032
Sam stormde langs haar vader heen, opende de deur en rende naar buiten. Ze sloeg de deur met een klap dicht. ‘Zayn!’, riep ze. Ze rende de gang over, maar ze zag niks meer. Toen ze de hoek om sloeg naar de trap, zag ze dat die ook verlaten was. ‘Zayn!’. Ze stormde de trap af, maar toen ze de volgende hoek om sloeg, was hij daar ook niet. Tranen kwamen in haar ogen. ‘Zayn!’. Ze liet zich op één van de traptreden zakken. ‘Ga alsjeblieft niet…’. Ze was weer een dierbaar iemand kwijt. Dikke tranen kwamen uit haar ooghoeken en stroomden over haar wangen. Haar vader had hem waarschijnlijk zo afgeschrikt dat hij haar niet meer durfde te zien. Haar schouders schokten. ‘Waarom huil je?’. Zayn verscheen onderaan de trap. Sam begon de tranen weg te vegen, wat onbegonnen werk was. ‘Omdat ik dacht dat je niet meer terug zou komen’, bracht ze uit. Zijn blik werd wat zachter. Hij liep de trap op en zakte naast haar neer. ‘Tuurlijk wel’. Hij sloeg zijn linkerarm om haar heen en pakte met zijn rechterhand haar hand vast. ‘Ik werd alleen boos toen je vader het over ‘jou soort’ had’. Hij verstrengelde zijn vingers met de haren. Ze keek naar hem op, in zijn bruine ogen. ‘Ik zou altijd weer terugkomen, ik laat je niet meer alleen, oké?’. Ze glimlachte door de tranen heen. ‘Oké’, zei ze ietwat schor. Hij liet haar hand los en veegde haar tranen weg. ‘Van mij kom je niet meer af’, zei hij lachend. Sam lachte ook. ‘Gelukkig maar’. Hij drukte een kus op haar wang. ‘Dus niet meer huilen, goed?’. Ze schudde haar hoofd. ‘Sorry’. Hij stond op en stak een hand naar haar uit. Ze pakte hem aan en hij hielp haar omhoog. ‘Ik heb deze dagen nog wat interviews, fotoshoots, we moeten de studio nog in en ik ga maandagmorgen weer naar Londen, zodat ik met kerst thuis ben’, vertelde hij. ‘Maandag al?’. Ineens realiseerde Sam zich dat het Dinsdag al eerste kerstdag was. Hij knikte. ‘Maar Zondagavond zijn we vrij, dus dan kun je langskomen, al je wil? Of we kunnen ergens heen gaan?’. Sam schudde haar hoofd. ‘Nee, langskomen is goed’. Het viel haar op dat hij haar hand nog niet had losgelaten. Hij glimlachte. ‘Oke, dan stuur ik je het adres en kamernummer nog wel’. Ze knikte. ‘Is goed’. Ze sloeg haar armen om zijn nek. Hij legde zijn handen op haar heupen. Ze keek hem even aan, waarna hij een kus op haar mond drukte. Hoe graag ze hier de hele nacht was blijven staan, Sam wist dat als ze nu niet snel weg ging, haar vader naar haar zou komen. Ze trok haar hoofd terug. ‘Ik moet naar mijn vader…’. Hij knikte. ‘Ja, ga maar snel, voordat hij je gaat zoeken’. Ze grinnikte. ‘Tot zondag’. ‘Tot zondag, succes morgen’.
Er zijn nog geen reacties.