• • • V E R H A A L
    In de afgelopen jaren zijn er akelig veel criminelen uitgebroken, over driekwart weet de wereld niet eens iets omdat het verborgen gehouden wordt. Al velen agenten zijn gestorven door deze criminelen, waardoor ze op het idee zijn gekomen een team van andere criminelen te gebruiken, gezien deze best eens te missen zijn. De gemiddelde reden voor deze personen zal dan ook zijn dat ze het doen voor strafvermindering, al heeft niet iedereen natuurlijk dezelfde redenen.
          Dit nieuwe team zal Team Oh—Zero heten en niemand zal er vanaf mogen weten. Zo mogen ze niet eens hun eigen families opzoeken, zij moeten namelijk blijven denken dat zij vastzitten. Verder hebben de personen geen fantasiekrachten, enkel brute kracht. Een realistische Suicide Squad, om het maar een naam te geven.




    • • R O L L E N
    Mannen, A C H T.
    • Nahual Saporta • Asuka • 1.1 • Hacker • V
    • Yannic Dullón • Wanheda • 1.1 • Explosievenexpert • V
    • Hunter Tremblay • Burnley • 1.3 • Sluipschieter •
    • David Turner • katsjoepiek • 1.4 • Chauffeur • V
    • Kang Jun-seo • Nedakh • 1.7 • Medicus •
    • Jameson Mayfield • Revenant • 1.4 • Piloot •
    • Rhys Elder • Revenant • 1.5 • Kidnapper • V
    • Gereserveerd • Flowerpowers • 1.6 • Specialiteit


    Vrouwen, T I E N.
    • Aednat Coughlin • Asuka • 1.1 • Submission Specialist • V
    • Myllena Mendes • MrsSmollett • 1.1 • Scheikundige • V
    • Destina el Castillo • Santanico • 1.4 • Vechter •
    • Alvera Fuensanta. • Eavan • 1.3 • Messenvechter • V
    • Lola [ Classified ] • Nippon • 1.4 • Ninja •
    • Alex Nihmaj • Magari • 1.7 • Spion •
    • Maeve Richardson • Sempre • 1.3 • Leider • V
    • Fallon Cooper • Dumbledore • 1.6• Boogschieten •
    • Gereserveerd • Flowerpowers • 1.6 • Specialiteit
    • Valentina Goldstein • Mignon • 1.7 • Fotografisch geheugen •



    • • R E G E L S
    — Minimaal 200 woorden per post.
    — Maximaal twee personages per persoon, minimaal één man.
    — Houdt het aantal mannen en vrouwen gelijk!
    — Niemand wordt buitengesloten, oftewel geen ORPG's in dit RPG.
    — Geen Mary Sue's / Gary Sue's, flaws zijn geweldig.
    — Als je meedoet, doe dan ook echt mee, geen eendagsvliegen.
    — Het is verplicht (in het praattopic) om relatielijstjes te maken.
    — OOC gaat in het praattopic, niet speeltopic.
    — Geen andere personages besturen, mits dat besproken is.
    — Maak je rollen lekker interessant, ik zet je anders weer aan het werk.
    — Alleen ik maak topics, mits ik iemand aanwijs en bla bla.



    • • T O P I C S
    Rollentopic: #1
    Praattopic: #1
    Speeltopic: #1



    • • B E G I N
    Las Vegas, Clark County, Nevada. — Midden in de woestijn.
    We beginnen bij het punt waar iedereen elkaar voor het eerst ziet. Iedereen is individueel met agenten naar de ruimte gebracht waar ze vanaf dit moment gaan opereren. Na meerdere gesprekken en evaluaties zijn onze groep criminelen officieel Team Oh—Zero. Iedereen is er dus heen gereden met minimaal één agent — dit ligt eraan hoe agressief degene wordt gezien. Sowieso is iedereen psychisch goedgekeurd, al hoeft dat niet te betekenen dat iedereen oké is. Het punt waar ze echter nog niet aan gedacht hadden was het feit dat ze ook samen moesten kunnen werken. Sommigen kenden elkaar al van voor Team Oh—Zero omdat ze in dezelfde gevangenis zaten of iets dergelijks, ze zijn dan ook overal door heel Amerika vandaan geplukt.
          Het punt waar we starten is het gebouw. Sommigen zullen er misschien al even zijn, anderen komen net pas aan. Dit hou ik gewoon open, gezien dat me het beste lijkt. Mochten er nog vragen zijn, wees welkom ze te stellen.
          Het is een warme dag, zoals dat altijd is in Nevada. Ze liggen een eind af van de Las Vegas die we kennen, dit is puur in de middle of nowhere, Area 51 stijl. Het gebouw is omringt door een hoge muur en alle voorzorgsmaatregelen zijn getroffen voor Team Oh—Zero.

    Gebouw, maar dan uiteraard van alles erin wat iedereen nodig heeft om te trainen.
    Cellen / kamers, al staan de deuren altijd open en is iedereen altijd welkom eruit te wandelen.
    [ Hier moet echter nog wel over gezegd worden dat ze goede “kamers” gaan bouwen zodra Team Oh—Zero slaagt. ]

    Er is ook trainingsmogelijkheid om buiten te gaan trainen, al is dat dan in het zand. Ik denk niet dat daar een foto voor nodig is. Mocht iemand nog een idee hebben waar ik een foto voor moet plaatsen dan zal ik er eentje opzoeken. ^_^

    [ bericht aangepast op 14 feb 2016 - 14:00 ]


    I'm your little ray of pitch black.

    Mine.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    MT


    Ich liebe dich 27.12.23

    MT


    " icarus had loved the sun, and so daedalus lost his. "

    MT.


    Faith is everything.


    A E D N A T • C O U G H L I N
    • Submission specialist || Nog onderweg. •

    'Zijn we er al bijna?' ik had mijn ogen tot spleetjes gemaakt om verder weg te kunnen kijken. Er was veel zand, teveel zand naar mijn doen. Ik was al geen fan van stranden, dus nu moest ik er praktisch gezien in werken? Mochten ze me dit verteld hebben dan had ik zeer waarschijnlijk getwijfeld over mijn komst.
          Een humorloos lachje schoot tussen mijn lippen door. Natuurlijk had ik dat niet gedaan. Ik was teveel van mijn broers en zussen verloren omdat de losgebroken criminelen het onder anderen gemunt leken te hebben op mijn familie. Niemand kwam aan mijn familie — ondanks dat ik geen hulp had gekregen sinds ik hier beland was. Dat zou ik ze wel eens laten voelen. Ik rekte mijn arm daarom lichtjes, terwijl er een lichte grijns op mijn gezicht verscheen. Ik zou ze wel eens een lesje leren.
          De agent die mij richting Nervada reed had geen woord gesproken tegen me, waardoor ik even wat naar voren ging hangen. Er zat dan wel kogelvrij glas tussen ons in, maar ik zag het zweet op zijn voorhoofd en slapen staan. Rookie. Met een opgetrokken wenkbrauw staarde ik naar de man. 'Je mag best wat muziek opzetten.' Ik merkte op hoe hij via de spiegel naar me keek. 'Heb je het benauwd in dat pak, agent Wright?' Een vermakelijk lachje verliet mijn lippen. 'Goed werk, agent.'
          Kalm ging ik weer achterover hangen, terwijl mijn ogen over de lichtbruine vlaktes gleed, waar zo nu en dan wat groens te vinden was. Het was een vreselijk saaie rit, maar het moest wel betekenen dat we er al bijna waren. We zaten al bijna drie uur in de auto, wat vast wel wat moest betekenen. Het feit dat mijn geduld op begon te raken begon ook erg op te spelen en me vreselijk te irriteren.
          Ik ademde diep uit bij het raam, waarna ik willekeurige dingen begon te tekenen in de condens die erdoor ontstaan was. Het teken van mijn familie, de vorm die Ierland droeg en willekeurige muzieknoten die ik me nog kon herinneren van de scholing die ik had. Het was niet veel, maar zeker niet niets.

    • • •


    N A H U A L • S A P O R T A
    • Hacker || Bij de computers. •

    Ik was binnengekomen, en gelijk had ik mijn plekje in de hoek gevonden, de enige plek waar de computers te vinden leken te zijn. Inmiddels waren we vijftien minuten later, en het enige dat ik nog bereikt had was mijn vingers over de toetsen laten glijden — me nu pas beseffend hoeveel ik dit gevoel gemist had. Een gelukszalige zucht verliet mijn mond, terwijl ik rustig doorging.
          Uiteindelijk startte ik de computer op, die razendsnel was. Ik was vergeten hoe hemels technologie wel niet was. Toen hij opgestart was klikte ik op het internet, puur om te zien wat mogelijk was en wat niet. De meeste sites die ik geprobeerd had waren afgesloten, waarschijnlijk hadden ze toch niet al hun vertrouwen in mij. Ik kon het ze niet kwalijk nemen, dus voor nu roeide ik maar met de riemen die zij mij boden.
          Vervolgens ging ik kijken wat de specificaties waren van de computers, die ik ondertussen allemaal opstartte. Er stonden er een stuk of tien, wat me een brede grijns bezorgde. Ik had dan wel geen idee of er nog een hacker bijzat, maar mocht het zijn dan zou diegene het niet gemakkelijk krijgen met mij in de buurt. Ik had zo mijn manieren namelijk, en ik verwachtte daar dan ook respect voor. Zolang deze de waarheid tot licht brachten zag ik er geen probleem achter.
          Rustig liet ik me weer in de stoel glijden, genietend van het spektakel voor me. Ik voelde mijn lichaam gewoon kalmeren, het voelde goed om weet terug te zijn achter deze vertrouwde elektronica. Powersource is terug! Een grijns sierde mijn gezicht, terwijl ik met mijn hand door mijn haren ging. Bij aankomst hadden ze me verteld dat ik andere kleding zou krijgen, maar dat die ergens later deze dag aan zouden komen, voor nu moest ik het daarom nog maar in deze achterlijke oranje overall doen.

    [ bericht aangepast op 14 feb 2016 - 14:21 ]


    I'm your little ray of pitch black.

    Mijn topics.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    RHYS DEIMOS ELDER

    “Where have all the good men gone and where are all the gods?”


          Bij het instappen had ik al opgemerkt hoe heet het was in de auto en met elke minuut leek het erger te worden. De twee agenten die me vergezelden leken er ook last van te hebben. De zweetdruppeltjes die van hun slapen afgleden bewezen dat. Elk halfuur bood één van de agenten mij een flesje water aan —die hij nota bene zelf vast hield— en mocht ik een slokje water.
          Vanuit mijn ooghoek zag ik dat de chauffeur de airco nog wat omhoog draaide. “Hoe lang nog?” Stilte. Alsof ze me dood wilden zwijgen. Bij het verlaten van de gevangenis was er een gevecht uitgebroken en omdat ik handboeien om had was het erg moeilijk om terug te vechten. Hoewel, ik heb nog een paar goede klappen uit kunnen delen met mijn ellebogen. In de achteruitkijkspiegel van de auto kon ik zien dat er al een blauwe plek was ontstaan net boven mijn kaaklijn. Daarnaast waren mijn polsen bedekt met opgedroogd bloed. Na het gevecht kreeg ik in plaats van één bewaker er ineens twee. Blijkbaar vonden ze me nog te agressief.
          De auto kwam tot stilstand en ruw werd ik de auto uit gewerkt. Mijn enkelboeien werden afgedaan en ik stond op. De bewakers keken ietwat bezorgd toen ze ook mijn handboeien afdeden maar ik was enkel gefocust op de hitte van de woestijn. Ik ritste mijn oranje overall open en bevrijdde mijn armen uit de mouwen, welke ik weer om mijn middel knoopte. Het witte hemd dat nu te zien was zag er vies uit maar ik zou waarschijnlijk toch nieuwe kleding krijgen. De bewakers escorteerden mij naar het gebouw en het duurde redelijk lang voordat we binnen waren met al die voorzorgsmaatregelen.
          Eenmaal binnen zag ik een niet al te ruig uitziende jongen welke bezig wat met een paar computers. Aangezien ik geen zin had om te praten zette ik mezelf neer op een tafel, om er echter meteen weer af te worden gehaald door de bewakers. Zij zochtten mij nog een keer na — waarop? Geen idee. Waarschijnlijk waren er hier al genoeg wapens. Toen ze eenmaal klaar waren duwden ze mij weer op de tafel en liepen ze weg. Grijnzend keek ik na.
         


    " icarus had loved the sun, and so daedalus lost his. "

    MT.


    Everything is illuminated by the light of our past.

    JEFFREY ERICSON MAYFIELD


    De autorit was niet zo fijn geweest. We waren nu al vier uur onderweg en de airco leek niet optimaal te werken. De bewakers leken daar meer ergenis te ondervinden dan ik. Ik was vaker in gebieden zoals deze geweest en de hitte deerde me niet echt meer. De opluchting was duidelijk van hun gezichten af te lezen toen het gebouw in zicht kwam. “Lijkt net Area 51,” merkte ik op. “Dat moet ook wel, met monsters zoals jullie.” Reageerde een bewaker.
    “Dat mag wel wat aardiger, kale.” Mijn opmerking werd genegeerd door de bewaker en de auto werd stopgezet.
          Toen de bewakers eenmaal uitstapte zorgde de droge woestijnlucht voor veel irritatie bij hen. Er was wat wind komen opzetten en het zand vloog in het rond. “Godverdomme,” reageerde één van de bewakers, waarna hij op de grond spuugde. “Kom hier.” Ik werd bij mijn armen uit de auto gehaald en gehaast werd ik meegetrokken naar het gebouw. Toen wij eenmaal binnen waren bedaarde ze wat en werden mijn enkelboeien afgedaan. Meteen daarna werd ik een grote ruimte ingeduwd. Er waren nog maar twee mannen en ik draaide mij naar de jongste van de twee. Althans, hij leek de jongste. Hij streelde het toetsenbord van één van de computers en leek compleet in beslag genomen erdoor. “Zorg je ervoor dat je niet klaarkomt door die computers?” Merkte ik op. Het leverde me echter alleen een stomp in mijn maag op van één van de bewakers. Happend naar lucht leunde ik naar voren, waarna de bewakers mij meteen weer omhoog trokken. Ze deden mijn handboeien af en dankbaar kraakte ik met mijn polsen.
          Grijnzend keek ik naar de weglopende bewakers. Eindelijk weg uit die gevangenis. Hoewel, ik wist niet zeker of dit wel veel beter zou worden. Nieuwsgierig liep ik rond de ruimte en vroeg me af wat we zouden moeten gaan doen. Hadden ze mij nodig voor mijn piloten–ervaring? Vast wel, want naast dat was ik niet erg bijzonder. Omdat er verder niet veel te doen was ging ik aan een van de tafels zitten en wachtte ik op de rest van de gevangenen.

         


    " icarus had loved the sun, and so daedalus lost his. "


    Yannic Dullón | Explosievenexpert

    "Tik, tak, tik, tak. Weet je wat dat geluid maakt?" Ik keek via de spiegel naar de bewaker die aan het rijden was. Tegenover mij in het busje zat nog een bewaker en die zuchtte. "Kun je één minuut je mond houden?" bromde hij en ik hoorde de bestuurder lachen. Ik rolde met mijn ogen.
    "Verkeerd antwoord. Een bom natuurlijk, tik, tak, tik, tak." Er kwam een akelig lachje uit mijn mond en ik keek om me heen. Ik kon via het gaas voorin het busje zien dat we door een soort woestijn reden. "Waar gaan we heen? Waar gaan we heen? Waar-" Ik kreeg een tik tegen mijn hoofd van de bewaker tegenover mij. "Nou," zei ik met een sip gezicht. "Aardiger mag wel hoor, Olaf. Of was het schele?" Grijnsde ik en ik kreeg nog een tik tegen mijn hoofd. Ik lachte weer even en keek weer rond.
    "Waar gaan we nou heen, ik heb nog geen antwoord gehad." Ik keek de bewaker die reed via de spiegel aan en bleef hem met een grote grijns aankijken. Ik kreeg weer geen reactie en ik bromde, waarna ik mijn ogen sloot. Vrijwel meteen werd het busje stilgezet, waardoor ik geschrokken opkeek.
    "Zijn we er?" ik wilde opstaan, maar vergat dat ik in de riem zat. Olaf lachte en ik vernauwde mijn ogen. "Boem," zei ik droogjes en Olaf keek me geïrriteerd aan. Ik trok een wenkbrauw uitdagend op. Hij maakte de riem los en trok me overeind. Eindelijk mijn benen strekken. Ik sprong een aantal keer op en neer, maar Olaf zorgde ervoor dat ik niet meer kon springen. Ik werd door hem naar het gebouw, die ik eigenlijk nu pas zag omdat ik zo druk was, gebracht en na een tijdje was ik eindelijk binnen. Ik zag allemaal andere mensen en ik kreeg weer een grijns op mijn gezicht.
    "Wel, hallo daar medemensen!" riep ik en ik gooide mijn armen in de lucht. Vrijheid. Nou ja, soort van, maar het was vrijheid. Geen cel waar ik de hele dag in moest zitten, of die verschrikkelijke isoleercel, bah. Wat haatte ik dat ding.
    Ik keek rond en zag een aantal tafels die allemaal andere dingen hadden. Toen voel mijn oog op een van de tafels, waar allemaal dingen op lagen die ik herkende van vroeger. Ik rende er nog net niet heen en pakte alles stuk voor stuk op. Er kwam een raar geluid uit mijn mond en ik lachte.

    [ bericht aangepast op 14 feb 2016 - 17:08 ]


    Ich liebe dich 27.12.23



    Myllena Gigi Mendes


    Een duw tegen mijn schouder liet me wakker worden, en ik keek met een verstrooide blik naar de bewaker die de hele rit naast mij had gezeten, en nu buiten de auto stond. 'Kom op Mendes, uitstappen.' Ik hield mijn handen omhoog, die nog steeds geboeid waren. De man schudde zijn hoofd, en maakte een gebaar met zijn handen dat ik nu echt op moest schieten. Met het nodige gemopper schoof ik naar de openstaande deur, en het duurde dan ook niet lang voor ik buiten stond. De hitte van de woestijn sloeg gelijk in mijn gezicht, en ik keek met samengeknepen ogen naar de hoge muren. Ik wilde nog iets zeggen, maar twee handen die in mijn rug duwden maakte me duidelijk dat ik beter door kon lopen. De agent die de gehele rit gereden had, kwam nu ook achter het stuur vandaan, en terwijl ik van twee kanten vergezeld werd door agenten, werd ik naar binnen gebracht.
    Waarom ik hieraan meewerkte? Ik wilde mijn vrijheid terug. Maar dit gebouw gaf me gelijk het idee van een gevangenis, en dus kon het ook wel even duren voor ik mijn volledige vrijheid weer terug had. Eenmaal binnen werden de handboeien eindelijk van mijn polsen gehaald, en ik haalde even diep adem terwijl ik in het rondkeek. Er waren al wat meer mensen, maar of die ook bij dit team hoorde, wist ik niet. Misschien waren het wel mensen om ons in de gaten te houden.
    'Goed, gedraag je Mendes. Ik wil je namelijk niet meer terugzien.' Ik keek verbaasd naar rechts, waar de chauffeur stond, die ook een vaste bewaker in de gevangenis was geweest. Ik stak onschuldig mijn handen in de lucht, en mijn oog viel gelijk op een lange tafel waar allerlei flesjes en buisjes op stonden. Zonder verder nog antwoord te geven liep ik langzaam naar de tafel toe, en er verscheen direct een glimlach op mijn gezicht. Ik kon hier wel tevreden mee zijn, en ik kon hier ook al mijn kennis op los laten. Ik trok de verschillende kastjes en lades open, en mijn enthousiasme werd steeds groter. Als ik hiermee vervroegd vrij kon komen, dan was dat een peulenschil. Ik had mijn kennis in de gevangenis op peil weten te houden met de studieboeken uit de bibliotheek. Ik liet mijn handen even over de lange tafel glijden, en de glimlach op mijn gezicht werd steeds breder.


    Faith is everything.

    Dylan Turner
    Just arrived in the building


    Ik friemelde met mijn handen waardoor de handboeien in mijn polsen schuurde, pijnlijk beet ik op mijn lip en keek even richting de twee agenten. ‘’Het doet pijn,’’ zei ik en keek kort omhoog voordat ik weer naar beneden keek en nog meer bewoog. ‘’Des te meer je beweegt, hoe erger het wordt,’’ kreeg ik uiteindelijk als antwoord en via de spiegel gaf ik hem een dodelijke blik. ‘’Alsof ik dat zelf niet weet,’’ snauwde ik.
    ‘’We proberen alleen maar te helpen.’’ Ik schudde mijn hoofd, ‘’je helpt niet.’’ Ik begon lichtelijk heen en weer te wippen op de stoel en keek naar buiten. ‘’Kan de airco wat hoger?’’ Vroeg ik en tikte geërgerd met mijn voet. ‘’Een woestijn, dat is nieuw,’’ dacht ik hard op en glimlachte zwakjes. ‘’We zijn er.’’ De twee agenten keken kort achterom en stapte uit, mijn blik volgde hun bewegingen nauwkeurig en ik wachtte geduldig tot ik uit mocht stappen.
    Braaf werkte ik mee tot een agent me een licht duwtje gaf, ‘’raak me niet aan. Ik kan zelf lopen.’’ Ze gaven me een korte blik maar ik had weinig te zeggen en bij de tweede duw in mijn rug begon ik driftig tot honderd te tellen.
    De omgeving had veel weg van Area 51 maar echt de tijd om goed rond te kijken had ik niet, vanwaar de haast?
    Wat zand kwam in mijn ogen en ik sputterde even en keek met half dichtgeknepen ogen weg, ‘’verdomme,’’ mompelde ik en wachtte tot de deur werd geopend en mijn handboeien los waren gemaakt. Weg rennen had toch geen zin in de woestijn dus ik snapte hun hele probleem niet. Ik zuchtte opgelucht en bewoog even mijn polsen en keek vervolgens de ruimte rond, er waren verschillende mensen en ik beet mijn lip kort. Kregen we nog een kennismakingsrondje of wat was dit? ‘’Goedemorgen,’’ mompelde ik en stroopte mijn mouwen op voordat ik een beetje ging ijsberen door de kamer.


    Everything is illuminated by the light of our past.


    • Leader of Team Zero-Oh • Ex-major general of the USA army •


    • Follow me, or get the hell out of my way •

    MAEVE RICHARDSON

    Met mijn armen over elkaar heen geslagen keek ik naar de gevangenen die een voor een binnen werden gebracht. Mijn kantoor zat op de eerste verdieping waardoor ik iedereen goed in me op kon nemen. Ik had al te horen gekregen wat de bijdrage van iedere crimineel zou zijn en ik moest toegeven dat het er goed uit zag. Uiteraard zaten de meesten niet voor iets kleins vast en ik was benieuwd of ze zich daar naar zouden gedragen. Een glimlach vormde zich om mijn lippen, hun verleden deed er niet meer toe en mochten ze zich er toch aan vast blijven klampen, dan vond ik wel een manier om dat te veranderen.
          "Laten we ze verwelkomen," zei ik tegen de twee bewakers die in mijn kantoor stonden. Ik was er fel op tegen geweest om beveiliging te krijgen, maar blijkbaar was mijn leven toch te waardevol voor ze. De mannen knikten en volgden me naar beneden. Ik deed niet mijn best om stil te zijn, in plaats daar van zorgde ik ervoor dat mijn hakken net wat harder tegen de grond kwamen dan nodig was, zodat mijn voetstappen door de ruimte galmden.
          Geïnteresseerd ging ik voor het groepje staan dat zich in het midden hadden verzameld. Meteen gingen er strategiën door mijn hoofd, terwijl ik de criminelen een voor een in me opnam. Toen ik bij Myllena aankwam bleef mijn blik net iets langer hangen en knikte ik stijfjes. Ze had niet geweten dat ik hier zou zijn, maar dat maakte het alleen maar geloofwaardiger.

          Ik kuchtte luid om de aandacht te krijgen toen iedereen was gearriveerd en richtte mijn blik op ieder van hen terwijl ik sprak. "Goedemorgen, dames, heren. Zoals jullie weten begint vandaag het nieuwe Team Zero-Oh project. Ik ben aangewezen om gedurende de komende tijd jullie leider te zijn. Je spreekt me aan met Mevrouw Richardson, of je spreekt niet." Mijn stem was hard en duidelijk, ik had namelijk geen zin om mezelf te herhalen en daarnaast ging ik ze ook niet de kans geven om mijn gezag te ondermijnen. Want hoewel ze het nog niet wisten, ze zouden er snel genoeg achterkomen dat met mij niet te spotten valt.

    [ bericht aangepast op 16 feb 2016 - 13:03 ]


    When time and life shook hands and said goodbye.

    Valentina 'Val' Goldstein



    Zweet parelde op haar neus en ze wist dat ze zonder enige twijfel een hoofd in tintje kreeft moest hebben. Als dochter van een Duitse zakenman was het al een hele omweg geweest om uiteindelijk van Berlijn naar Anchorage te raken, maar van de stad in Alaska - hoewel qua temperatuur nog verrassend mild - naar the middle of fucking nowhere in Nevada, was een sprong in een heel andere diepte. Waar was ze in godsnaam aan begonnen?
          De abrupte schok van een auto die stopte, liet haar de ogen openen. Het tweetal bewakers dat met haar meegestuurd was, leek niet de moeite te willen nemen om haar te vertellen dat ze er waren, maar ze kon er niet om treuren. Dan zou ze ongetwijfeld iets terug moeten zeggen en praten kostte energie en energie verspillen in hitte als deze was gewoon ontzettend zonde. Dus stapte ze stilzwijgend uit toen het portier voor haar geopend werd. Een ontevreden uitdrukking gleed over haar gezicht heen toen ze voelde hoe zandkorrels hun weg naar binnen in haar afgetrapte gympen vonden. Niet alleen was het alarmerend warm, maar ook wist het bij elke pas die ze verder zette haar huid ontzettend te irriteren, alsof ze alle scrubbehandelingen die ze in de bak gemist had in één keer cadeau kreeg. Wat een feest.
          Na nog een te lang eind door het mulle zand te hebben geploeterd kwamen ze eindelijk binnen in het kale gebouw. Nadat een zetje van de bewakers haar op de goede richting had gebracht, viel het haar op dat het hele feest al begonnen was. Stilletjes voegde ze zich bij de groep, waarbij ze haar blik hoopvol over de groep liet glijden. Ze werd echt behoorlijk teleurgesteld: het was niet meer dan een stelletje malloten in oranje overalls. Dit ging nog wat worden.
          Lichtelijk geërgerd om de groep die bijeen gesprokkeld leek te zijn, richtte ze haar blik op de vrouw die aan het spreken was. Zo'n vrouw die een teveel aan testosteron had, alleen kon spreken op standje schreeuw en dacht dat het woordje 'leider' haar daadwerkelijk direct het gezag zou opleveren. Val betwijfelde ten zeerste of dit de vrouw ook daadwerkelijk gegund was, maar aangezien tegen de draad in zwemmen alleen maar een verspilling van energie zou zijn, offerde zij zich alvast niet op om dit uit te proberen. Daarnaast moest ze eerlijk zijn: als iemand van dit stelletje idioten - haarzelf niet meegerekend, uiteraard - deze missie in goede banen zou moeten leiden, dan leek Mevrouw Schreeuw nog altijd beter dan Meneer IJsbeer of Meneer wist-zij-veel-wie.
          "Is dit het moment waarop we onszelf voorstellen en als één grote, gezellige familie eindelijk wat fatsoenlijke kleren krijgen, of heb ik iets gemist? Excusez-moi, ik was wat later." Ze plakte een lieflijk glimlachje op haar gezicht en klopte wat tegen de hak van haar schoen - die ze inmiddels uit had getrokken - om de zandbak die zich daarbinnen had verzameld grondig te kunnen lozen.

    I'd rather die on my feet than live on my knees


    She's imperfect but she tries



    Alvera Fuensanta
    • Messenvechter •


    “The privilege of a lifetime is being who you are.”


          Het was warm, en het gebouw waar ik naar binnen geduwd werd leek er niet veel minder koel op te worden. Mijn lichaam voelde klam van het zweet en enkele dunne plukjes haar bleven in mijn nek plakken. Mijn vraag of iemand mijn haren omhoog kon binden werd tactvol genegeerd, wat ze uiteindelijk een stroom aan vloekwoorden had opgeleverd alvorens ik mijn tanden knarsend op elkaar had gehouden. Zelfs de airco in het busje waarin ik vervoerd werd blies warme lucht, evenals de lauwe buitenlucht die via een klein kiertje in het raam naar binnen kwam. Het was een vreselijke rit geweest.
          Ik weet niet hoelang ik uiteindelijk precies in het busje gezeten had. Vlak na een uurtje of drie was ik opgehouden met het bij houden van de tijd doordat de grote vlaktes zand mijn verbazing voor heel even wisten op te tillen. Nu werd ik — lichtelijk hardhandig weliswaar — een enorm groot gebouw in geduwd waarop ik het niet kon laten mijn poelen een keer rond te laten glijden terwijl mijn polsen grof omhoog getrokken werden om de ijzeren boeien los te maken.
          ”Bedankt hé,” knauwde ik mijn bewaker toe en wreef met mijn handen een keer over mijn polsen heen zodra deze bevrijd waren. Lichte kneuzingen waren te zien en ik wist ik nu al dat ik de rest van de dag het idee zou hebben dat ik die krengen nog steeds om had — zo straks waren ze vastgeklikt geweest. Het viel me haast direct op dat ik vermoedelijk één van de laatste was die aan kwam en dat viel allemaal te verwijzen naar mijn bewakers, gezien degene die moest rijden ergens een afslag mistte en daardoor gedwongen werd een heel stuk om te moeten rijden. De kneus.
          Diep van binnen was ik dolblij om voor even van hen, de gevangenis en het hele systeem daar omheen vanaf te zijn. De schaarse vierkanten meters van mijn cel kwamen me inmiddels de strot uit en ik verlangde naar vrijheid — en de mogelijkheid bepaalde dingen weer op te kunnen pakken die in de gevangenis niet mogelijk waren. Dit hele gebeuren zou een stapje terug naar mijn eigen leven. Een leven die ik weliswaar opnieuw moest opbouwen, maar dat kon me nu niets schelen. Mijn vingers begonnen al te jeuken als ik alleen al dacht aan het idee me weer te kunnen storten op de kunst van het messenvechten, in plaats van de wanhopige pogingen om te oefenen met potloden die alleen maar neerkletterde en hun doelen halverwege al misten.
          Een luide kuch echode door het grote gebouw heen en terwijl mijn bewaker me nog een laatste tactvolle duw gaf, begon ze te spreken. “Goedemorgen, dames, heren. Zoals jullie weten begint vandaag het nieuwe Team Oh - Zero project. Ik ben aangewezen om gedurende de komende tijd jullie leider te zijn. Je spreekt me aan met Mevrouw Richardson, of je spreekt niet.” De autoriteit waarmee de vrouw sprak was overduidelijk toonbaar in haar stem, evenals dat deze luid genoeg klonk om niet te misverstaan. Toch kon ik het niet laten een keer licht te snuiven waarbij ik mijn armen over elkaar heen vouwde.
          ”Is dit het moment waarop we onszelf voorstellen en als één grote, gezellige familie eindelijk wat fatsoenlijke kleren krijgen, of heb ik iets gemist? Excuzes-moi, ik was wat later,” sprak een blondine — degene die ik vlak voor me naar binnen had zien gaan. Met een licht opgetrokken wenkbrauw en een speelse glimlach rondom mijn lippen wist ik nog net een grinnik voor me te houden terwijl mijn poelen van de blondine terug naar Mevrouw Richardson gleden.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'