Ik wandel door een sprookjesachtig bos dat bijna te mooi is om waar te zijn.
De oneindig veel bomen, die hun weg naar de hemel reiken.
Ergens, tussen die bomen, het gekletter van een waterval.
De waterstralen plonsen neer op de rivier en bewegen vervolgens weer haastig mee met het stromende water.
Wandelend langs de rivier valt mij op hoe klaar de ruimte is waar ik mij bevind.
Ik ga zitten op het knalgroene gras dat prikkelt aan mijn hand.
Het geluid van fluitende vogeltjes bereikt mijn oren.
Na een tijdje besluit ik op te staan en dit paradijs verder te verkennen.
Mijn neus verwelkomt de geur van lavendel.
Een glimlach vormt zich op mijn gezicht wanneer ik terugdenk aan de tuin van mijn mama, waar de lavendel altijd stond.
Ook proef ik bijna het lavendelijs, waar ik altijd zo gek op ben geweest.
Een kleine bries streelt mijn huid. Het is hier warm, noch koud.

Het is hier zalig.


-Dit tekstje heb ik geschreven toen ik mij slecht voelde. Toen ik op het punt stond in huilen uit te barsten, besloot ik het op te schrijven. Mijn hart uit te storten op papier. Uiteindelijk heb ik niet de slechte gedachten maar de hoopvolle, mooie gedachten neergepend.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen