|
|
|
RPG-REGELS |
|
everything, in time
0
|
|
|
RPG-REGELS - Geen perfecte rollen, natuurlijk. - Reserveringen voor rollen blijven 48 uur staan. - Maximum van twee personages. Om te voorkomen dat er te veel vrouwen zullen zijn, mag je van elk geslacht maar één personage hebben. - Besturen van een ander personage doe je enkel wanneer je daar toestemming voor hebt. - 18+/16+ is toegestaan, er hoeft hier ook geen waarschuwing voor gegeven te worden. - Topics worden enkel aangemaakt door Maia (Mirinae) of mij. - Minimaal 300 woorden. -Laat het even weten wanneer je een tijdje niet kunt posten of je graag wilt stoppen. In het laatste geval kunnen we je personage goed uitschrijven. - Reacties die niet bij de rpg zelf horen, zie ik graag tussen haakjes: () [] {}. - De RPG is gebaseerd op de serie. Rollen uit de serie zijn niet toegestaan. We volgen ook niet dezelfde verhaallijn, we zien vanzelf hoe de RPG loopt. - Graag zie ik zoveel mogelijk verschillende personages. Niet ieder type is een leider, maar ook niet iedereen is een volger. Niet iedereen is even blij om op aarde te zijn. Niet iedereen is even aardig, of eerder gemeen. Lees dus andere rollen over voor je zelf een rol creëert, zodat we echt verschillende type personages krijgen. - Doe ook echt alsjeblieft je best tijdens het schrijven van de post. Reageer niet alleen op een ander, maar voeg gedachten toe, omschrijvingen van de omgeving, etc. Creëer een sfeer! Daarnaast kan ik niet vaak genoeg hameren op spelling en grammatica. We zijn allemaal mensen en al helemaal online lees je al snel over een foutje heen, kan gebeuren, maar probeer er wel een beetje aan te denken. - Wanneer je een groter plan wil introduceren, wat meerdere mensen aan zou kunnen gaan, geef dit dan wel even aan boven aan je post. Dat zou er zo uit kunnen zien: (Mijn personage heeft zojuist bonen gevonden die niet eetbaar blijken, je wordt er enorm ziek van. Mochten jullie dus bonen aangeboden krijgen, of iets willen doen met je personage, kun je hierop inhaken!) |
|
everything, in time
0
0
|
'I may look sweet, but I can kill you easily'' |
Ik kijk de menigte rond, in de hoop dat er mensen zijn die bereid zijn om mee te gaan naar het plek waar het schip staat. Eerst besluiten drie krijgers dat ze wel zin hebben alhoewel ik zelf vermoed dat deze krijgers liever de mensen daar een goede waarschuwing geven dan kijken wat ze van plan zijn. 'Als ik ex-scout ga ik wel mee" hoor ik vervolgens een vrouw zeggen die sowieso iets ouder is dan dat ik ben. Hoewel ik het totaal niet laat merken ben ik stiekem best wel opgelucht omdat het handiger is om een scout mee te nemen dan meerdere krijgers aangezien het nu van belang is om uit te vogelen wie de mensen daar zijn en waarom ze hier zijn. Het blijft namelijk voor mij en mysterie hoe ze hier kunnen landen en waarom ze vanuit de ruimte kwamen. 'Het belangrijkste is dat we dus nog niet weten wat de situatie daadwerkelijk is en dus alle anderen die achterblijven gewoon veder gaan met hun dag' zegt ze vervolgens tegen de groep, waarschijnlijk zodat de rest van de clan niet compleet door het lint zal gaan. 'Wie weet gaat het hier om een technisch of diplomatiek probleem en is er niks dat onze veiligheid zal aantasten,' wordt er vervolgens gezegd door de vrouw. "We gaan er in ieder geval voor zorgen dat wij gewoon veilig zijn voor hetgene wat wij gaan aantreffen," zeg ik vervolgens. Hierna draai ik me om zodat ik de kleine groep die meega even kort in de ogen kan kijken. De drie krijgers ken ik al redelijk, ze trainen namelijk met mij mee. De vrouw zie ik vaak rondlopen maar ik heb eerlijk gezegd nog nooit een gesprek met haar gehouden waardoor ik niet weet hoe ze daadwerkelijk is. "Komen jullie mee?' vraag ik vervolgens aan de groep 'het schip is hooguit twee kilometer ten oosten van hier' Vervolgens loop ik zelf al zachtjes richting de plek waar het schip is gevallen. |
‘You must go on’. thrishanakru —> Gashina
0
Francisca (bijnaam ‘Franzi’) Elizabeth Cluckholm

Aan niets denken is ook denken.
0

0
|
De jongen voor me, waarvan ik zijn naam alweer vergeten was, schudde zijn hoofd. Wat moest hij?! Er zat verdomme een beer! Een beer die ons kapot zou maken! Toch probeerde ik tegen te stribbelen. Ik wilde liever niet opgegeten worden. "Jij gaat nergens heen," hoorde ik de jongen zeggen. "Ben je gek?!" riep ik bang. Er is niks daar, je bent aan het hallucineren... Het is een bijwerking van het gif," zei hij. Wat? Halluci-wat? Wat voor taal sprak hij? Hoezo kon ik niet begrijpen wat hij zei? Halluci... Hallucine... Huh? Wat was het woord ook alweer? Snel keek ik weer om me heen, maar ik zag niets meer. Waar was die beer naartoe? Maar toen zag ik hoe iemand daar stond met een glimmend zwaar. Mijn mondhoeken krulden omhoog. Ridders bestonden echt? Waar kwam die opeens vandaan? Echt wel cool! "Een ridder heeft ons gered!" riep ik, terwijl ik even recht sprong en dan weer ging zitten om even te lachen. "Hoe heet je?" vroeg de jongen dan voor me. "Hoe heet ik?" vroeg ik. "Hoe heet ik?" vroeg ik opnieuw. "Ik weet het niet." Ik kreeg meteen de slappe lach. "Ik weet het niet!" riep ik schaterlachend uit. "Ik heb geen naam! Hoe heet jij?" Ik kon niet meer van het lachen, ik kreeg gewoon buikpijn. "Het komt goed." Ik keek opnieuw naar de jongen voor me. Zijn stem klonk anders. Bijna als een robot. Daarom stopte ik met lachen. Ik kreeg dan ook het gevoel dat ik begon te zweven. En wanneer ik richting de lucht keek zag ik roze wolken. Oh... waar dat die roze wolken waar koppels wel eens over spraken? Wat grappig! Ze bestonden echt! "Heb jij al eens over roze wolken gelopen?" vroeg ik aan de jongen. "Kijk! Je kan er nu over lopen als je wil!" Ik wees ondertussen naar de lucht. Daarna wiegde ik mezelf heen en weer en leek het alsof ik een rare golf door mijn lichaam heen kreeg. Had ik nu buikpijn of wat moest ik precies voelen? Het was zo vreemd... Mijn vrolijkheid maakte dan ook plaats voor een hoop woede en verdriet, dus begon ik hardop te huilen. |
|
16 - 09 - '17
0
|
NIKHIL KOM TRIKRU
“ THOSE WHO FEAR DEATH MOST——
ARE THOSE WHO ENJOY LIFE LEAST.“
|
Oh, alle mensen bij elkaar! Dit is echt een vreemd groepje bij elkaar. Hoe ze daar staan te lachen, roepen, elkaar zogenaamd helpen. Het maakt hem misselijk dat zij al die tijd boven een zorgeloos leventje hebben geleefd, in tegenstelling tot zijn clan. De gedachten daaraan laat de woede opnieuw in hem opwellen, iets waar hij de gehele tijd mee struggelt. Het ene moment wilt hij uit de boom springen op de eerste te beste persoon die langs komt lopen en anderzijds weet hij zich in te houden door de hilarische chaos die zich voor hem afspeelt. Dit zal zeker niet het laatste zijn wat ze van hem tegemoet krijgen. Het meisje die hij heeft geraakt, weet allerlei verschillende emoties te demonstreren in minstens twee minuten. Als Nikhil niet zo stil als een muis moest zijn, had hij nu schaterlachend in de boom gezeten. Gelukkig weet hij heel zachtjes te gniffelen, zodat niemand, behalve hij, dit kan bemerken. Een beer! Roze wolken! Wie bedenkt het? HA! De man ervaart zelf ook vreemde hallucinaties als hij met z’n waterpijp bezig is, maar dit stijgt z’n fantasie te boven. Misschien heeft hij iets teveel gif in dat pijltje gedaan. . . Ach, wat zou het toch ook. Wanneer hij een zacht gesis hoort dat niet bij het groepje nietsnutten past, begint hij voorzichtig om zich heen te kijken. Had één van die idioten hem gevonden? Nee. Een enigszins opgeluchte zucht rolt er over zijn lippen heen. Niet omdat hij zo enthousiast is dat hij gevonden is, maar omdat het tenminste iemand van zijn eigen clan was. Hij weet niet wat hij anders zou hebben gedaan. ‘Durga,’ gromt hij, nadat hij behendig (en vooral stilletjes) de boom uit is geklommen, ‘je hebt de aanhang meegenomen, zie ik.’ Nikhil verbergt zich, net zoals de anderen, achter de stam van de boom en de bebossing rondom. Zonder echt subtiel te zijn, bestudeert hij haar van top tot teen. Met zijn armen stevig over elkaar geslagen, een streep als mond en afkeur in zijn ogen. Ze noemen hem wellicht de “dorpsgek”, maar zij komt er het dichtstbij. ‘Ik had het prima zelf af kunnen handelen.’ Geërgerd gezucht. Hij draait zich om zover dat kan en gebaart naar ze. ‘Ik bedoel, kijk nou naar ze: ze weten niet eens het verschil tussen links en rechts. Zo gevaarlijk zijn ze echt niet.’ Een diepe frons rimpelt zich in zijn voorhoofd als zijn handen zich tot vuisten ballen. Terwijl hij zijn hoofd schudt en zich klaarmaakt daar weg te wezen, want het plezier is nu toch voorbij, steelt hij een laatste blik op de figuren. Al vraagt hij zich af of ze überhaupt wel verstand hebben van de planten die zich hier begeven, want na al die jaren van verraad is het hier onwijs verandert —— in alle mogelijke vormen waar ze nog achter horen te komen. Zonder Durga of de anderen gedag te zeggen, verdwijnt hij het bos uit. |
[ bericht aangepast op 21 juli 2017 - 13:59 ]
Quiet the mind, and the soul will speak.
0

[ bericht aangepast op 6 aug 2017 - 10:00 ]
0
