In het ziekenhuis - Deel 6

'Aah, wie we hier hebben.' zei Harry.
'Hey.' zei Josh.
'Zijn jullie hier al lang?' vroeg Liam.
'Een kwartiertje.' zei Dan.
'Hoe laat is het?' vroeg ik.
'Tijd voor het eten, half 7 dus.' zei de verpleegster die binnenkwam met mijn eten.
Josh hielp me uit bed naar het tafeltje.
'Wij zullen dan maar vertrekken zeker, zodat je rustig kan eten.' zei Josh.
'Blijf nog een beetje.' zei ik.
'Ik kan om broodjes gaan in de cafetaria boven.' zei Harry.
'Voor mij is het goed.' zei Josh en de andere knikten ook.
'Voor iedereen hesp goed?' vroeg Harry.
'Jep.' zei Jon.
'Liam ga je mee?' vroeg Harry.
'Ok.' zei Liam en vertrok samen met Harry.
Ik begon al te eten.
'Smakelijk.' zei Sandy.
'Danku.' zei ik.
Toen ik klaar was met eten kwam Harry toe met de broodjes.
Iedereen begon te eten.
'Eens bijten?' vroeg Liam aan mij.
Ik lachte en Liam kwam naar me en ik beet van zijn broodje.
We hebben nog een hele tijd gepraat.
Ik begon te geeuwen.
'We zullen dan maar vertrekken ehn tis al 11 uur.' zei Josh.
'Ik vond het heel tof.' zei ik en nam Josh zijn hand.
'Das graag gedaan.' zei hij en gaf een kusje op mijn hand.
'Moet er iemand blijven?' vroeg Harry.
'Nee, het zal wel gaan. Ik heb mijn grote teddy beer.' zei ik lachend.
'Ok.' zei Harry.
Ik gaf ze allemaal een knuffel en een kus en ze verlieten de kamer.
Ik nam de telefoon en belde naar Louis. Het was zijn antwoord apparaat, maar ik had toch de moed om iets in te spreken.
Lou? Het is Jess. Ik mag morgen naar huis, maar ik zal je keuze accepteren. Ik wil even zeggen dat ik je nog altijd heel graag zie. Bye.
Ik legde af en begon te wenen.
Als wenend viel ik in slaap.
De volgende morgen werd ik wakker gemaakt door de dokter.
'Jessica?' vroeg hij.
'Ja?' vroeg ik.
'Ik kwam even zeggen dat je over een uurtje naar huis mocht.' zei hij.
'Ok.' zei ik.
'Komt er je iemand halen?' vroeg hij.
'Nee, bel maar een taxi.' zei ik.
'Ok.' zei hij en verliet de kamer.
Ik douchte me, pakte alles in en at mijn boterhammen op.
'Ben je klaar?' vroeg de verpleegster.
'Ja.' zei ik.
'Ok, je taxi staat buiten.' zei ze.
'Bedankt.' zei ik en verliet het ziekenhuis.
Ik stapte in de taxi.
'Waar wil je naartoe?' vroeg de man.
'Louis Tomlinson's huis.' zei ik.
'Ok.' zei hij.
Toen ik daar aankwam had ik maar 1 plan.