• The mad king

    Het jaar 1500, Het hele land staat in rep en roer door de verschrikkelijke heerschappij van een jonge koning wiens dictatuur soms zo ver gaat dat niemand zich nog veilig kan voelen. Hij laat mensen onthoofden, ophangen en folteren om angst te zaaien bij diegene die tegen zijn heerschappij zijn. Iedereen vreest voor zijn eigen leven, zelfs de mensen die de koning persoonlijk kennen. Niemand weet waarom de koning zijn volk zo slecht behandelt, maar de geruchten gaan de ronde dat hij gefrustreerd is door het uitblijven van een waardige troonopvolger. Wanneer zelfs de kinderen niet meer veilig zijn, vindt het volk het te ver gaan en proberen ze bescherming te zoeken in de geheime gangen onder het koninkrijk of in de bossen die zich in het zuiden bevinden. Als de voorraden beginnen te slinken, plant te bevolking een aanslag op de koning om zo voor goed van hem af te zijn, maar wat als de koning achter deze plannen komt? De angst groeit wanneer de koning al zijn manschappen het bos in stuurt.


    Regels:
    • Er is een minimum van 300 woorden, ik controleer. Meer mag altijd.
    • OOC is altijd tussen haakjes, of gebruik het praattopic.
    • Schelden en 18+ is toegestaan.
    • Bespeel alleen je eigen personage en heb respect voor anderen.
    • Personages mogen vermoord worden mits toestemming van de anderen.
    • Naamsveranderingen en afwezigheden altijd doorgeven.
    • Let op spelling en interpunctie.
    • Denk er aan, niemand is perfect.
    • Reserveringen blijven 24 uur staan.
    • Denk goed na voor je meedoet, geen ééndagsvliegen.
    • Max. 3 Personages per persoon.
    • AlleenGipsy maakt de topics aan.





    Rollen

    Koning: Argus Erasmus Lancaster - Father - 13,1
    Koningin: Annabeth Sophia Collins - Naerys 1,1

    Mensen in het kasteel:
    Vrouwen: (Max. 4)
    - Samira Elisabethe Blade - Achternicht van de koning - Gwenx1D 8,1
    - Lorianna Ainsley Crescent - Dienstmeid van Synon Candira 11,1
    - Arissa Ehlana Dae- Dienstmeisje Sickle 15,1
    -



    Mannen: (Max 4.)
    - Alaric Fabian Lugosi - Rechterhand van de koning - Hatsumomo 1,1
    - Cenred Michael Blade - Ridder/ Acherneef van de koning - Sickle 2,1
    - Synon Lancaster - Broer van de koning samlaslas 5,1
    -


    Dorpelingen:
    Vrouwen: (Max. 4)
    - Daenerys Éowyn Frey - Illegale praktijken - Ubiquitous 1,1
    -Reservatie voor VladiFerr
    -
    -

    Mannen: (Max 3.)
    - Evian Lizord Fands - Bakker Gwenx1D 6,1
    -
    -


    Vluchtelingen:
    Vrouwen: (Max. 5)(VOL)
    - Eleonore Lyra Eddington - zusje van Lord Eddington, een goede vriend van Arthur - Sydrian 1,1
    - Amèlie Nina Billington - Maïtresse van de koning - Beaton 1,1
    - Amaranthe Sarah Dubois - Hertogin - Bequeath 1,1
    - June Faith - Kind - VladiFerr 3,1
    - Elle Mary Greenfield - Meid - Leam 4,1

    Mannen: (Max 6.)
    - Caleb Brandon Collins - Ridder - Naerys 1,1
    - Blythe Yates - Jager - Hatsumomo 1,1
    - Francois de la Croix - Circus artiest - Bequeath 1,1
    - Ciad Morningstar - Zoon van de houthakker - LyraPhoenix 8,1
    -
    -


    Meedoen kan altijd; Rollentopic
    Praattopic

    [ bericht aangepast op 1 sep 2013 - 20:40 ]


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    _O_


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Mijn topics. c: Hoe beginnen we?


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    Mijn topics


    Keep your head up, keep your heart strong

    Annabeth Sophia Collins - Koningin

    Aan de lucht stond geen enkel wolkje, de zon scheen fel en de vogels floten vrolijk omdat de lente het mooie weer met zich mee had gebracht. Alles leek zo rustig en vredig, maar schijn kon bedriegen. Ik vroeg me af wanneer er weer iets vreselijks zou gebeuren met de bevolking. Velen waren al gevlucht, maar zij die dat niet konden, vreesden elke dag steeds meer voor hun leven.
    Een kleine zucht ontsnapte uit mijn mond terwijl ik mijn voorhoofd even tegen het koele raam liet rusten. Mijn blik gleed over het uitzicht en bleef even hangen bij twee mensen die druk pratend over het plein liepen. Ik kon nog net een glimp van het tweetal opvangen om te kunnen zien dat het twee mannen waren. Vast en zeker belangrijke mensen aan de kledij te zien. Ik wendde mijn blik af naar de andere kant van het binnenplein, richting de poorten die ons toegang gaven tot het dorp waar al de arme mensen zaten.
    Stiekem hoopte ik wel dat er een opstand kwam van de bevolking, zodat de koning zijn ogen open zouden gaan. Aan de andere kant wilde ik het dan weer niet, deels omdat het misschien mijn leven ook in gevaar zou brengen, maar ook omdat ik de koning niet kwijt wilde raken. Ondanks hij soms zulke vreselijke dingen deed, bleef ik hem trouw, hij was tenslotte mijn man.
    "Majesteit," Het was de stem van Catherine, één van mijn hofdames, die me op liet schrikken uit mijn gedachtes. Ik keek vanaf het raam toe hoe ze een kleine reverence maakte. "Lady Catherine," Begroette ik haar vriendelijk en schonk haar een warme glimlach.
    "Laten we samen een wandeling maken door de tuin," Zei ik en keek haar met mijn blauwe ogen aan. Catherine maakte een kleine buiging wanneer ik haar voorbij liep om me vervolgens naar buiten te volgen.
    Eenmaal buiten voelde ik hoe de koele lucht me tegemoet kwam, wat me overigens wel deugd deed. De geur van bloemen die volop in bloei stonden, drongen mijn neusgaten binnen waardoor ik automatisch een beetje vrolijker werd dan eerst. "Lady Catherine, kunt u er voor zorgen dan ik tegen straks een vers boeket bloemen op mijn kamer heb staan?" Het meisje knikte. "Zeker uwe Majesteit."
    Langzaam schreed ik verder over het padje tussen de rozenstruiken en kreeg een roos aangeboden door de tuinman die ik na een klein bedankje toch aannam. De roos speelde langzaam tussen mijn vingers terwijl ik mijn hoofd leeg probeerde te maken.


    [Het speelt zich af op een ochtend in de lente. Het weer is aangenaam genoeg om buiten te komen. Ik weet dat de eerste posten in de meeste gevallen op niets trekken, ik heb er dus ook veel last van :') ]


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    {mijn topics}


    It just takes one negative comment to kill a dream

    TheseWords schreef:
    Mijn topics


    help

    Isabelle Olivia Wilson. || Courtisane. || Kasteel.

    Met kleine, vlotte pasjes snelde ik door de brede gangen van het kasteel. Het heerlijke lenteweer had een vreemde uitdrukking als je naar de ingevallen gezichten met een hongerige blik van de dorpelingen keek, maar toch had ik een klein, zuinig glimlachje rondom mijn lippen staan. Mijn handen waren ineen gevouwen terwijl ik liep, zoekend naar iemand waarmee ik een kort en bondig gesprek mee zou kunnen voeren of waar ik van dienst zou kunnen zijn. De schoenen die ik droeg tikten zachtjes op de stenen vloer van het kasteel en mijn jurk kwam net tot boven mijn enkels. Meestal droegen alleen maar mensen van adel jurken die tot over de enkel kwamen, iets wat ik altijd al behoorlijk mooi vond uitzien. Helaas had ik het geld en de reputatie er niet voor, waardoor ik mijn bordeauxrode jurk maar voor lief nam.
    Ik gaf de lijfwachters een kort knikje zodra ik voorbij liep, opende een deur die nogal stug openging en betrad de grote ruimte die de ridderzaal, ofwel de feestzaal genoemd werd. In principe was hier weinig te vinden op een alledaagse dag, maar ik zocht iemand. Iemand die mij nodig had op dit moment, ook al was dat soms niet eens het geval. Meestal wandelde ik door de tuin, probeerde andere mensen zo goed mogelijk van dienst te zijn of wachtte op een bevel van de koning of zijn koningin.
    Ik trok zachtjes aan het tafelkleed en streek de plooien glad, waarna ik met mijn vingers door mij eigen, lichtblonde haren ging om losse plukjes achter mijn oor te steken. Dit keer had ik het netjes opgestoken, maar enkele plukken voor mijn gezicht laten dwarrelen. Helaas zaten de verdwaalde haren behoorlijk in de weg als ik omlaag keek, wat betekende dat ik ze meestal toch weer achter mijn oren stak.
    Een zachte zucht ontsnapte even later uit mijn mond en ik keek weer langzaam om zodra het tafelkleed zo glad als mogelijk was om vervolgens naar het raam te lopen waar ik een blik naar buiten wierp. Het zonnetje scheen hoog aan de lucht en de bloesem dwarrelde vrolijk in het rond, maar iedereen kon zien dat er een onaangename sfeer in het dorp hing. Het dorp leek wel ontsierd te zijn, treurig.

    [ bericht aangepast op 2 mei 2013 - 11:53 ]


    Reading a good book is like taking a journey.

    [Mijn topics]


    Your make-up is terrible

    Eleonore Lyra Eddington
    Ik word wakker van de zonnestralen, die tussen de bladeren van de bomen door op mijn gezicht schijnen. Na nog enkele seconden met mijn ogen dicht gelegen te hebben, open ik ze en zie ik dat Caleb al weg is, en dus ook al wakker is. Het komt maar zelden voor dat ik eerder wakker ben dan hij en wanneer dat al wel voorkomt, dan is hij een paar minuten later ook al wakker.
    Nog iets slaperig kom ik overeind en wrijf ik vermoeid in mijn ogen. Ondanks dat ik wel redelijk lang heb geslapen, heb ik niet erg lekker geslapen. Zelfs na enkele weken ben ik nog niet gewend geraakt aan de bosgrond en elke keer dat ik wakker word mis ik mijn warme, zachte bed. Dat gemis gaat echter al snel weer voorbij als ik me bedenk dat ik dan bij Alaric, mijn man, in bed zou liggen. Er loopt een lichte rilling over mijn rug. Ik snap nog steeds niet waarom Keaton me aan hem heeft uitgehuwelijkt, vooral niet omdat er verschrikkelijke geruchten over Alaric rondgaan. Geruchten dat hij zijn eerdere vrouw eigenhandig vermoord heeft, omdat zij hem geen kinderen had geschonken. Ik moet er niet aan denken dat dat straks ook met mij kan gebeuren. Mijn broer heeft het vast gedaan om de enorme bruidsschat. Stiekem hoop ik dat Alaric gestopt is met naar me te zoeken en de bruidsschat heeft teruggeëist, al zou dat ook betekenen dat hij een ander meisje aan hem is uitgehuwelijkt, wat ik niemand aan wil doen.
    Na nog een tijd rondgekeken te hebben kom ik tot de conclusie dat Caleb niet meer bij het kamp is. Waarschijnlijk zit hij bij het meertje dat uitkijkt op het kasteel, een plek waar hij wel vaker zit. Ik pak een appel, waarna ik koers zet richting het meertje. Tijdens het lopen snij ik de appel met “mijn” dolk door midden. De dolk is eigenlijk van mijn broer, maar ik heb hem meegenomen toen ik wegliep. Ik draag hem altijd bij me, je weet maar nooit wat voor gespuis er door het bos loopt.
    Na een stukje gelopen te hebben kom ik bij het meertje, waar Caleb inderdaad zit. Ik glimlach iets en ga naast hem zitten. Een van de appelhelften geef ik aan hem. 'Lekker geslapen?' vraag ik, met een nog licht schorre stem.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Guinevere Callaster ll Hofdame

    Ik slaak een zucht van verlichting als ik eindelijk buiten ben. Gewoon, even ontsnappen van alle heisa in het kasteel en even frisse lucht inademen. Natuurlijk zal ik straks alweer terug worden geroepen. De mensen in het kasteel hebben het nog fijn, vergeleken met de dorpelingen. Zij moeten honger lijden en hebben soms geen eens onderdak! En sommigen zijn gevlucht, waarheen weet ik niet. Ik wou dat ik ze kon helpen. De koning is een soort van duivel, hij doet gewoon onschuldige mensen pijn! Ik mag hem echt niet. Helaas ben ik niet dapper genoeg om ervoor te springen als hij weer iemand pijn wilt doen.
    Ik laat mezelf weer in het gras zakken en staar naar de hemel. Er zijn weinig wolken. Geen wolkje aan de hemel zou je zeggen, helaas zijn er te veel donkere wolken in het rijk, die er voor zorgen dat geen enkele zonnestraal ons kan bereiken. Aan de lucht zie je dus niet hoe het er momenteel aan toe gaat.
    'GUINEVERE! Waar ben je?!' hoor ik vanuit het kasteel. Oh nee, ik moet weer terug. 'Ik ben buiten de poort!' roep ik terug. Isadora komt naar buiten gerend. 'Guinevere, je moet naar de markt om inkopen te doen,' zegt ze me. 'Oke, wat is er nodig?' 'Wee komen vooral fruit te kort.' 'Heb je de munten?' 'Ja, hier. Je moet het helemaal opmaken.' Ik knik en wandel rustig weg van het kasteel.
    Eigenlijk ben ik best blij dat ik de inkopen mag doen, mag ik met toestemming weg van het kasteel.
    Het is druk in het dorp. Het is niet fijn om al die hongerige blikken te zien, en de mensen die smeken om een beetje eten. Ik treuzel een beetje zodat ik langer weg kan blijven door bij elk kraampje even te stoppen, rond te snuffelen, soms een praatje te maken met de verkoper en dan weer naar het volgende kraampje te lopen. Zouden ze me missen op het kasteel? Zouden ze wel doorhebben dat ik zo lang wegblijf? Ach ja, wie weet.
    Eenmaal weer aangekomen loop ik meteen door naar de keuken waar ik de hele lading heenbreng.
    En nu wachten op een nieuwe taak.

    {iemand voor Guinevere?}


    It just takes one negative comment to kill a dream

    Alaric Fabian Lugosi - rechterhand koning

    Het lijkt rustig te zijn vandaag in dit weer, maar ik hou er totaal niet van. Rust op zich vind ik niet erg, maar ik hou er wel van als er dingen gebeuren. Als die niet gebeuren, laat ik het zelf maar gebeuren. Met mijn dure, gepoetste laarzen stamp ik zowat door de gangen van het kasteel heen. Als snel kom ik in de stallen aan, al zet ik geen voet over de drempel heen. Mooi niet dat ik me tussen die stinkbeesten ga begeven. Erop rijden vind ik niet zo erg, maar dan zijn ze schoon en staan ze niet in hun eigen schijt. Een heel ander verhaal als je het mij vraagt.
    In de stal stijgen net een aantal mannen van hun paard af. Ik weet dat ze lang zijn weggeweest, al weet ik niet meer precies waarheen. Het kan me ook weinig schelen. "Wat doen jullie nou? Terug op dat paard," blaf ik ze toe, waardoor ze ophouden met wat ze aan het doen zijn en richting mij kijken. "Eleonore is nog steeds niet gevonden, verdomme! Als jullie zonder haar terug durven te komen is het gedaan met jullie." dreig ik luid, waarna ik niet eens toekijk hoe ze terug op hun paarden klimmen, maar mezelf sierlijk op de bal van mijn voet omdraai en mezelf terug in het kasteel begeef. God, als ik degene vind die haar meegenomen heeft, die walgelijke peasants, ze zullen het bezuren!
    Volgens mij is het echt mijn dag niet, ik ben vreselijk chagrijnig. Of om het maar zo te zeggen, het is iemand anders z'n dag niet hierdoor, ik heb er minder last van dan de mensen om me heen. De hele situatie van Eleonore werkt me op mijn zenuwen. De bruidsschat is verdomme al betaald, haar broer had haar aan mij beloofd en nu is ze weg. Ze is daarbij een mooi, jong meisje, die ene keer dat ik haar gezien heb. Ik kon me zelfs heel goed voorstellen hoe ze er onder die mooie jurk uit zag. Nu is dat allemaal verpest, voorlopig dan. Zodra ze hier terug is zullen mijn gemoederen wel kalmeren.
    Ik been snel verder door het kasteel heen, opzoek naar de koning en mezelf kalmerend. Zo is het niet al te goed aankomen bij hem. Hij is de enige voor wie ik echt respect heb, niet eens voor de koningin. Als ik langs de ramen loop kan ik haar dan ook wat nutteloos door de tuinen zien lopen en babbelen met mensen die er niet eens toe doen. Hierdoor loop ik bijna een meid van haar sokken, maar in plaats van mijn excuses aan te bieden, pak ik haar ruw bij haar arm vast en sis ik haar toe dat ze op moet passen waar ze loopt. Het arme meisje is helemaal van slag, maar mij maakt het weinig uit als ik haar een zet aan de kant geef en weg loop.

    Blythe Yates - vluchteling

    Zoals altijd ben ik vroeg wakker. Al zodra de zon opkwam loop ik buiten met mijn boog, alert en oplettend op elk geluid. Dit om mijn vallen te controleren. Ik heb een paar simpele, onopvallende gezet, maar ondanks het mooie lenteweer schijnen de dieren nog niet in mijn vallen te willen lopen. Ik heb enkel een konijn en een dikke fazant, maar dat was het dan ook voor vandaag. Als er een jonge vrouw door de bossen gelopen komt, ik geloof dat ze Lyra heet, jaagt ze alles sowieso weg met haar gestamp. Voor een moment lang volg ik haar en kijk ik toe hoe ze richting het meertje loopt. Ik zucht even en besluit me maar richting de plek te begeven waar iedereen zich ophoud. Ik praat eigenlijk nooit met iemand, ik heb al geluk dat ik de namen weet volgens mij en ze accepteren mij omdat ik eten kan vinden.
    Vlakbij de rest, maar nog redelijk uit het zicht, zak ik tegen een boom aan. Hier liggen mijn spullen, hier slaap ik ook elke nacht. Met mijn dolk begin ik het konijn voorzichtig van zijn vel te ontdoen, misschien kan iemand nog wel een paar schoenen gebruiken. Ik ben geen leerlooier en ken alleen de beginselen, dus hoop ik maar dat iemand anders het kan. Ik mis de tijden waarin ik nog kon doen wat ik wilde, samen met mijn vader of alleen. Het voelt alsof ik hier een verantwoordelijkheid heb voor anderen in plaats van alleen voor mezelf. Ik ben het gewoon niet gewend en alles voelt zo enorm onwennig. In gedachten verzonken ga ik verder met het konijn, waarbij ik alles zorgvuldig bewaar en in bladeren vouw, waarna ik begin met de veren van de fazant af te trekken.
    Als de zon hoger komt, valt het me op dat het warmer begint te worden. Er waait hier wel een zacht windje, maar het is amper bewolkt en de vogels zingen er vrolijk op los. De bladeren ritselen boven mijn hoofd en de geur van bloed omringt me. Het lijkt net een typische dat te zijn, maar dat is het hier nooit meer. Als het warmer begint te worden, trek ik het shirt van linnen over mijn hoofd heen uit. Het is echt vuil geworden, misschien is het wel eens tijd om een bad te nemen, of zoals hier een duik in het meertje, of mijn kleding eens schoon te maken. Ik kan het prima zelf, ik ben niet gewend om iets niet zelf te doen, dus vrouwen heb ik in principe ook niet nodig. Ik snap niet waarom mensen daar zo'n big deal van maken.


    Your make-up is terrible

    Julia Faye Miller / Hofdame
    Langzaam werd ik wakker door de stralende zon die door mijn gordijnen heen mijn kamer in scheen, iets wat me vertelde dat het dag was geworden en ik op moest staan. Nadat ik de dekens van me af had geslagen, stond ik op om vervolgens naar het raam toe te lopen en de gordijnen te openen. Gelijk toen ik dit gedaan had en ik naar de lucht keek, verscheen er een glimlach op mijn gezicht. Het was een heerlijke, zonnige dag en er was geen wolkje aan de lucht te bekennen. Toen ik echter mijn blik over het dorp liet glijden, verdween mijn glimlach als sneeuw voor de zon. Hoewel het zo’n mooie dag had geleken, was er nog steeds een soort duisternis in het dorp te bekennen. Iets vertelde mij dat die duisternis zou blijven zolang als king Arthur op de troon zou blijven zitten. Maar dat was juist de reden waarom ik hier nu was. Nadat de koning een leger gestuurd had om mijn hele familie uit te moorden en ik op het nippertje, zonder dat iemand dat wist, ontsnapt ben, heb ik er jaren over gedaan om te komen waar ik nu ben. Het duurde niet lang voor ik het kasteel in kwam, maar wel heeft het jaren geduurd voor ik een hofdame geworden was die alleen naar de koning en koningin hoefde te luisteren en die alleen hun opdrachten aan hoefde te nemen. Dit heeft mij een bepaalde positie gegeven, een positie die ervoor zorgt dat ik een bepaald respect van de mensen uit het kasteel kan verwachten. Maar ook zorgt het ervoor dat ik door sommige mensen uit het dorp met een soort afgrijzen aangekeken wordt, iets wat ik maar voor lief neem. Zodra de koning van zijn troon gestoten is en de mensen weten wie ik ben en waarom ik me nu hier bevind, zal ik waarschijnlijk hun respect weer terug verdienen. Langzaam sloot ik de gordijnen weer, om vervolgens naar mijn kast toe te lopen en daar één van mijn velen jurken uit te kiezen. Alle jurken die ik had kwamen tot over mijn enkels, iets wat aanduidde dat ik van adel was en tevens mijn positie in het kasteel benadrukte. De jurken waren van verschillende stoffen en in verschillende kleuren, maar allemaal waren ze op maat gemaakt. Iets wat ervoor zorgde dat elke jurk die in mijn kast hing mij geweldig stond. Langzaam liet ik mijn hand langs de jurken glijden, tot ik bij een lichtblauwe uitkwam die ik besloot aan te trekken. Nadat ik de jurk aan had, liep ik naar mijn kaptafel waar ik mijn haar sierlijk opstak. Naast het feit dat het mooi stond, was dit ook erg handig aangezien het zo niet in de weg zou hangen. Ik richtte een laatste blik op de spiegel, waarna ik weer naar de gordijnen toe liep om deze opnieuw te openen. Na nog een blik naar buiten gericht te hebben, draaide ik me om en liep ik mijn kamer uit.


    Keep your head up, keep your heart strong

    Catarina Elisabeth Valentin

    Rustig liep ik door het kasteel heen. Ik had net een deel van het ontbijt klaar gemaakt en het op de grootte tafel neer gezet. Ik was alleen zo stom geweest om in mijn eigen vinger te snijden met de dolk waarmee ik het brood was aan het snijden. Nieuwsgierig stak ik mijn hoofd om de hoek van een kamer en keek zoekend rond. Hadden ze hier dan helemaal nergens iets waarmee ik mijn vinger kon verbinden en zo weer verder kon gaan aan het ontbijt. Ik moest sowieso klaar zijn voordat de koning wakker was en honger kreeg anders zou hij woedend worden en ik had liever niet dat de man die de macht had iedereen te vermoorden boos op mij zou kunnen woorden. Angstig keek ik om me heen wetend dat ik op het punt stond privé terrein te betreden waar ik dus niet mocht komen. Al wist ik eigenlijk niet zeker of ik daar wel of niet mocht komen, waarschijnlijk zou het niet mogen de koning kennende. Sluipend liep ik door de gangen op zoek naar een stukje stof. Een tik achter me deed mijn hartslag versnellen. Ik slikte even waarna ik me omdraaide. Niemand was in de gang te zien, maar ik kon beter het zekere voor het onzekere nemen. Zo snel als ik kon liep ik terug naar het terrein waarvan ik zeker wist dat ik daar mocht komen. Net toen ik er bijna was viel mijn blik op een hoopje oude kleren. Ik keek nog een paar keer goed om me heen en stapte toen de kamer binnen. Ik pakte mijn dolk uit mijn zak en sneed een stuk stof af. Ik wikkelde het snel om mijn vinger heen en maakte er een klein gaatje in waardoor ik een stukje van het stof erin kon stoppen. Ik trok het even stevig aan en bewonderde het eind resultaat. Ik kwam weer terug bij zinnen en zette het opnieuw op een lopen. Doordat ik niet goed uit keek rende ik tegen een standbeeld aan. Met een harde slag viel het op de grond. Vraag me niet hoe, maar het standbeeld had gelukkig de val overleefd. Hijgend liep ik de keuken weer binnen waar ik Guinevere tegen kwam met een hele lading fruit.
    ‘Goedemorgen Guinevere. Bedankt voor het fruit’ ik glimlachte vriendelijk naar haar. Mijn glimlach verwaterde al snel toen ik er achter kwam dat ik het standbeeld helemaal was vergeten op te rapen. Hopelijk zouden ze er nooit achter komen hoe en door wie het daar is gekomen.


    Everyone is perfect in his or her own way.

    Amèlie Nina Billington
    Toen de zon doorbrak opende ik langzaam mijn ogen. Ik ben pas sinds enkele dagen gevlucht en ik moest toegeven dat ik afgelopen nacht beter heb geslapen dan de voorgaande nachten. Ik ging voorzichtig rechtop zitten - ik lag op een redelijk dikke tak van een boom, je wist maar nooit welke beesten 's nachts rondliepen. Ik rekte me even uit en sprong uit de boom.
    Ik landde een beetje onhandig op de grond en liep naar het kleine beekje. Ik had mijn plek om te overnachten zorgvuldig uitgekozen; dicht in de buurt van water, aangezien ik wist dat het van levensbelang is. Ik plensde wat water in mijn vuile gezicht en zuchtte zachtjes terwijl het briesje wind langs mijn huid streek. De angst sinds ik ben gevlucht is niet afgenomen. Nee, in tegendeel zelfs; ik wist dat ik veel ergere problemen ging krijgen als ze me vonden. Dat was dan ook de hoofdreden dat ik elke dag verder trok; misschien een beetje overdreven, maar ik voelde me niet veilig als ik te lang op één plek bleef.
    Mijn maag knorde en ik fronste even. Helaas had ik niet de gave van knopen leggen en vallen op zetten; ik moest dus geluk hebben, wilde ik eetbare planten tegenkomen of visjes zien die in het heldere water zwommen.
    Ik veegde wat vieze haarplukjes uit mijn gezicht en pakte mijn spullen. Het bestond uit een klein tasje waar ik wat kleding in had zitten en een geïmproviseerde speer, dat bestond uit een kleine tak dat ik had geslepen met een steentje. Het heeft me eeuwen gekost; ik ben niet echt bekend met overleven in een bos. Ik was dan ook best trots op mezelf.
    Ik grijnsde zwakjes en pakte mijn kleine speer en tas, om vervolgens weg te lopen; mijn bed van bladeren in de boom achterlatend terwijl mijn maag nog altijd zacht knorde.

    [ bericht aangepast op 2 mei 2013 - 13:04 ]


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    Samir Zane Saoudi. || Lijfwachter. || Kasteel.

    Met soepele passen liep ik over de straten van het compacte dorp. Mijn blik stond volhard en mijn chocoladebruine ogen scande elke dorpeling zorgvuldig terwijl ik richting het kasteel wandelde. De zonnestralen schenen op mijn getinte huidskleur en liet een aangenaam spoor van warmte achter, ook al hield ik meer van een koele bries die kippenvel achterliet. Mijn lippen krulden ietsjes omhoog bij de gedachte, maar helaas was dit maar voor korte duur. Mijn glimlachjes waren altijd maar zuinig en ik liet ze enkel zien als ik bij iemand van een hogere stand in de buurt kwam, een marteling mocht getuigen of een moord mocht plegen. Misschien was ik wel een beetje sadistisch…
    “Kijk uit.” siste ik zachtjes toen ik de jonge vrouw opzij duwde die per ongeluk tegen me aan was gebotst. Dit was dus de reden geweest waardoor mijn glimlach langzaam was weggevaagd. Ik hield niet van onvoorzichtigheid.
    “Het spijt me… Ik keek niet zo goed uit.” mompelde ze zacht.
    “Nee, dat zal wel weer. Niemand in dit dorp kijkt goed uit. Stelletje varkens.” gromde ik als antwoord voordat ik de vrouw passeerde en met opgeheven hoofd doorliep. Mijn passen waren iets langer geworden, waardoor mijn tempo ook een stukje hoger lag. Het duurde niet lang of ik begroette de andere wachters voordat ik via de ingang die uit grote, zware poorten bestond richting het kasteel liep. Maar eerst moest ik de fleurige tuin nog doorspitten, iets waar ik altijd al een hekel aan heb gehad. Die vrolijke kleurtjes en geurende bloemen waren me iets te onbezorgd.
    Het duurde niet lang voordat ik al een bekende tegenkwam. De zorgvuldige glimlach keerde als automatisch weer terug op mijn gezicht en ik rechtte mijn rug nog ietsjes. Het was geen simpele hofdame of achterlijke hofnar die wat rondsprongen. Nee, het was de koningin zelf. Majesteit, vrouwe, koningin en nog meer vorstelijke begroetingen laaiden door mijn gedachten, waarna ik toch voor de eerste koos.
    “Uwe Majesteit.” Begroette ik de koningin met een korte buiging, waarna ik weer rechtop ging staan en haar met een serieuze blik aankeek. Ik had nooit veel hoogte van de koningin gekregen. De koning was vele malen makkelijker te lezen dan de veelbetekende blikken van de koningin.
    Ik zweeg verder, niet-wetend of ik wel het recht had om iets te gaan vertellen. Ik sprak nooit zoveel als ik aan het werk was als wachter, aangezien ik geen zin had om woorden vuil te maken zonder geldige reden. Daarbij was ik erg zwijgzaam op vele momenten, wat best handig kon zijn. Teveel spreken was nooit goed.


    Reading a good book is like taking a journey.