11.
29-12-2014
De paar tranen die zich in Ethirs ogen hadden gevormd had de wind allang in beslag genomen, en ze begon in te zien dat ze het gezelschap vandaag of morgen waarschijnlijk nog zou wederzien. Ze was extreem gemotiveerd, en dus ook al een ver eind gekomen, in wat nog geen half uur was. Het enige beetje verontrustende was de Rhosgobel-konijnen-slee met Radagast erop die ze net nog voorbij zag razen. Als die tovenaar haast had beloofde het niks goeds. Voor de rest zag alles er goed uit.
Ze voelde zich redelijk veilig met de pijl en boog die Kili haar had geschonken. De pijlenkoker hing op haar rug, en de boog had ze al de tijd in haar hand gehouden. Als er opeens iets uit de schaduwen sprong moest ze immers snel kunnen handelen, hoewel ze zichzelf eerder als een gek weg zag rennen. Ze kon het wapen prima hanteren, maar ze was meer op vluchten ingesteld.
Toen ze over een steen struikelde vloekte ze nijdig. 'Kutzooi!' Ze tierde de hele boel bij elkaar. Toen ze doorhad dat dit weer allemaal vreemde, onbekende woorden waren stopte ze meteen. Wat had dit toch steeds allemaal te betekenen? Shit, son of a bitch, kutzooi? Het klonk haar allemaal erg grof in de mond, en het was zo vreemd dat deze woorden allemaal uit het niets kwamen opzetten.
Toen er opeens een grauw geluid in de verte klonk stopten haar gedachtes. Ze stond op van de grond en spitste haar oren. Er klonk nu een vreselijke huil, ver weg van haar, maar hetgeen wat ze hoorde was met velen en het rende snel. Ze kon het horen aan het geluid wat klonk wanneer de poten de grond raakten. Ze had de laatste tijd dezelfde zintuigen als een elf, dus het was geen moeilijke opgave voor haar om deze geluiden in de verte te horen.
Aan wat ze hoorde kon ze opmaken dat het een flinke groep wolven waren. Het waren geen fijne beesten, en in een grote groep waren ze erg gevaarlijk, maar Ethir waagde het erop. Ze kon zich moeilijk verstoppen in dit open veld, en Elrond had zijn mannen altijd verteld dat je gevaar moest trotseren, en er niet voor moest vluchten. Wederom gelde deze regel niet voor haar, vond Elrond, maar dat vond ze belachelijk. Oftewel : ze lustte deze beesten rauw.
Maar het waren geen wolven die ze na een tijdje in de verte zag. Deze dieren waren groter, en hadden berijders. Orks! Schoot door haar hoofd. En nog erger, wargs!
Ze hoopte maar voor haar paard dat hij veilig in Rivendell was aangekomen, en deze beesten heeft kunnen ontlopen, maar dat was niet haar grootste zorg. Deze dieren waren razendsnel, en ze kon ze nooit aan.
Ethir zette het op lopen. Ze draaide zich om, en rende angstig terug naar de groep. Ze moest ze waarschuwen! Ze moest vluchten! Of natuurlijk allebei, maar in dit tempo zou ze de groep niet eens halen. Toen ze om haar schouder keek zag ze dat de beesten haar razendsnel naderden. Ze waren bij lange na nog niet bij haar gekomen, maar dat was slechts een kwestie van tijd.
Ze probeerde dus laag te blijven, in de hoop dat ze niet zoveel zou opvallen, maar dat was onmogelijk met het tempo waarop ze liep. Ze was te druk bezig met zichzelf pushen om te blijven rennen.
Haar benen klaagden aan een eind door, maar ze probeerde het te negeren. Het was zo moeilijk om haar tempo aan te blijven houden, hoewel ze wist dat ze niet anders kon.
Toen de wargs op nog geen 100 meter van haar vandaan waren brak de paniek los. Ze pakte een pijl en boog en schoot in de borstkas van de voorste warg. Het beest zakte ineen, zijn berijder werd overreden door de andere wargs, maar de rest volgde haar nog steeds. Ze moest de groep zien te vinden, en snel ook.
Na een tijdje hadden een aantal wargs haar ingehaald, maar die waren niet op haar uit. Ze raasden haar voorbij, en gingen hoogstwaarschijnlijk de kant van de groep uit. Ze wist niet of ze nou gek was of niet, maar ze volgde ze. Achter haar zat echter nog een flinke stoet, en sommige kwamen wel heel dichtbij. Ze gilde angstig toen een van de wargs waar ze al een pijl op af had geschoten door bleef rennen, en al zo dichtbij was dat ze zijn adem op haar huid kon voelen.
Net toen het beest zijn bek open deed om het meisje op te schrokken schoot ze een pijl. De pijl schoot door zijn keelgat, waardoor het beest van de pijn en paniek stopte, en vervolgens wilt in het rond begon te rennen, voordat hij een pijnlijke dood stierf. In zijn wilde bewegingen nam hij paar wargs en orks mee in zijn val, waardoor Ethir een kleine voorsprong kreeg. En ze zag Radagast al in de verte, met een aantal wargs achter zich aan. De man leek zich wel te vermaken met zijn Rhosgobel konijnen. Ook zag ze de dwergen, die ongezien probeerde weg te komen.
Natuurlijk kon het meisje de dwergen niet roepen. Ze zou ze verraden, en ze hadden het al druk genoeg met zichzelf helpen dan haar. Maar aangezien Radagast alles wel goed onder controle leek te hebben zocht ze hulp bij hem.
'Radagast!' gilde ze, terwijl ze alweer op de voet werd gevolgd door een warg. Ze schoot het beest af, en voor de zekerheid schoot ze nog een keer. Het dier was al te dichtbij om het risico te nemen dat hij door zou blijven rennen.
Ze was nu op het moment dat ze het nog geen halve minuut zou kunnen volhouden. Het gevaar was zo dichtbij, en haar energie was zo'n beetje op. Ze probeerde zich een beetje vast te klemmen aan de woorden die ze tegen Kili had gezegd. Ze zou Keano en Kili niet laten gaan, dat had ze beloofd. Ook Fili, Bilbo, en alle anderen van de groep kende ze nog te kort om achter te laten.
Gelukkig raasde Radagast voorbij toen Ethir niet meer kon. Hij trok het meisje achterop zijn slee, en zei haar dat ze zich goed moest vasthouden. Ze nam dit advies ter harte, want ze wilde zeker niet van de slee vallen.
'Dat heb je nog lang volgehouden meisje,' zei het mannetje complimenterend, waarna ze hijgend knikte.
'Ik ben helemaal op,' en dat was niet overdreven. Ze had het gevoel zat ze elk moment kon flauwvallen. Ze hield zich vast aan de adrenaline die door haar lijf suisde, en het zien van de dwergen, die zich net achter een grote rots verschuilde. Een warg met een ork erop sprong op de rots. Snel keek Ethir voor zich uit. Ze hoefde niet onnodig te zien hoe de dwergen ze zouden afmaken, maar hoorde kort daarna wel de kreten van zowel de ork als de warg. Natuurlijk trok dit wel de aandacht van de orks. Ze kwamen allemaal op dat geluid af. Slechts een ork bleef in de achtervolging, maar leek het ook zat te worden.
Ethir zag hem een glimmende pijl uit zijn koker pakken. Haar ogen werden groot als schoteltjes. Zo snel als ze kon pakte ze een pijl, maar tot haar grote ongenoegen kon ze er geen meer vinden. Ze had enkel nog haar boog over.
Angstig schreeuwde ze alle namen die ze kon bedenken. Radagast, Fili, Kili, Bilbo, Thorin, Gandalf en zelfs Bofurs naam werd genoemd.
Het hielp allemaal niet. Radagast kon niet snel genoeg reageren, want toen hij omkeek vloog de pijl al door de lucht.
Wit trok ze weg toen ze in haar rug geraakt werd. Gillen leek al niet meer te lukken. Alles werd verdoofd, behalve de pijn.
Haar handen lieten de slee los, en met een doffe klap viel ze op de grond. Pas toen leek ze weer te kunnen bewegen.
Ze kermde van de pijn, schreeuwde, maar stond op. Met grote moeite, en een ijselijke gil die door merg en been ging, trok ze de pijl uit haar rug, en richtte die op de ork die genietend op zijn warg naar haar toe reed. Hij leek even verbaasd te kijken dat dit haar nog lukte, maar dat verdween al snel in een lege blik. De pijl was er via zijn oog ingeschoten, en stak er aan de andere kant uit. De ork was dood, maar de warg was er nog. Ze kon niks meer. Ze gooide de boog tegen zijn kop, in een wanhopige poging om te overleven, maar dit had geen nut. Vooral omdat al haar spieren geen dienst meer leverde.
Het enige wat ze nog kon was schreeuwen, huilen, smeken om genade, maar het hielp niets. Het beest stapte grommend op haar af.
Reageer (3)
Ik meen me weer iets te herinneren ö
9 jaar geledenoeh spannend ! snel verder!
9 jaar geledenzooooo cliffhanger
9 jaar geledenDit ziet er niet goed voor haar uit