Voorspelling komt uit? - 133

“Als ik nu vertrek, wat moet er dan met prinses Yue gebeuren? En haar familie?”, wierp ik tegen. “Als ik hen hier laat zullen de soldaten hen niet sparen, integendeel. Als ik hen meeneem raak ik de vuurnatie niet in en zullen de soldaten zich op jullie afreageren.” Ik zuchtte. “De vuurnatie in raken zal sowieso moeilijk zijn, en tot bij de vuurheer zelf raak ik helemaal niet zonder hulp.”
“Wij helpen je wel”, riep iemand meteen.
“Nee”, zei ik kalm. “Dat gaat niet lukken. Er is maar één iemand die me kan helpen. De enige die daar zomaar binnen kan wandelen zonder dat er ook maar iemand aan zal denken haar tegen te houden: prinses Azulena.” Meteen kwam er een golf van protest.
“Alsof je haar kan vertrouwen”, schreeuwde iemand.
“Ze is even erg als de vuurheer zelf!”
“Die bitch toch niet!”
“Stilte!”, schreeuwde ik door de zaal. Geschrokken zweeg iedereen. “Ik heb zo mijn redenen om haar hiervoor voldoende te vertrouwen.” Azulena stapte naar voren.
“Ik begrijp jullie reactie, als dochter van de vuurheer is het logisch dat ik jullie als vijand zie, en jullie mij. Toch hoeft dat niet zo zwart-wit te zijn. Ik zal niet zeggen dat ik jullie kant kies, maar evenmin volg ik de vuurheer blindelings. Zijn bevelen kan ik niet negeren, maar ik kan wèl proberen te voorzien wat hij van plan is en dat al op voorhand voorkomen. Ik zal niet zeggen dat ik hem volledig ongelijk geef, ik heb altijd geleerd dat vuur een veel machtiger element is dan de andere drie, en ik kan niet zomaar oordelen of dat waar is of niet. Maar zelfs als het waar is moet ik toegeven dat ik twijfels heb bij zijn methodes.” Iedereen was doodstil. Plots riep iemand:
“Je probeert ons gewoon voor je te winnen! Alsof jij ons ooit oprecht zal helpen!”