• Hallo allemaal,

    Ik heb, door omstandigheden, zeeën van tijd en ik verveel me dood. Graag zou ik een verhaal schrijven, kerstgerelateerd of iets dergelijks. Ideeën heb ik wel, nou ja, grove schetsen. Wil jij aan mijn nieuwe verhaal meewerken? Vul dan onderstaand lijstje in:

    Naam:
    Leeftijd:
    Stukje schrijfstijl:

    Zelf heb ik al een tijdje niet geschreven, dus het is ook niet eerlijk als ik het meest recente stukje erbij pak dat ik geschreven heb. Dat is namelijk een jaar geleden (denk ik).


    26 - 02 - '16

    Klinkt leuk, hoewel ik niet weet aan wat voor genre je zat te denken? Whatever, ik vul het gewoon in:

    Naam: Melissa (Festus_)
    Leeftijd: Ik ben helaas nog maar 13 (hoewel ik later met liefde terug zal denken aan dit jaar, wil ik nu niets liever dan niet meer 'die kleine 13-jarige' zijn).
    Stukje schrijfstijl: (waar kan ik het beter vandaan halen dan uit mijn eigen boek?)

    EN:

    “I am not stupid!” I said. “Why don't you believe me? I know it was real, I felt it!”
    “Like you felt it in your dreams?” She looked at the suddenly interesting floor. “I just don't want you to get hurt, okay. I don't want you to be disappointed about someone who doesn't exist.”
    “But he is real!” My voice went up. “He'll come for me. Today. This afternoon. I swear!”
    “But what if he doesn't come? What if, just what if, he doesn't show up?”

    Een stukje uit mijn Doctor Who fanfictie


    NL:
    Het was de waarheid, maar dan wel de halve waarheid. Ik wilde het meisje met de sprankelende blauwe ogen niet alleen helpen om het helpen, maar ook om al mijn fouten goed te maken. Ik moest haar helpen hier doorheen te komen, en niet zo te eindigen als ik. De harde waarheid was dat ik toen der tijd wist wat voor slecht persoon ik was, maar ik de wilskracht en de moed niet had om uit mezelf te veranderen.

    Een stukje uit mijn OP verhaal over Sky Howards


    Ik hoop dat je het wat vind :)

    [ bericht aangepast op 20 dec 2015 - 15:17 ]


    in love with the fictional characters, I'm sorry

    Kies miiiijjj, nee eh ik zo bij een basketbal game X ik vul straks het lijstje in.:3


    You were born original, don't die as a copy.

    MIJ. DEAR GOD, I WANT/NEE TO WRITE AND I CAN'T DO IT ON MY OWN.

    Lijstje komt. Ooit.

    [ bericht aangepast op 20 dec 2015 - 16:54 ]


    Le Beau n’est que la promesse du bonheur | Will you dance, dear Emma? | page 28

    Naam: zeg ik liever niet *~* hier heet ik Lucens
    Leeftijd: 11
    Stukje schrijfstijl:

    De sneeuw viel op het houten dak van de hut, de wind ging buiten te keer. Op de grond van de hut lag een vrouw, om haar heen stond een man en nog een andere vrouw. Nix werd hier geboren, haar moeder overleed bij de geboorte door te veel bloedverlies. Haar naam betekende sneeuw in het Latijn. Haar ouders hadden altijd al in een afgelegen gebied gewoond, het was dan ook nogal onhandig dat ze nog een lang stuk moesten rijden voor dat ze het ziekenhuis hadden bereikt. Onderweg waren ze een houten hutje tegen gekomen. Daar woonde een aardige vrouw en die had hun geholpen. Wat Nix ouders niet wisten, was dat die aardige vrouw een tovenaar was. En doordat de baby in het bijzijn van haar geboren was, had de baby speciale krachten. Vader en kind bleven alleen achter, en zo gingen er jaren voorbij.
    Toen Nix zes jaar werd kreeg ze de eerste droom over het ontvangen van haar krachten. Ze had haar vader er alles oververteld, over de krachten en de tovenaar maar haar vader geloofde haar niet. Geduldig wachtte ze op de volgende droom. Maar het bleef bij maar een droom.
    Nixs vader overleed toen ze nog maar negen jaar was. En ook haar tante die de jaren daarna voor haar gezorgd had, verliet haar, op haar elfde verjaardag. Al snel nam de aardige mevrouw, die bij haar geboorte was geweest, Nix in haar huis. Het verliezen van al deze mensen, had wel een reden. Want om een kracht te hebben, die niemand anders in de wereld heeft moet je wel een prijs betalen. Alleen Nix kon zelf niet eens kiezen of ze deze kracht wel wou. Op haar vijftiende verjaardag was het eindelijk zover, ze kreeg haar krachten…

    Mijn schrijfstijl ligt ook heel erg aan de verhaallijn. Ik ben erg flexibel en het maakt me niks uit in welke tijd het geschreven moet worden enzovoort. Ik snap dat je niet met me wil schrijven aangezien ik nog maar elf ben, maar weet dat ik altijd wil schrijven!


    i wanna die with you once or twice.

    Naam: Elisa
    Leeftijd: 19
    Stukje schrijfstijl: Ik heb geen recente stukjes dus vandaar een klein stukje die ik nu net geschreven heb. Normaal zijn mijn geschreven teksten veel langer, maar zo heb je een ideetje hoe ik schrijf.

    Selena staarde naar de druppels regen die over het raam heen omlaag gleden, de een nog sneller dan de ander. Als of ze een wedstrijd aan het doen waren, even dacht ze dat de grote druppel het zou winnen maar voor die ook maar het einde behaalde wist de kleine druppel snelheid te maken door dat hij zich samenvoeg met een andere druppel. Hier door wist de druppel uiteindelijk als eerst neer te komen. Een zucht verliet haar mond, door de hitte van haar adem ontstond er condens op het raam, Selena tekende er een klein hartje in waarna ze het weg wreef. "Selena lieverd?" hoorde ze haar moeder zacht vragen. Ze was zo ver in gedachten geweest dat ze niet had gemerkt dat er iemand aan haar deur had gestaan, langzaam keek ze om en zag haar moeder in de deur opening staan. Snel stond ze op waarna ze naar haar bed liep, voor ze er in kroop keek ze haar moeder nog even aan. "Ik ga al slapen mam, geen morgen." na die woorden draaide ze haar rug naar haar moeder toe en deed ze haar nachtlampje uit. Het duurde niet lang voor de slaap haar in zijn greep had en ze weg viel in droom wereld.


    I'm not waiting for a pince, I'm waiting for a guy who thinks i'm his princess.

    Naam: Romy
    Leeftijd: 16
    Stukje schrijftstijl: Dit is de proloog van 1 van mn stories, heb nu niet echt tijd om iets anders te schrijven! Sorry...

    'Stop ik wil niet mee!' Ik duwde hem weg. Hij kwam met zijn hoofd tegen het muurtje en was even de weg kwijt. Ik probeerde weg te rennen, maar hij was te snel, veel te snel. Hij greep mijn arm vast en dwong me hem aan te kijken. Ik wilde niet toegeven, maar toen hij mijn arm begon om te draaien kon ik niet anders. 'Amy, je blijft hier en wacht tot ze komen. Je weet wat ik heb gezegd.' 'Jij hebt helemaal niks over me te zeggen!' Beet ik hem toe. 'Je hebt je kansen gehad Harry, ik heb je zoveel kansen gegeven. Elke kans heb je verpest! Ik hield zoveel van je, maar nu, ik ben helemaal klaar met je!' Kwaad keek ik hem aan. Tranen stonden in zijn ogen, maar ik wist dat het niet van verdriet was. Het was van de woede die ik bij hem op wekte en die hij probeerde binnen te houden. Hij wilde me niet slaan, dat kon hij me niet aan doen. Hij hield nog van me, maar wel op de verkeerde manier. 'Amy alsjeblieft.' Gromde hij. 'Laat jezelf niet in een nog moeilijkere situatie komen.' Ik hield mijn mond en bleef hem aankijken. Hij begon te lopen en ik liep met hem mee, misschien was er een manier om te ontsnappen. Maar Harry was slim, dus uiteindelijk stond ik tegen een muur en kon ik nergens meer heen. Hij bleef voor me staan, liet zijn rugzak van zijn schouder glijden en zette hem op de grond. Wat zou hij er uit halen? Een mes? Een geweer? Hij ritste hem open en pakte een fles Vodka. Hij draaide de dop er af en nam gulzig een paar grote slokken. Toen deed hij hem weer terug in zijn tas. Ik was al bang voor hem, maar wanneer hij gedronken had werd mijn angst alleen maar erger. Hij kwam tegen me aan staan. 'Ik hou van je Amy.' Fluisterde hij in mijn oor. Ik rook de geur van de drank en zou willen dat ik me terug kon trekken. Toen voelde ik zijn telefoon trillen. Hij haalde hem uit zijn zak en bekeek het berichtje dat hij zojuist gekregen had. 'Het is tijd.' Zei hij. Hij ritste zijn rugzak weer open en begon te zoeken. Het duurde even voordat hij het had gevonden maar toen haalde hij het er uit. Een touw...


    ~ i have a little bieber fever ~ Still a fan of B-Brave ~ Addicted to the vampire diaries

    Naam:
    — Fren
    Leeftijd:
    — 15
    Stukje schrijfstijl:
    Engels

    I have a list. A list of three things I absolutely mustn't do. One: I mustn't look at Matilda Wormwood. The universe dances in her eyes at first and in my stomach afterwards. Two: I mustn't say anything stupid when Miss Trunchbull points her finger at me and barks a word I have to spell out. Three: I mustn't look at Matilda Wormwood. She's a clever girl, she isn't interested in a silly little kid like I am and —
    Something is wrong, I can almost taste that familiar fear. When I get pulled out of my daydream, I stare into Trunchbulls face. I don't have to explain that in her eyes, I see nothing but the joy of torturing children my age. My daydream changes into a nightmare. A daymare. Her cheeks are red, as if she's ran a marathon. Apparently, she has yelled my name multiple times already. Her patience had vaporized a long time ago. I feel like a puppy which just peed on the new carpet, I haven't got any idea why she screams at me as if she's gone insane.
    'Come on, you little piece of garbage. Spell it out. Spell it out!' Suddenly, this has become a matter of life and death. Miss Honey shrieks. I hear a tiny voice, whispering. Cat. C-a-t. Cat. Half a second and a deep breath later, I repeat the words Matilda had mumbled next to me. One: I must look at Matilda Wormwood. The universe's dancing.

    Nederlands
    In de late warme middagzon die langzaam onder de horizon zakte en door het raam scheen, trapte ik verveeld met de neus van mijn kapotte schoen tegen het metalen frame van mijn bed, mijn handen in de zakken van mijn vest dat nog naar bloed rook van de vorige avond. Ik deed er alles aan opdat de geur zich niet in mijn hoofd zou nestelen, niet tot in mijn longen zou doordringen. Het aroma deed me kokhalzen, maar het was iets anders dat voor tranen in mijn ooghoeken en over mijn wangen zorgde.
    'Zo, poppetje,' klonk de grimmige stem van mijn celgenoot vanuit de hoek van de kamer die in schaduw gehuld was. 'Sijpelt het besef door?' Voorzichtig, eigenlijk alleen zoals je in mottige romantische films ziet, hefte ik met tegenzin mijn hoofd op. De man, die er verweerd en vol levenservaring uitzag, keek me aan vanuit de donkerste gekrochten van ons gezamenlijk vagevuur. Hij maakte me bang. Als hij tegen je sprak, leek het alsof je naar een kind luisterde. Zijn levenservaring was in een ruk uit zijn lijf gefilterd, maar af en toe bleek het dat ze de man meer ontnomen hadden dan menselijk was. Toch was hij zo ongeveer mijn beste vriend - hij was de enige waarmee ik in contact kwam. Zijn woorden deden me baden in kokende angst. Wat herinnerde hij zich? Alles? De volledige procedure?
    'Welk besef?' piepte ik. Als hij zich nog voor de geest kon halen wat ze met hem gedaan hadden, was hij bij bewustzijn geweest toen ze hem van zijn herinneringen ontdeden.
    'Dat je een uur in de wind stinkt, poppetje. Heb je je vriendje vermoordt? Die linke bewaker?' Ik liet de adem die ik had ingehouden over mijn lippen ontsnappen. Een dwaas glimlachje verscheen op mijn gezicht.
    'Nee, dat heb ik niet, of toch niet dat ik me herinner.' Geschrokken kromp ik ineen toen ik besefte wat ik gezegd had, maar mijn gesprekspartner keek me nog steeds aan, met diezelfde, lome blik als altijd. Hij herinnerde zich niet wat ze met hem gedaan hadden. De opluchting moest echter al snel plaats maken voor het weëe gevoel dat al sinds mijn arrestatie in mijn buik en hoofd manifesteerde.
    We zaten nog een tijdje zwijgend, elk op ons bed, naar elkaar te kijken. Hij mocht me dan misschien de stuipen op het lijf jagen, zijn aanwezigheid werd gewaardeerd. Zijn lijfgeur wat minder.

    Ik had niets te verliezen. Twee cipiers bonden mijn polsen met ijzig koude, ijzeren handboeien op mijn rug. Het liep allemaal gesmeerd. Mijn beste vriend zwaaide, stelde me gerust, zei dat ik altijd welkom was — in mijn eigen cel, nota bene — bedankt, maatje. Wat kon er mis gaan. De gangen waar we gedrieën doorliep waren steriel. Te steriel, inclusief chemise geur, die de bloedgeur amper verdreef. Het resultaat was een luchtje waarvan je neerslachtig werd. Herinneringen. Belachelijk. Alsof je om een paar sokken speelt. De inzet van een levensgroot spelletje poker. We passeerden honderden cellen. Mensen — zoals ik — tot beesten gereduceerd. We hadden niets om ons tegen de omstandigheden te verdedigen. Ze waren als gas; we stikten erin. Ik had nooit begrepen hoe gokken verslavend kon zijn. Nu begreep ik het maar al goed — maar ik had ondertussen alles verspeeld. De cipiers praatten tegen elkaar, ik hoorde maar verstond niet wat er gezegd werd. De situatie liep uit de hand als het alternatief de dood was. Strompelend, alsof ik dronken was, hing tussen de twee mannen in. Tranen stroomden over mijn magere gezicht. De stem van mijn moeder. 'Lieverd, het is oké om niet sterk te zijn. Als je zo ver gedreven wordt, dat sterk zijn onmogelijk is, dan is het oké om dat niet te zijn.' Dat was het moment waarop ik brak, in kostbare stukjes verbrokkeld mens.
    'Alsjeblieft, heb medelijden, ik smeek het u. Alsjeblieft, doe het niet — laat me gaan.' Ik gilde de woorden zo hard dat mijn stem galmde in mijn hoofd. Het was alsof ik iemand anders hoorde krijsen, iemand anders zag die uit alle macht probeerde te ontspannen aan een leven zonder fundering. 'U moet het begrijpen. Ik ben niet degene die u moet hebben — ik heb niets misdaan.' De woorden klonken zachtjes, zwak. Aan het uiteinde van de gang kruiste mijn blik die van de bewaker die mijn blok van de gevangenis had bewaakt gedurende de tijd dat ik er vertoefd had. Zijn ogen stonden somber — er was iets gegroeid tussen ons. Haat. Liefde. De kneuzingen die duidelijk zichtbaar waren in zijn gezicht en de manier waarom hij liep, deden me vermoeden dat het toch de geur van zijn bloed was welke me al de godganse dag teisterde.
    'Doe dan iets! Doen dan iets, ik wil dit niet, alsjeblieft,' jammerde ik. De slag in mijn gezicht kwam hard aan, maar was effectief. De cipier aan mijn rechterkant had me het zwijgen opgelegd. Misschien maar beter ook. Ik was de wanhoop nabij.

    Hij had me gezegd dat ik niet bang hoefde te zijn; het zou geen pijn doen. Maar het geluid dat ik uitstootte was dierlijk, de hoek waarin ik mijn ledematen probeerde te plooien inhumaan. Het laatste wat ik dacht, net voordat het brandende gevoel me onder zeil duwde: Mama, ik hou van je.


    Le Beau n’est que la promesse du bonheur | Will you dance, dear Emma? | page 28

    Heel toevallig ben ik ook net op zoek naar iemand die met mij een verhaal wil schrijven. Ik schrijf vooral drama en romantiek, maar voor nieuwe dingen sta ik zeker open!

    Naam: Ashley
    Leeftijd: 17
    Stukje schrijfstijl:


    Uitgerust werd ik wakker. Toch liet ik mijn ogen gesloten en genoot ik van de zon die door de ruiten mij de dag inleidde. Ik bewoog mijn benen, strekte ze en boog ze even. Ik draaide mij op mijn buik en glimlachte bij het zachte gevoel van de koele kussens tegen mijn gezicht aan. Mijn ledematen hadden zich ontdaan van de spierpijn en toen ik eindelijk de slaap had overwonnen, opende ik mijn ogen.
    Bruine krullen en brede schouders vulden haast mijn hele blikveld. Het naakte lichaam van de man naast mij liet mij bewust worden van mijn blote borsten en ietwat gegeneerd schoof ik wat verder onder de dekens.
    Mijn hoofd startte op en mijn gedachten gingen de nacht door. Alsof een film werd teruggespoeld en opnieuw werd afgespeeld. De opkomende paniek bracht een stekende pijn in mijn slapen met zich mee. Het liet me weten dat ik niet eens zoveel alcohol had genuttigd en ik was opgelucht dat ik ook niet de vervelende smaak in mijn mond had, die ik als een gegeven kon accepteren na genoeg drankjes.
    Zonder met alcohol gevulde aderen was ik toch hier in bed beland en mijn hersenen kraakten verder. Niet zo zeer dat ik alles kwijt was van de afgelopen avond, maar meer dat ik nog de laatste restjes slaap van mij af moest schudden en mijn best moest doen om alles op een rijtje te krijgen tussen alle nieuwe indrukken door.
    Voordat ik de hele avond weer paraat had, draaide de man zich om. Een aantal onverstaanbare woorden mompelend en smakkend met zijn lippen, keerde hij zijn gezicht naar mij toe.
    Zijn rechte neus, de kleine verspreide moedervlekjes en de lijn van zijn kaak combineerden zich snel tot het bekende beeld. Voordat ik in een hogere staat van nervositeit kon schieten, of kon bedenken mijn spullen te pakken om daarna voorzichtig weg te sluipen, opende de man zijn ogen.
    Eerst fladderden zijn oogleden op en neer, zijn donkere wimpers vervulden mij met een zacht gevoel. Daarna kon hij zijn blauwe kijkers onthullen. Hij zag mij en met het weer sluiten van zijn ogen brak er een glimlach door op zijn gezicht. Weer liet hij mij zijn ogen zien, om ze nu te fixeren op mijn gezicht.
    Groen en blauw en zelfs een beetje bruin was als abstract en expressionistisch op een schilderdoek te vinden in die lachende poelen.
    Voor een moment liet hij zijn ogen naar beneden glijden, de contouren van mijn lichaam volgend. Waarna hij weer naar mij opkeek met een jongensachtige grijns. Blozend liet ik mijn oogleden even dicht vallen, om daarna giechelend op te kijken.
    Hij verbrak de stilte met een krakend en laag en verschrikkelijk sexy goedemorgen. Waarop ik net zo antwoordde, maar dan op een hogere toon en met lichtere stem.
    "Dit is lang geleden." mompelde hij. Hij ging iets anders liggen, richtte zich iets op en vouwde zijn hand onder zijn gezicht. Zo vielen de lakens iets van zijn lichaam en moest ik mijzelf bedwingen een blik omlaag te werpen.
    "Je mag best kijken." grinnikte hij, diezelfde grijns bleef op zijn gezicht plakken. "Ik weet zeker dat het in de smaak valt."
    Met die woorden kon ik niet anders dan in lachen uit barsten. Ook zijn rommelende borst van het grinniken, bleef aanhouden, tot het aanzwol tot een luid gebulder.
    Het voelde weer als vroeger. Hoe we nu uit het niets konden giechelen en schateren, deed mij denken aan de minuten gevuld met lachen om niets, hoe we konden kletsen en praten over onzin voor uren, hoe we tot diep in de nacht onze lichamen dicht tegen elkaar aan plakten.
    "Ik mis je, Rose." Zijn stem was diep en donker, toch fluweel zacht en breekbaar. Zijn ogen schitterden en zijn vingers vonden de mijne.
    "Ik weet het," beaamde ik, waarna ik mijn vingers door die van hem vervlocht. Ik wist van mijzelf dat ik hem ook miste. Dat hij was wat ik na al die tijd nog steeds zocht. Maar of het goed was, en juist en gezond, daar had ik geen weet van, en dus wilde ik hem niet zeggen wat ik net zo sterk voelde als hij.

    - Een deel van hoofdstuk één, van Wanneer ik alleen ben

    [ bericht aangepast op 21 dec 2015 - 16:08 ]

    Hoi,
    Ik wil ook graag een keer een verhaal met iemand schrijven. Ik sta voor alle genres open en het maakt me niet uit waar het over gaat!

    Naam: Marrit
    Leeftijd: 15
    Stukje schrijfstijl: Ik schrijf vooral vanuit een ik-persoon en in de tegenwoordige tijd. (Ik sta voor andere schrijfstijlen open)

    Een stukje wat ik ooit heb geschreven:
    Iedereen is al weg, als ik ook de kamer uit loop. Compleet in gedachten verzonken, bost ik bijna tegen Caiden aan die me te weg verspert.
    'Hoi,' begroet ik hem.
    Hij antwoordt niet, maar kijkt me alleen maar kwaad aan.
    'Doe maar niet alsof het je echt spijt voor me. Ik kan aan je gezicht zien dat je het niet meent.'
    Ik staar hem dommig aan. 'Wat bedoel je?'
    'Dat weet je best. Je bent een hypocriet, die de hele wereld kan laten geloven dat jij gelijk hebt. Maar dat heb je niet en daar kun je me niet van overtuigen.'
    Boem. Mijn medelijden voor hem is verdwenen als sneeuw voor de zon. Ik heb geen flauw idee waar hij deze bewering vandaan heeft.
    'Ik weet niet wat jou probleem is, maar ik heb jou nooit iets misdaan. Ik probeer je alleen te helpen! De visie die je van me hebt, mag je zelf weten, maar houd dat alsjeblieft voor je, wil je. Als er dan toch iets is wat je niet zint, zeg dat dan recht in mijn gezicht.'
    Caiden staat compleet stil, maar er trilt een spiertje dichtbij zijn linkerslaap. Zonder nog maar een woord te zeggen, loopt hij weg.
    Ik werp mezelf tegen de muur en laat mijn lichaam zakken.
    Ik haat hem met heel mijn hart en toch snak ik naar het moment waarop ik zijn mysterieuze kant kan ontdekken. Hij is zo ontzettend gecompliceerd.

    Ik heb een keuze gemaakt en mijn keuze is gevallen op SPECS, ik heb haar al benaderd. Wees niet getreurd, als ik weer iemand nodig heb, zal ik als eerst in dit topic kijken! C:

    Ik vind het heel lief dat mensen de moeite namen een reactie te plaatsen!


    26 - 02 - '16