Hoofdstuk 27
‘Het spijt me van net’, verontschuldigde Harry zich. Naast elkaar liepen ze door de gangen van het hotel, richting Maroons kamer. Ze hielden elkaars hand vast. Hun vingers verstrengeld. ‘Waarom? Jij kon er niks aan doen’. Bij de ingang waren ze gefotografeerd. Eén van de portiers was al met hem aan het praten, maar toen de fotograaf hen had gespot, wou hij natuurlijk niet meer weg. Harry schudde zijn hoofd. ‘Als ik hem eerder had gezien, waren we doorgereden naar de achteringang’. Maroon haalde haar schouders op. ‘Ach, het zou toch een keer gebeuren’. Ze kon haar geluk niet op. Twee keer gefotografeerd op één avond. Ze vond het geweldig. Dit ging ze natuurlijk niet aan Harry laten merken, die zich er duidelijk nogal schuldig over voelde. ‘Dat weet ik wel…’, begon hij. ‘Maar ik had het zo graag nog even geheim gehouden… Dat we even niet het middelpunt van alle roddelbladen waren geweest’. Ze keek naar hem om. Het leek hem echt dwars te zitten. De blik in zijn ogen was niet vrolijk meer als voorheen en zijn mondhoeken stonden niet meer omhoog. Toch kon ze het niet laten om een opmerking te maken.
‘Is er een ‘we’ dan?’. Hij keek met optrokken wenkbrauwen naar haar om. ‘Vind jij van niet dan?’, kaatste hij terug. Hier moest ze om lachen. Vanuit haar ooghoek zag ze dat haar kamer in zicht kwam. ‘Ik vroeg het alleen maar even voor de zekerheid’. Hij glimlachte. ‘Mooi’. Ze keek weer voor zich uit, maar haar blik vloog nog enkele keren terug naar zijn gezicht. Waren ze nu officieel ‘samen’? ‘Ik hoef toch nog niet mijn facebook status te gaan veranderen, of wel?’, vroeg ze dan toch maar even voor de zekerheid. Dat leek haar nog wel vroeg. Lachend schudde hij zijn hoofd. ‘Jij denkt wel erg ver vooruit’, vond hij. Hij gaf een kneepje in haar hand. Ze knikte. ‘Oke, dan is het goed’. Ze glimlachte opgelucht.
Voor de deur van haar kamer kwam ze tot stilstand. Hij kwam tegenover haar staan. ‘Bedankt voor vanavond, het was echt heel leuk’, zei ze met een brede glimlach. Ze moest toch echt toegeven dat haar acteerkwaliteiten erop vooruit gingen. Hij glimlachte terug naar haar en pakte haar andere hand ook vast. ‘Het was me een genoegen’. Zijn blik ging van haar ogen naar haar lippen. O, dear god. Ze wist dat het erbij hoorde. Dat het er uiteindelijk toch wel van zou moeten komen, anders kwam het natuurlijk niet realistisch over en had ze er net zo goed niet aan kunnen beginnen. Ze haalde haar handen uit die van hem en sloeg haar armen om zijn nek. Zijn handen gingen naar haar heupen.
Voordat ze er eigenlijk te veel bij na kon denken, boog ze naar hem toe en stonden ze te zoenen. Geen lief, romantisch kusje, nee, als Maroon iets deed, deed ze het ook goed. Al was het niet heel geweldig. Òf hij kon gewoon niet zoenen, òf het had iets te maken met het feit dat ze hem helemaal niet leuk vond. Welke van de twee het ook was, ze nam zich voor dit zo min mogelijk te herhalen. Ze trok haar hoofd terug en keek hem met een glimlach aan.
‘Ik zie je morgen wel weer, goed?’. Hij knikte. ‘Goed’. Hij gaf haar nog een kus op haar wang, waarna hij zich omdraaide. ‘Slaap lekker’. Ze glimlachte. ‘Jij ook!’. Hij gaf haar een knipoog, waarna hij zijn handen in de zakken van zijn spijkerbroek liet glijden en wegliep. Ze haalde haar sleutel uit de zak van haar jasje en opende de deur. Ze stapte naar binnen en sloot de deur weer. In één rechte streep liep ze door naar het balkon. Een sigaret. Daar had ze nu zin in.
Met een brede glimlach keek Maroon naar het scherm van haar laptop. Dit was perfect. Het kon niet beter. Ze zat op haar bed met de laptop op haar schoot. Haar ogen gingen over de verschillende foto’s van haar met Harry. Bij het restaurant en net voor de ingang van het hotel. Ze vond het geweldig. Hoe eerder iedereen van hen wist, hoe eerder ze het weer kon laten eindigen, iets waar ze nu al naar uit keek.
Er zijn nog geen reacties.