willen gaan om er zeker van te zijn dat zijn spullen echt aankwamen, aangezien iemand – hij kon wel bedenken wie – vorig jaar al zijn spullen in het meer had gegooid en hij tot laat in de nacht bezig was geweest om alles er weer uit te vissen. Gelukkig stond nu wel alles netjes op zijn kamer.
Toen hij in de grote zaal was gekomen, waren de plekken bij Lee en Theo in de buurt al bezet, waardoor hij uiteindelijk tussen wat derdejaars had moeten plaatsnemen en stilletjes zijn eten op had gegeten. Hoewel hij normaal gesproken toch al weinig zei, zat hij toch wel liever bij zijn afdelingsgenoten. Hij had gezien dat Rosalie weer terug was, wat hem liet glimlachen. Hij had het heel erg voor haar gevonden dat ze blind was geworden. Behalve een bos bloemen sturen – die ze in elk geval nog kon ruiken – had hij niet geweten wat hij voor haar kon doen, maar hij was blij dat ze nu weer aan de lessen kon gaan deelnemen.
Tijdens de rest van het diner had hij maar een beetje naar de gesprekken om zich heen geluisterd – of dat in elk geval geprobéérd – maar hij was vooral afgeleid geweest door het meisje dat aan de Slytherin-tafel zat en waar hij al sinds de tweede klas zijn ogen niet vanaf kon houden.
Dit was het laatste jaar dat ze samen op school zaten en ergens vond hij wel dat hij dit jaar een move moest maken. Niets groots – maar hallo zeggen zou al een hele vooruitgang zijn. Hij wilde in ieder geval proberen ervoor te zorgen dat ze voor de kerstvakantie wist dat hij überhaupt bestond. Op een spontane ontmoeting hoopte hij al zes jaar, dus inmiddels wist hij wel dat het lot hem niet heel erg gunstig gezind was en dat het toch écht vanuit hemzelf moest komen.
Dus hij had iets bedacht, deze vakantie.
Het opstarten van een boekenclub.
Want ze hield van lezen – hij zag haar vaak genoeg buiten lezen, of tijdens de paar lessen die ze samen hadden, en hij hield óók van lezen en over boeken praten, dus misschien vond ze het wel leuk en zou ze komen.
Het was een soort van plan dat zou kunnen werken.
Om een stok achter de deur te hebben had hij in de brieven naar zijn vrienden in elk geval geschreven dat hij na de vakantie een boekenclub wilde beginnen, want waarschijnlijk had hij wel een paar duwtjes in de rug nodig.
Tijdens de treinrit had hij zichzelf urenlang moed in gepraat – en zojuist was de moed weer als een baksteen naar zijn schoenen gezakt.
Want Evan was terug.
Drie jaar geleden was hij van het ene op het andere moment verdwenen – en nu zat hij weer aan de tafel. Naast Nora.
Het was een knappe jongen, en hij was veel spontaner, dus als Vinnie ooit al een kansje had gehad, dan was dat nu verkeken. Vinnie had de twee namelijk een keer hand in hand zien lopen, dus hij wist dat er iets gespeeld had aan het einde van het derde jaar. Evan zou wel heel dom zijn als hij nu níét achter zo’n lief en knap meisje als Nora aan zou gaan, dus kon Vinnie het wel schudden.
Hij zuchtte zachtjes, teleurgesteld in zichzelf omdat hij zo lang had gewacht.
Hij ondersteunde zijn wang terwijl hij een beetje verloren naar haar staarde. Juist op dat moment gleed er een glimlach over haar gezicht en werd hij helemaal warm vanbinnen. Als ze ooit zo naar hem zou glimlachen… De vlinders kriebelden in zijn buik. Hij had nog nooit iemand gezien met zo’n lieve glimlach en zijn mondhoeken krulden ook omhoog.
Zelfs al was het een beetje een domper dat haar ex-vriendje terug was, toch was hij blij voor haar. Ze vond het vast fijn dat Evan er weer was, hij twijfelde er niet aan dat ze hem had gemist.
Tussen Vinnie en haar was het toch nooit iets geworden – dus dit was beter.
Hij glimlachte kleintjes. Ja, hij was echt blij voor haar.
Stilletjes schoof hij zijn voornemen om een boekenclub te beginnen weer ver weg in een al overvolle boekenkast.
Every villain is a hero in his own mind.