Huize Fowl:
'Turf!', klonk Butler's woedende stem. 'Waarom deed je dat?! Nu zijn ze weg! Waar is Foaly?! Turf, jij gaat nu ONMIDDELIJK Foaly halen, en als je dat niet doet, heb jij héél, héél grote problemen!' 'Oké, oké, ik ga al!' riep Turf, en hij haastte zich weg.

Araluen:
Will grijnsde. Hij begreep de hint. ‘Oké Halt, zullen we ons kamp maar opslaan? Die mensen zijn vast uitgeput en uitgehongerd, na zo'n lange reis helemaal uit een andere dimensie.’ Artemis kneep zijn ogen een beetje samen. De spot in Will's stem onging hem niet, maar hij verwaardigde het zich niet om te reageren. Holly keek vooral geïrriteerd, zoals de hele dag al eigenlijk.
‘Ja, dat zal wel.’ zei Halt met uitgestreken gezicht. Hij begon zijn paardje af te zadelen. Will deed hetzelfde. Artemis zuchtte en ging op de grond zitten. Dit kon nog wel eens ingewikkeld gaan worden!

Havenstad:
Turf probeerde te ontsnappen. 'Nee! Wacht! Wat heb ik nu weer gedaan?!' De elfBI-agenten lachten, maar lieten hem niet los. 'Ik heb geen idee, maar je zal vast wel íéts gedaan hebben. Ik bedoel: Turf Graafmans, en onschuldig? Laat me niet lachen.' De andere agent lachte. Turf kreunde. Wás hij eens onschuldig... 'Mag ik alsjeblieft éérst Foaly nog even spreken?' De agenten dachten na. 'Nou... vooruit. Dat kan wel even, denk ik.' Hij keek even voor bevestiging naar zijn collega. Die knikte. 'Goed, dan gaan we naar Foaly.'

Araluen:
‘Deze stoofpot is echt heerlijk, Halt.’ zei Holly. Ze wist dat in een situatie als deze, alleen in een onbekend gebied, met gewapende vreemdelingen, je beter een beetje aardig kon doen. Bovendien, de stoofpot wás heerlijk. Holly verbaasde zich over het feit dat, met zo weinig moderne middelen tot hun beschikking, de Grijze Jagers zich toch blijkbaar prima konden redden. En koken.
‘Bedankt. Maar nu ben ik toch wel benieuwd, Holly. Wie zijn jullie? Gaan jullie je verhaal nog vertellen of hoe zit dat?’
‘Juist.’ Artemis zette zijn kom neer. ‘Wij...’
‘Mag ik ook eens het woord doen?’ onderbrak Holly hem. ‘Ik heb zo'n gevoel dat ons verhaal dan in een heel ander licht komt te staan.’
Artemis snoof. ‘Ja, dan ga je hen zeker vertellen wat een crimineel ik ben?’
‘Precies. Want dat ben je namelijk ook, Artemis.’ Holly wende zich tot de Jagers. ‘Op een dag besloot hij hier dat het wel een goed idee zou zijn om een elf te ontvoeren...’
'Hoho!' protesteerde Artemis. 'Ik wás een crimineel! Nu niet meer!' Dat leverde hem een paar geïrriteerde blikken op. 'Sorry. Ga verder, Holly.' 'Dat zou ik zeggen ja.' mompelde die. 'Goed. Op een dag besloot Artemis, toen hij nog een crimineel WAS-' ze keek Artemis aan '- om een elf te ontvoeren. Zijn vader was al twee jaar vermist, met een deel van het familiefortuin. Artemis was jong genoeg om nog in elfen te geloven, en oud genoeg om een slim plan te bedenken. Hij was toen 12.' Will en Halt keken haar ongelovig aan. Artemis bloosde en gebaarde naar Holly dat ze verder moest gaan. 'Hij stal in China een exemplaar van het Boek, een soort Bijbel voor elfen dat elke elf bij zich draagt, en ontcijferde onze taal, het Gnomisj. Toen hij had uitgevonden waar, wanneer en hoe hij een elf kon ontvoeren, deed hij dat. Die elf was ik.' Holly schraapte haar keel en vertelde de rest van het verhaal.

Reageer (2)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen