1. Niet te laat komen. (Neem gerust de hele dag vrij). 2. Geen huiswerk overschrijven. (Laat een ander dat voor je doen). 3. Niet in de les fluisteren. (Schreeuwen is duidelijker). 4. Niet bij je buurman kijken. (Vraag of hij het antwoord gewoon doorgeeft). 5. Geen kauwgom kauwen onder de les. (Chips kraakt beter). 6. Niet rennen door de gang. (Fietsen is leuker). 7. Geen pennen afpakken. (Pak gelijk het hele etui). 8. Niet met potloot op de muur schrijven. (Pen blijft beter zitten). 9. Geen propjes gooien. (Boeken komen harder aan). 10. Het leven van je leraar niet zuur maken. (Laat dat maar aan zijn vrouw over). 11. Niet tekenen in je agenda. (Kladder hem meteen helemaal vol). 12. Niet slaan als je boos bent. (Schoppen komt harder aan).
Life is a fairytale, told by an idiot.