• 3 • Sella •
Het begon te schemeren en het kamp begon vol te stromen. Toen alleen Geis en Joha nog niet terug waren, zei Berda dat ze wel mochten beginnen met eten. Berda had wel eens verteld dat de andere kampen een stuk minder hecht waren dan hun kamp: vooral kamp 1 was veel meer op zichzelf gericht. Sella vond het fijn om samen te werken met anderen, al was ze blij dat ze er vaak alleen op uit gestuurd werd. Ze leerde graag voor zichzelf te zorgen en niet afhankelijk te zijn van anderen. Dat was nooit anders geweest.
Ze zaten met z'n allen rond het vuur. Sella zat tussen Berda en Ludewei in. Ludewei was een lange, breed gebouwde en gespierde jongen met donkerbruine ogen en blonde krullen. Zelfs Berda had wel eens toegegeven dat ze hem knap vond, al had ze hem veel te jong gevonden voor haar - vanzelfsprekend. Het was gek dat Sella zich helemaal niet tot hem aangetrokken voelde. Ze was sowieso niet erg bezig met het beoordelen van jongens: ze had wel wat beters te doen. Als het jaar over een week zou eindigen, zou ze eindelijk uit Capillus mogen vertrekken en zou ze de wijde wereld in gaan. Ze keek er al haar hele leven naar uit om eens verder te kijken dan het dorp en het woud eromheen. Het was verboden voor minderjarigen om buiten Capillus te komen zonder toestemming en de enige keer dat ze daar toestemming voor kregen, was als ze hun overlevingsdagen in het woud hadden. En zelfs dan moesten ze binnen de elektrische grenzen blijven.
Hoe vaak had Sella er niet aan gedacht om te proberen te ontsnappen? Ze had er nachtenlang over gepiekerd, ze had meerdere keren op het punt gestaan om het te proberen. Elke keer werd ze tegengehouden door de gedachte dat ze het niet zou overleven daarbuiten. Bovendien zou ze in Capillus geen leven meer over hebben als ze zich niet aan de regels zou houden. De jongeren in Capillus waren over het algemeen heel vrij om te doen wat ze wilden, maar ze waren erg strikt over de regels: overtrad je er één, dan zou je dat duur komen te staan. In alle jaren dat Sella nu in Capillus leefde, had ze slechts één geval gezien die de regels overtrad en betrapt was. Zijn naam was Omas Julliaan, een toen nog 16-jarige uit kamp 2, die vier jaar eerder een poging had gedaan om buiten het kamp te komen. Hij was geraakt door het elektrische veld en toen kwamen er onbekende mensen in spierwitte pakken om hem op te halen. Sella zou drie dagen daarna aan haar eerste overlevingsdagen beginnen en ze was zich kapot geschrokken toen die mensen hem hadden opgehaald. Het was puur toeval geweest dat ze hen gezien had: als ze net een minuut later naar de supermarkt was gegaan, dan zou ze het spektakel gemist hebben. Omas had geroepen, geschreeuwd, gesmeekt dat ze hem niet zouden meenemen, maar de witte pakken hadden zich er niks van aangetrokken en hadden hem in een busje gezet. Een stukje van het elektrische veld rond het dorp was uitgezet, ze hadden hem daarheen gesjouwd en ze waren uit het zicht verdwenen.
Sindsdien zag Sella dat beeld altijd weer voor zich, als ze eraan dacht om te ontsnappen. Gelukkig werd ze aan het eind van dit jaar 18 en mocht ze dus dit jaar mee met de groep afgevaardigden.
Ludewei haalde haar uit haar gedachten door haar een stuk vlees aan te bieden. Het was het vlees van een haas die hij zelf gevangen had, vertelde hij. Daarna weidde hij uit over hoe hij het dier in zijn vizier had gekregen en hij zijn boog strak gespannen had gehouden en de pijl toen recht door zijn hart had geschoten. Sella knikte en nam het stukje vlees aan, maar probeerde niet al te veel naar zijn verhalen te luisteren. Het was natuurlijk een gewoonte om dieren te doden en ze had het zelf ook vaak gedaan, maar ze beleefde er niet het plezier aan dat Ludewei en vele anderen er wel aan beleefden. Het doden van een dier gaf haar geen gevoel van triomf, maar eerder van walging en schuld, omdat ze een onschuldig dier van het leven had beroofd. Daarom probeerde ze er niet te veel over na te denken - en een beschrijving van hoe het leven uit de ogen van de haas verdween, maakte dat niet makkelijk.
Reageer (2)
Leeuk. (:
1 decennium geledenIk zou het ook erg vinden om een onschuldig dier te doden, ookal is het puur en alleen voor het voedsel dat je dan nodig hebt om te overleven. Verder kan ik me ook best wel goed vinden in Sella.
1 decennium geledenDie namen zijn ook allemaal heel erg leuk bedacht.
Kudo!