• Ik zit er best vaak mee dat ik iets wil laten proeflezen/verbeteren of commentaar wil van mensen, maar om daar dan elke keer een nieuw topic voor aan te maken, vind ik een beetje overbodig. Daarnaast heb ik het idee dat er wel meer mensen zijn met dit probleem. Vandaar dit topic. Het werkt simpel. Je geeft aan wat je wil dat er gelezen wordt (soort verhaal, aantal woorden, taal) en dropt dat hier. Je kan het in een hoofdstuk van quizlet zetten, in een google docs, in een reactie in dit topic gewoon in een pb of mail sturen aan degene die zich aanbieden in het topic. Het lijkt een beetje op béta-reading, maar dan minder dat je echt een hoofdstuk moet inleveren. Wat meer casual I guess. Wat mij betreft kan je ook gewoon een zin neerzetten of een stukje van tien zinnen. Alles waar je maar wat kritiek op wil.

    people that are in need of some re-writing help
          Wervelwind • proloog • 600 woorden • nederlands • link
          Preffect • eerste hoofdstuk • 800 woorden • nederlands • pagina 2
          Soco • opening • 800 woorden • nederlands • link

    [ bericht aangepast op 30 jan 2017 - 9:37 ]


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    Oke, dan is het prima! Leuk dat de bèta's er ook achter staan.


    It probably had more to do with the hurled bombs, thrown down by humans hiding in the clouds...

    MT.


    That is a perfect copy of reality.

    Ik ga meteen naar je verhaal kijken.

    Ik zou graag wat feedback op deze proloog krijgen. Gewoon of je zin hebt om verder te lezen of niet als je zo'n proloog voorgeschoteld krijgt. (:


    The soul needs autumn.

    Wervelwind schreef:
    Ik ga meteen naar je verhaal kijken.

    Ik zou graag wat feedback op deze proloog krijgen. Gewoon of je zin hebt om verder te lezen of niet als je zo'n proloog voorgeschoteld krijgt. (:

    Ik zal zo even een kijkje nemen! (:


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    @Wervelwind. Ik vind het een interessant begin van een story en heel erg spannend, maar ik was wel een beetje gedesoriënteerd doordat ik geen idee had waar het zich precies bevond. Er is weinig omschrijving van zowel de personages als de omgeving en vooral veel actie. Dit is niet perse een slecht ding, maar ik zou er wel over nadenken waar je je lezer mee achter wil laten. Nu ben ik namelijk net zoveel bezig met "waar bevonden ze zich? hoe zien de hoofdpersonages eruit?" als "wat is er gebeurt en waarom moet ze op de vlucht en haar verloofde achter laten?". Ik weet niet of je hier iets mee kan, maar dat is wat ik er van vond (:


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    Pickett schreef:
    @Wervelwind. Ik vind het een interessant begin van een story en heel erg spannend, maar ik was wel een beetje gedesoriënteerd doordat ik geen idee had waar het zich precies bevond. Er is weinig omschrijving van zowel de personages als de omgeving en vooral veel actie. Dit is niet perse een slecht ding, maar ik zou er wel over nadenken waar je je lezer mee achter wil laten. Nu ben ik namelijk net zoveel bezig met "waar bevonden ze zich? hoe zien de hoofdpersonages eruit?" als "wat is er gebeurt en waarom moet ze op de vlucht en haar verloofde achter laten?". Ik weet niet of je hier iets mee kan, maar dat is wat ik er van vond (:


    Daar kan ik zeker iets mee! Ik heb de opmerkingen rechtstreeks in het word document gezet.^^ Ik vond het een erg goed verhaal, maar ik had wel het gevoel dat je beter hebt nagedacht over het einde dan over het begin. Dat las namelijk vlotter.^^


    The soul needs autumn.

    Wervelwind schreef:
    (...)

    Daar kan ik zeker iets mee! Ik heb de opmerkingen rechtstreeks in het word document gezet.^^ Ik vond het een erg goed verhaal, maar ik had wel het gevoel dat je beter hebt nagedacht over het einde dan over het begin. Dat las namelijk vlotter.^^

    Ah dankjewel! Daar kan ik ook wel wat mee (: Had je ook nog een idee voor een titel misschien?

    [ bericht aangepast op 28 jan 2017 - 19:33 ]


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    Wervelwind schreef:
    Ik ga meteen naar je verhaal kijken.

    Ik zou graag wat feedback op deze proloog krijgen. Gewoon of je zin hebt om verder te lezen of niet als je zo'n proloog voorgeschoteld krijgt. (:


    Tussenhaakjes heb ik wat commentaar geschreven. Verder heb je echt een heel tof stuk geschreven. Het is spannend, geeft mysteriën die je nieuwsgierig maken en het hoofdpersonage wordt zo geïntroduceerd dat je haar al een beetje kent.
    Er zitten echt wat mooie zinnen in, goede metaforen en ook interessante contrasten.
    Ik zou zeker verder lezen!!

    Let wel op cliché vergelijkingen en bijvoeglijknaamwoorden, dat doet afbreuk aan je verhaal.

    De ijselijke gil ging door merg en been. (erg cliché) De vlammen verzwolgen de doodsbange soldaat als hongerige dieren en likten zijn huid (tweede deel voelt wat ongemakkelijk aan, als je het bij de dieren betrekt loopt het fijner. Nu heb je eigenlijk twee delen, maar de één is veel langer waardoor de ander een beetje in het niet valt en je dus terug moet kijken waar dat bijpast) De schroeiende (?) geur van verbrand vlees hing zwaar in de kleine ruimte en zocht zich een weg naar de koele buitenlucht via de openstaande deur. Langzaam ging de soldaat zijn geschreeuw over in een jammerkreet tot dat er uiteindelijk niets meer was. De vlammen verdwenen en het na(aan elkaar) smeulend lichaam lag naakt en zwartgeblakerd op de grond. De ogen opengesperd in pure wanhoop en angst (cliché?) .
    Verstard keek Arabella in de deuropening naar het tafereel voor zich. Jonathan. De naam echode door haar heen, alsof het hopeloos opzoek was naar iets dat het niet kon vinden. Ze speurde de ruimte af op zoek naar hem, op zoek naar hoop. (heel kort geleden al hopeloos genomen, een ander woord hier is dan mooier) In haar ooghoek zag ze een flikkering, een lemmet dat een enkele overgebleven vlam weerkaatste. Jonathan! Opluchting en beklemdheid namen tegelijk bezit van haar. Met een misselijkmakend gevoel rende Arabella naar haar verloofde, onderweg de laatste vlam (ander woord?) dovend.
    “Jonathan, Jonathan, Jonathan.” Meer kreeg ze niet over haar lippen. (hoe zegt ze dit?)
    De soldaat naast hem was dood. Zijn gezicht verbrand door de vlammen. Met haar laatste krachten duwde Arabella hem opzij. Haar zouten (zoute, cliché?) tranen vermengden zich met bloed toen ze op Jonathans gezicht vielen. Zijn ogen waren gesloten, zijn lippen op elkaar geperst. Hij bevond zich op de rand van leven en dood.(kun je dit misschien vertellen dmv beelden en geluiden en gevoel ipv het letterlijk zeggen?)
    “Jona-” Arabella’s stem stokte halverwege zijn naam. Trillend drukte ze haar handen op de plek waar het lemmet in zijn lichaam was verdwenen. De wond bloedde nog steeds. Ze probeerde al haar energie op haar handen te focussen, hopend dat magie een oplossing zou bieden. Er gebeurde niets.
    “Alsjeblieft, alsjeblieft, …” Ze wist niet aan wie ze het vroeg, tot wie ze bad. Ze kon hem niet verliezen. “Alsjeblieft.”
    Jonathan opende zijn ogen met zichtbare moeite. Hij knipperend (?) in een poging om zijn zicht te focussen en keek Arabella aan. De zweem van een glimlach speelde op (om) zijn lippen.
    “Niet huilen (komma) Bella,” zei hij schor en zo anders dan normaal wanneer hij haar naam op zijn tong leek te proeven en elke lettergreep genietend uitsprak. (te lange zin. Je kunt het na normaal best wel in tweeën hakken)
    Arabella snikte. Ze nam zijn gezicht in haar handen en drukte haar voorhoofd tegen de (het) zijne. Zijn ademhaling streek langs haar lippen en huilend klemde ze zich vast aan de laatste beetjes van haar gebroken hart.
    In de verte klonk het geschreeuw van mensen en geblaf van honden. De ontsnapte soldaat had zijn kameraden gevonden en was op weg naar hun kleine boerderij. Ze had niet veel tijd meer.
    “Ga.” Het was geen bevel, maar een smeekbode. “Alsjeblieft, maak dat je wegkomt.”
    Jonathan hoestte bloed op en sloot uitgeput en gepijnigd zijn ogen. Verstard en met onmacht keek Arabella hoe de liefde van haar leven zijn laatste adem uitblies. Zij greep zijn handen vast en drukte ze tegen haar hart aan. Ze wilde zijn naam uitspreken, maar het leek alsof ze de letters was vergeten. Alsof ze niet meer wist hoe ze hem moest uitspreken.
    Het geroep van mannen kwam steeds dichterbij. Arabella wilde Jonathan niet achterlaten, onbegraven en overgeleverd aan de hongerige dieren uit het bos. Ze besefte echter dat ze niet anders kon. Het vuur dat in haar leek te branden, wilde nog niet gedoofd worden. Het schreeuwde om leven en wraak. Ze moest hier weg.
    “Ooit kom ik voor je terug,” beloofde Arabella. Ze drukte haar lippen een laatste keer op die van Jonathan en begon toen te rennen. Achter haar knetterden de vlammen die zich rond het huis verspreidden. Enkel Jonathan bleef onaangetast door het hongerige vuur.


    Continue to share your heart with other people even if it has been broken.

    Dit is nog de ruwe versie, maar het is een eerste hoofdstuk voor mijn verhaal voor de wedstrijd 'terug in de tijd'. Het zal gaan over een wetenschapper die terecht komt in de oudheid, en tussen alle filosofen en grote namen een abnormaal schone vrouw tegenkomt.
    De vraag die hierbij komt is eigenlijk ook of dit genoeg aandacht trekt om door te lezen. (Andere tips zijn ook altijd welkom natuurlijk).

    Ow in mijn bestand stonden wel tabs, sorry.

    Nederlands | ongeveer 800 woorden

    Darryl had al weken aan één stuk door gewerkt, sliep op het bed in dezelfde kamer en verliet alleen de ruimte om de badkamer te bezoeken. Zijn lichaam was uitgeput van de mentale inspanningen en daarnaast mager geworden - hij at weinig en sinds maandag leefde hij op crackers, het enige dat hij nog in huis had.
    Zijn computer had hij meerdere malen opnieuw op moeten starten. Ja, ook zijn technologie had het zwaar. Nu het af was zou hij een week niet meer in de buurt komen van de muis of het toetsenbord.
    Hij had zijn bril afgezet en wreef over zijn gezicht.
    "Shit man," zei hij hardop. Het eerste wat in hem opkwam was zijn vriend en collega, Austin, bellen. Zijn ogen vielen haast dicht toen hij achterover leunde, maar zodra hij de andere man hoorde, veerde Darryl weer op. Zijn enthousiasme vloeide door zijn aderen, alsof hij een adrenalinekick had, begon hij zijn gehele onderzoek, inclusief dieptepunten en nieuwe inzichten te verkondigen.
    Austin humde op de juiste momenten maar vroeg verder niets. Dit was al zo vaak voorgekomen dat hij wist hoe hij moest reageren en dat zijn brandende vragen nu gewoon nog even moesten wachten.
    Darryl was altijd al hetzelfde geweest: of hij gaf alles wat hij had, stortte zich compleet en alleen maar op één onderwerp, of hij deed haast niets, las hier en daar een onderzoekje, prutste wat op het kantoor en liet het vooral een beetje voort kabbelen.
    Zo deed hij dat zelfs in de liefde.
    Darryl stopte met praten om zijn keel te smeren met water, hij was twee minuten weg voor hij de telefoon terug oppakte. Hij brandde weer verder met zijn onuitputtelijke verslag over de laatste weken.
    "Ja, Austin. Ik denk dat het gaat lukken. Ik denk het echt. Oh, Austin, als dit werkt! Dan kunnen we in de toekomst kijken!" De verrukking was te horen in zijn stem, te voelen in zijn enthousiasme. Het was duidelijk: er was iets baanbrekends gevonden.
    Darryl was al een tijd bezig als wetenschapper. Hij had zich gespecialiseerd in meerdere vakken en had zelfs een tijd zich gewaagd aan het les geven. De laatste jaren zat hij echter bij het particuliere bedrijf van meneer Montière. Het was een hele rijke man die graag investeerde in onderzoek, dat op den duur bakken met geld zou gaan opleveren. Darryl was via via bij deze man terecht gekomen en vond het fijn om op deze manier zijn vak toe te passen. Er lag veel minder druk op - de man was immers al enorm rijk.
    Austin was kalm aan de andere kant van de lijn, reageerde geïnteresseerd maar behouden. Als echte wetenschapper wilde hij het eerst allemaal zelf bekijken, Darryls ondervinding lezen en vooral heel kritisch zijn.
    "Hoe lang heb je al niet echt gegeten?" paste de man het in het gesprek. Darryl antwoordde niet, wat eigenlijk ook niet hoefde.
    "Ik haal je over een uurtje op, dan gaan we wat eten."

    Half vijf 's nachts zaten de mannen in de snackbar, omringd door kleine groepjes studenten die een vette hap nodig hadden om de drank tegen te gaan.
    "Je ziet er niet uit," mompelde Austin. Hij pikte een frietje van het bord.
    "Blijf af, dit is van mij. God, wat had ik een honger." Darryl at op hoog tempo zijn saté en patat op, schranste het bijna allemaal naar binnen. Hij nam wat slokken van de sinas, maar sloot af door zijn servet netjes tegen zijn mond te drukken.
    "Pardon," mompelde hij voor zijn oncharmante vertoning.
    Eigenlijk was Darryl een goed verzorgd man, hij had altijd zijn blousen netjes gestreken en zelfs zijn inmiddels grijzige haar zat altijd goed. Hij had een opgeruimd huis, kon eigenlijk altijd gasten ontvangen en zo zou hij altijd in zijn voor een etentje - vijf gangen voldeed wel.
    Nu echter zaten zijn grijze plukken wild, piekerig, zijn baard was ongeschoren en vooral aan zijn kleding kon je zien dat hij er geen moeite in had gestopt. Een spijkerbroek - daar had hij er maar één van - en een blouse die niet eens in zijn broek was gestopt. Gekreukt en vies, zelfs de boord zat verkeerd.
    "Ik ben altijd zo blij met het eindresultaat, maar Jezus, wat voel ik mij slecht. Ik lijk wel één van die jonge mensen hier. Gatver," klaagde Darryl.
    Austin schoot in de lach.
    "Man, jij lijkt écht niet op één van deze snotneuzen, daar heb je te veel rimpels voor."
    Darryl keek Austin zwijgend aan, zijn voorhoofd even gekreukt als zijn overhemd. Hij pakte het zoutvaatje van de tafel en schoon het zijn kant op.
    Austin blafte een nog hardere lach, sloeg uit plezier op de tafel.
    "Man, man, man, ik heb je gemist." Austin keek de vermoeide man grijnzend aan. "Het liefst zou ik nu een foto maken."
    Darryl gromde iets, over wetenschap en bekostigen, maar liet zijn woorden verdrinken in een aantal slokken cola.

    [ bericht aangepast op 28 jan 2017 - 19:55 ]


    Continue to share your heart with other people even if it has been broken.

    Perffect schreef:
    (...)

    Tussenhaakjes heb ik wat commentaar geschreven. Verder heb je echt een heel tof stuk geschreven. Het is spannend, geeft mysteriën die je nieuwsgierig maken en het hoofdpersonage wordt zo geïntroduceerd dat je haar al een beetje kent.
    Er zitten echt wat mooie zinnen in, goede metaforen en ook interessante contrasten.
    Ik zou zeker verder lezen!!

    Let wel op cliché vergelijkingen en bijvoeglijknaamwoorden, dat doet afbreuk aan je verhaal.

    De ijselijke gil ging door merg en been. (erg cliché) De vlammen verzwolgen de doodsbange soldaat als hongerige dieren en likten zijn huid (tweede deel voelt wat ongemakkelijk aan, als je het bij de dieren betrekt loopt het fijner. Nu heb je eigenlijk twee delen, maar de één is veel langer waardoor de ander een beetje in het niet valt en je dus terug moet kijken waar dat bijpast) De schroeiende (?) geur van verbrand vlees hing zwaar in de kleine ruimte en zocht zich een weg naar de koele buitenlucht via de openstaande deur. Langzaam ging de soldaat zijn geschreeuw over in een jammerkreet tot dat er uiteindelijk niets meer was. De vlammen verdwenen en het na(aan elkaar) smeulend lichaam lag naakt en zwartgeblakerd op de grond. De ogen opengesperd in pure wanhoop en angst (cliché?) .
    Verstard keek Arabella in de deuropening naar het tafereel voor zich. Jonathan. De naam echode door haar heen, alsof het hopeloos opzoek was naar iets dat het niet kon vinden. Ze speurde de ruimte af op zoek naar hem, op zoek naar hoop. (heel kort geleden al hopeloos genomen, een ander woord hier is dan mooier) In haar ooghoek zag ze een flikkering, een lemmet dat een enkele overgebleven vlam weerkaatste. Jonathan! Opluchting en beklemdheid namen tegelijk bezit van haar. Met een misselijkmakend gevoel rende Arabella naar haar verloofde, onderweg de laatste vlam (ander woord?) dovend.
    “Jonathan, Jonathan, Jonathan.” Meer kreeg ze niet over haar lippen. (hoe zegt ze dit?)
    De soldaat naast hem was dood. Zijn gezicht verbrand door de vlammen. Met haar laatste krachten duwde Arabella hem opzij. Haar zouten (zoute, cliché?) tranen vermengden zich met bloed toen ze op Jonathans gezicht vielen. Zijn ogen waren gesloten, zijn lippen op elkaar geperst. Hij bevond zich op de rand van leven en dood.(kun je dit misschien vertellen dmv beelden en geluiden en gevoel ipv het letterlijk zeggen?)
    “Jona-” Arabella’s stem stokte halverwege zijn naam. Trillend drukte ze haar handen op de plek waar het lemmet in zijn lichaam was verdwenen. De wond bloedde nog steeds. Ze probeerde al haar energie op haar handen te focussen, hopend dat magie een oplossing zou bieden. Er gebeurde niets.
    “Alsjeblieft, alsjeblieft, …” Ze wist niet aan wie ze het vroeg, tot wie ze bad. Ze kon hem niet verliezen. “Alsjeblieft.”
    Jonathan opende zijn ogen met zichtbare moeite. Hij knipperend (?) in een poging om zijn zicht te focussen en keek Arabella aan. De zweem van een glimlach speelde op (om) zijn lippen.
    “Niet huilen (komma) Bella,” zei hij schor en zo anders dan normaal wanneer hij haar naam op zijn tong leek te proeven en elke lettergreep genietend uitsprak. (te lange zin. Je kunt het na normaal best wel in tweeën hakken)
    Arabella snikte. Ze nam zijn gezicht in haar handen en drukte haar voorhoofd tegen de (het) zijne. Zijn ademhaling streek langs haar lippen en huilend klemde ze zich vast aan de laatste beetjes van haar gebroken hart.
    In de verte klonk het geschreeuw van mensen en geblaf van honden. De ontsnapte soldaat had zijn kameraden gevonden en was op weg naar hun kleine boerderij. Ze had niet veel tijd meer.
    “Ga.” Het was geen bevel, maar een smeekbode. “Alsjeblieft, maak dat je wegkomt.”
    Jonathan hoestte bloed op en sloot uitgeput en gepijnigd zijn ogen. Verstard en met onmacht keek Arabella hoe de liefde van haar leven zijn laatste adem uitblies. Zij greep zijn handen vast en drukte ze tegen haar hart aan. Ze wilde zijn naam uitspreken, maar het leek alsof ze de letters was vergeten. Alsof ze niet meer wist hoe ze hem moest uitspreken.
    Het geroep van mannen kwam steeds dichterbij. Arabella wilde Jonathan niet achterlaten, onbegraven en overgeleverd aan de hongerige dieren uit het bos. Ze besefte echter dat ze niet anders kon. Het vuur dat in haar leek te branden, wilde nog niet gedoofd worden. Het schreeuwde om leven en wraak. Ze moest hier weg.
    “Ooit kom ik voor je terug,” beloofde Arabella. Ze drukte haar lippen een laatste keer op die van Jonathan en begon toen te rennen. Achter haar knetterden de vlammen die zich rond het huis verspreidden. Enkel Jonathan bleef onaangetast door het hongerige vuur.


    Super bedankt! Dit kan ik zeker gebruiken.^^

    @Pickett
    Hmmm, ik weet het ook niet zo goed. Ik zou in ieder geval een iets of wat 'stoere' titel nemen. Waaruit blijkt dat ze geen 'ordinary princess' is.


    The soul needs autumn.

    Wervelwind schreef:
    (...)

    Super bedankt! Dit kan ik zeker gebruiken.^^

    Fijn om te horen!!

    [ bericht aangepast op 28 jan 2017 - 20:35 ]


    Continue to share your heart with other people even if it has been broken.

    Iemand die feedback zou willen geven op m'n opening?


    Some people in your life come as blessings, others come in your life as lessons.

    Ik ga morgen even naar beide kijken (:


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    Perffect schreef:
    Dit is nog de ruwe versie, maar het is een eerste hoofdstuk voor mijn verhaal voor de wedstrijd 'terug in de tijd'. Het zal gaan over een wetenschapper die terecht komt in de oudheid, en tussen alle filosofen en grote namen een abnormaal schone vrouw tegenkomt.
    De vraag die hierbij komt is eigenlijk ook of dit genoeg aandacht trekt om door te lezen. (Andere tips zijn ook altijd welkom natuurlijk).

    Ow in mijn bestand stonden wel tabs, sorry.

    Nederlands | ongeveer 800 woorden
    Darryl had al weken aan één stuk door gewerkt, sliep op het bed in dezelfde kamer en verliet alleen de ruimte om de badkamer te bezoeken. Zijn lichaam was uitgeput van de mentale inspanningen en daarnaast mager geworden - hij at weinig en sinds maandag leefde hij op crackers, het enige dat hij nog in huis had.
    Zijn computer had hij meerdere malen opnieuw op moeten starten. Ja, ook zijn technologie had het zwaar. Nu het af was zou hij een week niet meer in de buurt komen van de muis of het toetsenbord.
    Hij had zijn bril afgezet en wreef over zijn gezicht.
    "Shit man," zei hij hardop. Het eerste wat in hem opkwam was zijn vriend en collega, Austin, bellen. Zijn ogen vielen haast dicht toen hij achterover leunde, maar zodra hij de andere man hoorde, veerde Darryl weer op. Zijn enthousiasme vloeide door zijn aderen, alsof hij een adrenalinekick had, begon hij zijn gehele onderzoek, inclusief dieptepunten en nieuwe inzichten te verkondigen.
    Austin humde op de juiste momenten maar vroeg verder niets. Dit was al zo vaak voorgekomen dat hij wist hoe hij moest reageren en dat zijn brandende vragen nu gewoon nog even moesten wachten.
    Darryl was altijd al hetzelfde geweest: of hij gaf alles wat hij had, stortte zich compleet en alleen maar op één onderwerp, of hij deed haast niets, las hier en daar een onderzoekje, prutste wat op het kantoor en liet het vooral een beetje voort kabbelen.
    Zo deed hij dat zelfs in de liefde.
    Darryl stopte met praten om zijn keel te smeren met water, hij was twee minuten weg voor hij de telefoon terug oppakte. Hij brandde weer verder met zijn onuitputtelijke verslag over de laatste weken.
    "Ja, Austin. Ik denk dat het gaat lukken. Ik denk het echt. Oh, Austin, als dit werkt! Dan kunnen we in de toekomst kijken!" De verrukking was te horen in zijn stem, te voelen in zijn enthousiasme. Het was duidelijk: er was iets baanbrekends gevonden.
    Darryl was al een tijd bezig als wetenschapper. Hij had zich gespecialiseerd in meerdere vakken en had zelfs een tijd zich gewaagd aan het les geven. De laatste jaren zat hij echter bij het particuliere bedrijf van meneer Montière. Het was een hele rijke man die graag investeerde in onderzoek, dat op den duur bakken met geld zou gaan opleveren. Darryl was via via bij deze man terecht gekomen en vond het fijn om op deze manier zijn vak toe te passen. Er lag veel minder druk op - de man was immers al enorm rijk.
    Austin was kalm aan de andere kant van de lijn, reageerde geïnteresseerd maar behouden. Als echte wetenschapper wilde hij het eerst allemaal zelf bekijken, Darryls ondervinding lezen en vooral heel kritisch zijn.
    "Hoe lang heb je al niet echt gegeten?" paste de man het in het gesprek. Darryl antwoordde niet, wat eigenlijk ook niet hoefde.
    "Ik haal je over een uurtje op, dan gaan we wat eten."

    Half vijf 's nachts zaten de mannen in de snackbar, omringd door kleine groepjes studenten die een vette hap nodig hadden om de drank tegen te gaan.
    "Je ziet er niet uit," mompelde Austin. Hij pikte een frietje van het bord.
    "Blijf af, dit is van mij. God, wat had ik een honger." Darryl at op hoog tempo zijn saté en patat op, schranste het bijna allemaal naar binnen. Hij nam wat slokken van de sinas, maar sloot af door zijn servet netjes tegen zijn mond te drukken.
    "Pardon," mompelde hij voor zijn oncharmante vertoning.
    Eigenlijk was Darryl een goed verzorgd man, hij had altijd zijn blousen netjes gestreken en zelfs zijn inmiddels grijzige haar zat altijd goed. Hij had een opgeruimd huis, kon eigenlijk altijd gasten ontvangen en zo zou hij altijd in zijn voor een etentje - vijf gangen voldeed wel.
    Nu echter zaten zijn grijze plukken wild, piekerig, zijn baard was ongeschoren en vooral aan zijn kleding kon je zien dat hij er geen moeite in had gestopt. Een spijkerbroek - daar had hij er maar één van - en een blouse die niet eens in zijn broek was gestopt. Gekreukt en vies, zelfs de boord zat verkeerd.
    "Ik ben altijd zo blij met het eindresultaat, maar Jezus, wat voel ik mij slecht. Ik lijk wel één van die jonge mensen hier. Gatver," klaagde Darryl.
    Austin schoot in de lach.
    "Man, jij lijkt écht niet op één van deze snotneuzen, daar heb je te veel rimpels voor."
    Darryl keek Austin zwijgend aan, zijn voorhoofd even gekreukt als zijn overhemd. Hij pakte het zoutvaatje van de tafel en schoon het zijn kant op.
    Austin blafte een nog hardere lach, sloeg uit plezier op de tafel.
    "Man, man, man, ik heb je gemist." Austin keek de vermoeide man grijnzend aan. "Het liefst zou ik nu een foto maken."
    Darryl gromde iets, over wetenschap en bekostigen, maar liet zijn woorden verdrinken in een aantal slokken cola.

    Het eerste wat mij opvalt is dat je erg veel enters gebruikt, bijna na elke zin. Voor mij betekent een enter met tab een nieuwe alinea of als iemand gaat praten en daardoor raak ik snel uit het verhaal. Ook gebruik je vrij veel dialoog en wordt de omgeving en de personages weinig omschrijven, waardoor ik er niet zo goed in kan komen, maar dit kan ook een ding zijn wat erg te maken heeft met smaak. Ik vind dat het stuk veel vragen oproept, maar het beantwoord net iets te weinig vragen. Het helpt denk ik als je wel iets weggeeft van zijn onderzoek om het spannender te maken!


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    Soco schreef:
    Iemand die feedback zou willen geven op m'n opening?

    "Hij bleef even staan bom zijn passagier te bewonderen." bom moet denk ik om zijn.
    Ik vind dat je een interessante sfeer neerzet die spanning opwekt. Wat ik echter mis is gevoel. Je omschrijft wat ze voelt, maar ik voel het gevoel niet en daar kan je denk ik nog wel wat meer mee doen. De laatste zin brengt mij ook een beetje van het pad af, want het gaat naar mijn gevoel over dat de zaal leeg is en niet over hoe het vorig jaar was. De cliffhanger is nu "hoe was het feest vorig jaar dan?" in plaats van "wat is er gebeurt met de gasten?" en tenzij dat ook je insteek is, voelt het een beetje raar.


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.