``165``

Het feest is in volle gang als ik vermoeit aan de bar ga zitten. Mijn schouder voelt extreem stijf en de hakken die ik aan had doen pijn aan mijn voeten. Carly had echt iedereen die ze kent uitgenodigd en ik kende er misschien maar een stuk of 5. Even grinnik ik om de dansende mensen. Het deed me goed om weer eventjes normaal te zijn, Met een half glimlachje draai ik me naar de bar en pak het wijnglas. In mijn ooghoeken zie ik Carly langzaam naar Sam toe lopen. Ik draai mijn hoofd nu helemaal naar ze toe. Het was overduidelijk dat Carly Sam erg zag zitten. Sam was iets meer verlegen maar ik merk ook aan hem –mede dankzij de drank- dat hij zich aardig vermaakt. ‘dansen?’ er staat een man naast me, hij ziet er niet verkeerd uit maar veel zin om te dansen had ik niet. ‘eigenlijk ben ik best blij dat ik nu weer zit’ zeg ik met een glimlachje. Even vernauwen de ogen van de man zich. ‘1 dans?’ weer glimlach ik naar hem draai me naar hem toe. Hij pakt mijn hand vast en trekt me bijna van de barkruk af. Ik wil mijn hand terug trekken maar hij houd hem stevig vast. Er komt nog iemand naast me staan. Hij kucht en knijpt dan in mijn kont. Ik schiet een stukje omhoog en krijg een knipoog van Dean. Ik leg mijn arm om hem heen en wil hem eigenlijk aanvallen als ik me besef dat hij me alleen helpt ‘daar ben je, ik zocht je al’ hij drukt zijn lippen op mijn wang en laat zijn hand verder om me heen glijden. ‘en wie is je vriend hier?’ de man kijkt even naar Dean en laat dan mijn hand los. Ik grinnik even en draai mezelf weer naar de bar. ‘niet eens een opmerking?’ vraagt Dean die naast me komt staan. ‘bedankt’ ik drink de wijn op en laat mijn ogen naar Carly en Sam gaan die in het half donker staan. Dean volgt mijn blik en grinnikt. ‘ik denk dat Sammy vanavond gaat scoren’ even grinnik ik zachtjes. Carly heeft een lichte bloos op haar gezicht terwijl Sam zachtjes over haar wang strijkt. Dean kijkt weer naar mijn gezicht maar ik blijf naar Sam en Carly kijken. Ze knikt met een glimlach en pakt zijn hand beet. Dean kijkt nu ook naar ze terwijl ik naar Carly zwaait. Ze schenkt me een lachje en loopt met Sam achter zich aan naar buiten. ‘en ze zijn weg’