Part twentynine - dont be mad eddie, its just a game

Edwards hoofd verscheen in de deuropening. 'Wat is er aan de hand?' Ik zuchtte. Ook dat nog. Edward trok zijn wenkbrauwen naar me op. 'Lills hier heeft Jacob net laten zweven.' Edward en Jacob trokken op hetzelfde moment allebei hun neus op, en Edward keek me verbaasd aan. 'Laat eens zien-' Maar Bella viel hem in de rede. 'Met een vóórwerp.' Moeiteloos liet ik mijn bureaulampje zweven. Het draad dat eraan vast zat vormde zich tot een hart. Ik hoorde Edward naar adem happen. Vanuit mijn ooghoeken zag ik hem en Bella gebiologeerd naar het tafereel kijken. Ik besloot hen wat te plagen en pakte met mijn onzichtbare handen een van Edward's lokken haar vast en begon er mee te spelen. Toen liet ik hem een beetje opstijgen. Hij begon om zich heen te slaan. Ik grijnsde. 'Lily, hou op!' Ik tuitte mijn lippen. 'Nee zeg, dan wurgt 'ie me.' 'Maak je maar geen zorgen,' mompelde hij woest, 'daar heb ik al redenen genoeg voor.' Ik hoorde Jacob gniffelen. Ik liet Edwards haren los. 'Zo goed?' Grijnzend keek ik naar hem. Edward leek zijn boze bui weer helemaal vergeten te zijn. Hij knipoogde naar me. 'Je bent nog gevaarlijker dan Alice.' Bella keek Edward verongelijkt aan. 'Is dat alles?' Edward wendde zich tot Bella en trok zijn wenkbrauwen naar haar op. 'Wat nou?' Bella zuchtte geïrriteerd. 'Laat ook maar.' Ze beende de kamer uit en Edward volgde haar - natuurlijk. Jacob stak zijn hand naar me uit. 'Ga je mee?' Even vergat ik waar hij het over had, want ik keek in zijn bruine ogen. Toen besefte ik dat hij het over Oude Quil had. 'Wat- oh, ja, natuurlijk..' Mijn reactie was warrig. Begrijpelijk, als je grote liefde zo goddelijk was. Ik pakte zijn hand en hij hield me bij mijn middel vast. 'Wat gaan we doen? Waarom gaan we niet door de deur?' Hij glimlachte. 'Charlie zal vast niet blij zijn als wij met zijn tweeën naar beneden komen.' Ah. Ik knikte, om hem duidelijk te maken dat ik het snapte. 'Goed. Houd je vast!' Hij nam een aanloop en sprong door het open raam. Even voelde ik de wind langs me gieren, toen landde hij op de grond, met mij in zijn armen.