• Supernatural.


    We're all going to hell. Might as well enjoy the ride.
    Bang voor de boeman onder je bed? Of heb je misschien een monster in je kast? Dan zijn ze echt. Wat je ouders je ook verteld hebben als klein kind, they're alive. Overal zijn ze te vinden, maar dit verhaal loopt zich af in de Verenigde Staten.
          Demonen, heksen, weerwolven, vampiers, noem ze maar op. De wereld is niet zo veilig als je dacht. Het bovennatuurlijke zit overal verscholen. Misschien is je buurman wel een demon. Of is de oppasser van je kind een heks? Ze bevinden zich in/rond plekken waarvan je het nooit verwacht had.
          Dan zijn er ook nog de jagers. Deze verzetten zich tegen het kwaad en roeien ze uit. Ze kunnen hierdoor moeilijk een normaal leven leiden en zullen dit leven moeten accepteren. De dood in de ogen kunnen kijken is één van de dingen waar ze rekening mee moeten houden.

    Vragen? Stel ze maar.

    Rollen:
    Vrouwen:
    Mhyresa • Daesys Tartaris • 1,6
    AlateCaden Meredith Garrison • 1,3
    Cissy • Skinwalker
    Deathly_Hallows • Hunter
    Takamasa Demon • 1,8
    Melitta • Aurelia • 1,6
    Undine • Maelys Mortis • 1,9

    Mannen:
    AlateValentine 'Val' Jaceward Veilliers • 1,4
    Halsey • Hunter
    TakamasaDean • 1,5
    Wrestler • Wallace Locke • 1,3
    CashbyCimeries • 1,9
    Mhyresa • Sebastian Tadeas Vinter • 1,8
    Melitta • Azraël • 1,6
    StelmariaAndreas Harry Henstridge • 1,9
    Assassin • Nathaniel Hughes • 1,10

    Regels:
    • Je mag meerdere personages aanmaken, mits je deze niet verwaarloost.
    • Niemand buitensluiten. Houdt 't gewoon leuk!
    • Geen ruzies, behalve in de rpg zelf.
    • Geen perfecte rollen! Iedereen heeft minpunten.
    • Bestuur elkaars personages niet. Alleen die van jezelf.
    • Vermoord geen andere personage zonder toestemming.
    • 16/18+ is toegestaan, maar zet er een waarschuwing boven.
    • In deze RPG moeten de posts 300 woorden bevatten.
    • Let op je spelling en grammatica.

    [ bericht aangepast op 18 april 2015 - 0:28 ]


    † Love? I want to sleep.

    L O C K E .


    Een kleine speelse grijns had haar lippen wat op laten trekken, maar verder dan dat kwam het ook niet qua vriendelijkheid – al verbaasde niets me echt meer bij deze jongedame. ‘Ik merk dat ik gewild ben momenteel,’ begon ze, ‘je bent voorbereidt.’ ‘Niet dat ik klaag, maar je vergeet geloof ik dat je voor mijn deur staat,’ informeer ik haar met een grijns op mijn gezicht, terwijl ik haar ogen volg richting mijn pistool. Deze gooi ik daarom ook met een soepele beweging op het bed.
          ‘Schat, ik ben ditmaal niet hier voor een gezelschapsspel, dus tenzij je over uiterst goede whiskey bezit, hou dat pakket vooral onder je handdoek, oké,’ zegt ze terwijl ze naar binnen loopt en plaatsneemt op mijn bed. ‘Je hebt mijn aandacht.’ Ik nam opnieuw een hijs van mijn sigaret, waarna ik de rook nonchalant uitblies, weg van Maelys, al was dat eerder een macht der gewoonte dan specifiek voor haar.
          Haar ogen gleden over mijn lichaam heen, waarna ze fronsend de kamer rondgekeken had. ‘Laat me je eerst vragen waarom je in hemelsnaam telkens terugkomt naar dit bouwval, het ziet eruit alsof het elk moment in kan storten. Ik weet betere plaatsen, die hebben geen vieze lakens of versleten meubilair. Om maar niet te spreken over die verschrikkelijke geur.’ Zelf kijk ik ook eens rond. ‘In sommige gevallen kan ik een gewoontedier zijn.’ Ik haalde mijn schouders op, waarna ik tegen de muur ging hangen, zodat ik mijn ogen op haar kon houden. ‘Maar wat doe je hier, Maelys?’
          De jonge heks leek op zoek te zijn naar iets, en waarschijnlijk waren het sigaretten. Omdat het blijkbaar een zakelijk gesprek was bood ik er haar ook geen aan – zo zat ik niet in elkaar. Niet veel later had ze het ook gevonden, maar was ze moeilijk aan het doen met haar aansteker. Fronsend stond ik toe te kijken naar haar tafereel. Uiteindelijk ligt ze haast op mijn bed om naar mijn aansteker te grijpen, waardoor ik haar even nonchalant bekijk. Iedere man wist ook wel hoe een vrouw er naakt uit zag, en anders fantaseerde hij daar wel over. Het was moeilijk om Maelys met kleding aan voor me te halen.
          ‘Waar was ik? O ja…’ ze nam een hijs, ‘heb je vandaag nog vrouwen lastig gevallen?’ Er was wat aan haar ogen af te lezen wat me zei dat ze iets had opgevangen, en dat ze me uit leek te dagen. ‘Vandaag? Nee. Gisteren is een ander verhaal.’ Rustig nam ik nog een hijs en blies ik de rook enkele seconden later weer uit. ‘Maar je moet iets specifieker zijn, want gisteren was een drukke dag voor me.’ Als ze me maar een beetje zou kennen zou ze weten dat dit geen grap was, gisteren had ik echt veel moeten doen voor meerdere lopende opdrachten, en ik had met meerdere vrouwen gesproken.


    I'm your little ray of pitch black.


    MAELYS MORTIS


    "I could never get used to the thought of sharing my bed
    But I don't think I'd mind waking up to your face each morning, afternoon or night."


    Er dolen verscheidene ideeën door mijn hoofd heen, echter geen van allen is te gebruiken. Locke is een scherpzinnige man, zoiets valt hem wel op. Naar zijn woorden luister ik niet specifiek, ik had dit eerder moeten bedenken. Geen van allemaal kan ik als definitief plan kiezen. Mentaal vloek ik kort, aangezien ik hem zojuist in feite afgewimpeld heb met mijn nonchalante houding. . .
    Anderzijds – dit bekijk ik op een geheel verkeerde wijze. In plaats van hem als een hunter te zien, moet ik hem als man beoordelen. Elke man zal op een gegeven moment wel vallen voor een goede flirt ; dat is zijn zwakte. In al deze tijd dat ik hem ken, is hij enkel met vrouwen samen geweest op een seksuele wijze. Hoe je het wendt of keert: het is en blijft een man. Na zo'n vermoeide dag heeft hij wel een goede show nodig, die zal hij niet afslaan. Desalniettemin betekent het niet dat hij zomaar informatie zal spillen, I need him to talk. Wellicht het gooien op een seksuele fantasie die intiemer wordt door persoonlijk te worden.
    Met deze hersenspinsels glijd er een aanlokkelijk glimlachje rondom mijn lippen. Geleidelijk aan laat ik me op het bed naar achteren leunen. De leren jack zakt van mijn schouder af, waardoor deze onbedekt is. Ik houd mijn blik op Locke gericht, penetreer mijn mosgroene kijkers in de zijne.
          “Vandaag? Nee. Gisteren is een ander verhaal.” Hij nam een hijs van zijn sigaret. “Maar je moet iets specifieker zijn, want gisteren was een drukke dag voor me.” Dit is het moment dat ik het brandende kokertje tussen mijn karmozijnrode lippen laat bungelen. Mijn volgende bewegingen handel ik op een puur ongedwongen, doch verleidelijke manier. Ik laat de jas van mijn armen afglijden, zodat deze op het bed valt. Ik zal het op zo'n wijze moeten spelen dat ik mezelf niet naar hem werp ofwel hem laat denken dat hij alles is. Hij zal eerder lachen om mijn pogingen dan dat het zal helpen. Comfort is een prima idee. Voor nu.
    Er klinkt een zacht geluid tussen mijn lippen vandaan, wat iets weg heeft van een kat. Met een uitdagende houding begeef ik mezelf kalm richting een koelbox, die ik eerder heb gespot in de ruimte. Ik buk om het op te pakken, zet het op tafel en open deze rustig. Het moment dat ik de Bourbon erin zie staan, krullen mijn volle lippen om. Zo nu en dan neem ik een haal van de sigaret, die ik daarna in de asbak uitdruk. Ik kantel mijn hoofd op een plagende wijze naar Locke toe, om hem één van mijn beroemde glimlachjes toe te werpen. Enkele haarlokken glijden langs mijn nek wanneer ik deze handeling uitvoer.
          “Dit wil veel zeggen,” laat ik charmant weten, terwijl ik de koude fles omhoog houd. Er ligt eveneens bier, maar dit gaat zeker voor alles. Nadat ik het gesloten heb, kom ik naar hem toelopen met de Bourbon in mijn hand. “Maak het jezelf vooral comfortabel nu.” Mijn vingertoppen glijden over de vochtige huid van zijn borstkas. Het is een lichte aanraking, die desalniettemin ruw onder mijn vingers voelt. Hoewel dit veel te langzaam voor mij gaat, moet ik geduldig zijn, want op een gegeven punt zal ik mijn zin krijgen, bedenk ik me. Zachtjes, maar vloeiend neem ik hem mee richting het bed, losjes bij zijn onderarmen. Er schijnt een mysterieuze fonkeling, die mijn ogen niet verlaten.
          “Je hebt gelijk ; ik ben hier voor iets,” biecht ik hem dan op, om vervolgens vlak voor hem stil te staan als ik hem op het bed heb neergeplaatst. Ik streel mijn hand door mijn donkere haarlokken heen, die ik over één schouder drapeer. De koude fles warm ik op door het tegen de huid van mijn hals te plaatsen, en de weg naar beneden te vervolgen. “Ik schenk dit even voor je in,” vervolg ik op een zoete toon, waarna ik me van hem omdraai en erop let enkel mijn beste kanten te laten zien. Wanneer ik terug kom met een glas, schenk ik het voor de man in en daarna pas voor mij. De glimlach verdwijnt nooit daadwerkelijk van mijn lippen, enkel de wijze verandert lichtelijk.
    Binnen luttele seconden lig ik op mijn zij naast hem op het bed, waarna ik een slokje neem van de Bourbon. “Wat vind je van een goede massage na zo'n drukke dag?” Langzaam lik ik over mijn lippen heen. Het moment dat ik weer recht wil zitten, streelt mijn been langs de zijne heen. Al snel zit ik achter hem om mijn handen op zijn brede schouders te plaatsen.

    [ bericht aangepast op 27 april 2015 - 19:06 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    L O C K E .


    Elke beweging die ze maakt zorgt ervoor dat haar sensualiteit meer en meer naar boven kwam, eigenlijk was het ook wel te verwachten dat de jonge heks me op zou komen zoeken voor wél een gezelschapsspel. Ik maakte mijn ogen tot spleetjes terwijl ik wat probeerde te lezen uit haar bewegingen.
          Op het moment dat het jasje dat ze draagt van haar schouders glijdt geef ik mijn ogen de vrije kost, al was het enkel wat schouder. Wanneer Maelys ook nog eens zowat begint te spinnen verzet ik mezelf even, wetend dat als ik mezelf nu op haar zou gooien ze het af zou gaan wimpelen. Misschien moest ik haar maar eens late wachten, ze maakte er teveel een kat en muis spel van, en dat kwam me ook een beetje mijn strot uit inmiddels.
          Wanneer ze echter opstaat, naar de koelbox loopt en vervolgens op die manier bukt klinkt er wat gegrom vanachter uit mijn keel, een vreselijk mannelijk instinct. Welk spel was ze nu aan het spelen? Mijn gedachten dwaalden weg, weg van deze kamer – en wél naar waar we de laatste keer… stop. Ze heeft de fles Bourbon gevonden die ik in de koelbox bewaar, aangezien ik geen zin heb om naakt wat ijs te gaan halen om de drank te koelen. Ik neem nog een hijs van de sigaret, misschien dat dat mijn testosteron wat kan laten dalen. Wanneer ik de hitte aan mijn vingers voel besef ik me echter dat deze sigaret toch echt gedaan is, dus druk ik deze uit in een van de asbakken in deze kamer. Ze zet de Bourbon op tafel en neemt haar tijd.
          Maelys kijkt me uiteindelijk aan en heeft haar charmante glimlach op, wat me even uit mijn waas wist te halen – al was niet elk deel van mijn lichaam het daarmee eens, en leek het bloed héél ergens anders te zitten – aangezien ze hier serieus aangekomen was. ‘Was dit je waarschuwing, Maelys?’ Mijn stem klonk zoveel malen heser dan ik het verwacht had, dus besloot ik maar even mijn mond dicht te houden, aangezien praten het enkel erger zou gaan maken. En dat was het punt dat ik zag hoe haar haren langs haar smalle nek gleden, die nek waar ik de vorige keer in gebeten had, alsof ik een of andere vampier was geweest, die nek. Het had haar laten voelen alsof ze in de hemel was, tenminste zo zag het eruit.
          ‘Dit wil veel zeggen,’ spreekt ze uiteindelijk op flirterige wijze, na alle verdomde handelingen die ze uit had gehaald. Ik probeerde er zo goed mogelijk voor te zorgen dat mijn ademhaling goed was, zodat de volgende woorden er wat nonchalanter uit zouden komen dan ik me daadwerkelijk voelde. ‘Jij en Bourbon?’
          ‘Maak het jezelf vooral comfortabel nu,’ verteld ze me terwijl ze naar me toeliep, met uiteraard de fles drank in haar hand. Haar vingers glijden over mijn nog vochtige borstkas, en een ongewilde rilling glijdt over mijn rug. Wat is deze heks aan het doen met me? Ze leek volledig in controle, in tegenstelling tot het trieste hoopje mens dat ik nu moest lijken – al probeerde ik mezelf toch wel constant te poseren. Voordat ik echter mijn gedachte om een nieuwe sigaret aan te kunnen steken kon waarmaken pakte Maelys mij al bij mijn onderarmen en leidde ze me met rustige stappen richting het bed, en ik kon niets anders doen dan haar volgen als een verloren puppy – waar ik mezelf nu grandioos voor haatte. Iedereen had een zwakte, en vrouwen was overduidelijk één van de mijne. Wanneer ik de jonge heks aankijk zie ik een mysterieuze blik in mijn ogen, die me even doet laten denken dat ze echt een dubbele agenda bezit.
          ‘Je hebt gelijk ; ik ben hier voor iets,’ eindelijk lijkt ze het uit te willen spreken, jammer dat ik al door heb wat het uiteindelijk bleek te zijn. Dubbele agenda? Nee, gewoon Maelys. Ze zorgt ervoor dat ik op het bed ga zitten en komt vlak voor me staan waarna ze met mijn haren lijkt te spelen. De Bourbon fles houdt ze tegen haar nek aan, waarna ze de rest van haar lichaam volgt. ‘Ik schenk dit even voor je in.’ Ze loopt weg, misschien iets vrouwelijker dan ik gewend ven van de jongedame, neemt twee glazen mee, geeft er één aan mij en schenkt het vervolgens in. Hoe opgewonden ik ook ben, ik volg iedere verdomde beweging, al kon ik niet meer precies plaatsen waarom ik dat nou deed.
          Ze komt naast me op het bed liggen en ik draai me daarom wat meer haar kant op en nam ik net als haar een slokje, waardoor de brandende vloeistof door mijn keel gleed. ‘Wat vind je van een goede massage na zo'n drukke dag?’ Ze likt haar lippen en binnen luttele seconden voel ik haar kleine handen tegen mijn spieren aan, maar de kleine aanraking waar haar been de mijne strijkt merk ik wel op. Met wantrouwige ogen kijk ik achter me, wat was deze jongedame van plan? Omdat ze mijn ogen echter niet kon zien draaide ik me terug en forceerde ik even een glimlach. Na de massage zou ik er wel achter komen wat de heks van plan was, want een massage ging toch wel enkele stappen te ver. ‘Een massage klinkt altijd lekker.’

    [ bericht aangepast op 28 april 2015 - 9:38 ]


    I'm your little ray of pitch black.


    Daesys Tartaris.
    De beleving was er een op zich. Zelden had ze een nacht zoals deze meegemaakt. Het had haar op de een of andere manier naar een andere wereld geholpen – bij wijze van spreken dan. Het had haar erg goed gedaan. Maar ze kende zichzelf: als Dae langer zou blijven, dan wilde ze niet meer weg.
    Het was makkelijk om je aan iemand te hechten wanneer je niet veel had.
          Ze moest het de man nageven, hij wist wel hoe hij haar behagen moest. Ze moest wel een tijdje hebben liggen maffen, want ze had zich weinig herinnerd toen ze daarnet was ontwaakt. Lastig. Soms moest ze niet te veel in haar lichaam gooien – drugs of alcohol bijvoorbeeld.
          Het huis was enorm. Dat had ze al kunnen bewonderen. Het was het grootste huis – villa – waar ze ooit was geweest! Die man moest wel stinkend rijk zijn.
    Bijna rilde ze ervan. God. Zij was het arme loeder dat geen cent te makken had.
    Wat een wereld van verschil.
          ’Plannen?” weerklonk een stem achter haar. Onmiddellijk staakte Dae al haar handelingen. Lichtelijk schuldig draaide ze zich om. Lieve hemel. Wilde ze daar van weglopen? Ze leek wel gek!
    ‘Je laat me nu toch niet slecht voelen hé?’ kwam er grappend over zijn lippen. Ze meende dat er wel wat meer achter zat, maar daar reageerde ze niet op.
          ’Gezien je status zal je morgen vast veel te doen hebben. Ik wilde je niet langer ophouden..’ zei ze zacht, hem proberend te overtuigen. Haar liefelijke, onschuldige blik werkte daar vast wel aan mee.
    Daarbij voelde ze zich best op haar gemak. Juist dat was zo gevaarlijk. Dat kon ze toch niet riskeren?
          Met enkele stappen had hij de afstand tussen hen overbrugd. Zijn lippen vonden de tere huid van haar hals. Dae zuchtte zacht. Ze smolt gewoon opnieuw in zijn armen! Die man was vast cupido.
    ‘Blijf nog even voor wat gezelschap,’ fluisterde hij in haar oor.
    Hoe kon ze dat weigeren?!
          Zacht gleed haar hand over zijn gespierde buik, naar boven toe. Waar ze deze liet liggen op zijn schouder. ‘Ik ga nergens naar toe,’ beloofde ze hem.
    Opeens had ze daar weinig behoefte aan.


    The woods are lovely, dark and deep. But I have promises to keep, and miles to go before I sleep.


    MAELYS MORTIS


    "I could never get used to the thought of sharing my bed
    But I don't think I'd mind waking up to your face each morning, afternoon or night."


    Hij realiseert zich volgens mij prima dat ik het stiekeme nakijken als zowel de geluiden kan volgen, of hij het vervelend vind is weer een geheel andere vraag. Om eerlijk te zijn heb ik niet van hem verwacht al zó snel voor mijn tactiek te vallen, maar anderzijds – we hebben het hier wel over een man. Ik heb niet zo'n hoge pet op van mannen, behalve wanneer het op seksueel gebied zou aankomen. En in dat opzicht is Locke dan weer uitstekend, al zeg ik het zelf. Goed – wellicht is het niet eens erg om op zo'n manier informatie uit hem te lokken, ik amuseer mezelf hier best mee.
          “Was dit je waarschuwing, Maelys?”
          “Hm?” Geheel onschuldig richt ik mijn hoofd omhoog, zeker nadat ik de hese toon in zijn zware stem heb gehoord. Hierdoor moet ik het gedeelte onderdrukken om overwinnend te glimlachen, wat nog aardig lukt. “Ik weet niet waar je het over hebt.”
          “Jij en Bourbon?” Er glijd een geheimzinnig glimlachje op mijn lippen na dit vraagstuk, wat het enige antwoord hierop zal zijn, met een onverbloemde schittering in mijn ogen. Het is wel duidelijk wat ik wil, of wat ik hem laat denken dat ik wil en dat is niet een gesprekje. Intussen sta ik al op kalme wijze bij hem, om hem vervolgens mee te nemen richting het bed.
          “Een massage klinkt altijd lekker.” Desondanks ik me niet bewust ben van zijn gedachten, waaronder het gegeven of hij mijn intenties wellicht door zal hebben, speel ik mijn spel voort en plaats mijn smalle handen op zijn brede schouders. Deze begin ik op een zachte, doch goede manier te kneden, waarna ik mijn handen over zijn rug laat strelen. Eigenlijk zou hij moeten liggen, maar. . . ik grijns lichtelijk, wellicht zou ik het wat agressiever aan moeten pakken. Na luttele minuten kan ik mijn geduld niet meer bewaren en schuif ik naast hem, om nonchalant op zijn schoot te gaan zitten – met aan weerszijde van zijn lichaam een been. Niet dat ik genoeg heb gehad van zijn lichaam, alleen zo kom ik niet bepaald verder.
          “We kunnen dit later weer voortzetten,” verklaar ik aan hem, waarbij ik hem onder mijn wimpers aankijk. “dan neem ik zelfs massage – olie voor je mee.” Tegelijkertijd strelen mijn handen stimulerend langs zijn nek, over zijn borstkas als zowel armen. “Heb je het niet koud, hm?” spin ik, gebruikmakend van een zoete ondertoon. Volkomen bewust van zijn huidige staat schuif ik het kleine stuk naar voren, hierbij zorg ik ervoor om te eindigen op de juiste plaats. “Laat me je helpen om je op te warmen.” Het uitdagende oogcontact zal hij even moeten missen, doordat ik ditmaal besluit om mijn hakken uit te trekken. Met een plof komen deze op de houten vloer terecht.
          “Ik ben benieuwd. . .” Met de seconde wordt mijn stem zachter, alsnog hoorbaar echter. Ik buig me naar hem toe, sla mijn armen rondom zijn nek. De geur van zijn douchegel drinkt mijn neus binnen, ik bestudeer zijn gezicht nauwkeurig met een uitdagende expressie. “. . .of je een seksuele fantasie hebt,” vervolg ik wellustig, dichtbij zijn oor. “Heb je het aan één van die vrouwen verteld?” Ik kantel mijn hoofd lichtelijk en laat mijn poelen opnieuw in de zijne doordringen.
          “Die van mij is. . .” Traag duw ik hem naar achteren, zodat hij wel op zijn rug moet liggen, wat erin resulteert dat ik boven hem hang. Van zijn glas neem ik een kleine slok, ik voel het goedje door mijn keel glijden, daarna zet ik het op een nachtkastje. Hoewel er voor enkele seconden een zwoele glimlach rondom mijn mondhoeken dwaalt, beweeg ik mezelf zo naar hem toe dat ik uiteindelijk mijn lippen over die van hem kan vegen. De smaak van Bourbon proef ik op zijn mond. Een geheimzinnige grijns komt tevoorschijn als teken dat ik geen woord meer zal zeggen erover, tenzij hij het zeker wilt weten. Ik bijt op mijn volle onderlip. Er schiet een aangename rilling over mijn lichaam heen als ik mijn lippen langs zijn hals laat glijden.
          “Nee, intiem zijn op een zachte manier is niet voor mij weggelegd,” verzucht ik, om binnen een korte tijd weer van hem af te glijden naast hem. Ik reik naar achter voor het pistool dat er alsnog ligt, begin het teder te liefkozen met mijn slanke vingers, alsof het een huisdier is. “Hoewel, plezierde het je?” Mijn ogen dwalen op een aangename wijze over zijn gezicht heen, om zijn reactie te peilen, waarna ik mijn weg vervolg over zijn lichaam heen. Het eindigt bij zijn handdoek, waarvan ik opmerk dat deze iets losgelaten is.

    [ bericht aangepast op 28 april 2015 - 21:47 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    L O C K E .


    Het kalme, onschuldige gedrag dat Maelys mijn kant op wierp had me weten te verwarren, en in de meest positieve zin die ik me ooit had kunnen voorstellen. In sommige gevallen was het waar de ze spraken over het feit dat mannen niet door hun hersenen werden geleid in zulke gevallen, dit was één van die situaties.
          Maelys masseerde me goed, en ik voelde hoe ook deze spieren zich begonnen te ontspannen, en langzaam ebde het wantrouwe richting de jonge heks ook weer wat weg. Toen ze me vervolgens begon te strelen kroop er kippenvel over mijn armen heen, waardoor ik even omkeek met een grote grijns op mijn gezicht. Ditmaal was de jacht aan haar, ditmaal was het haar beurt mij te verleiden – helaas hadden vrouwen zoals zij maar al te goed door hoe dat moest gebeuren bij mannen. Zacht gekreun ontsnapt uit mijn mond dankzij haar aanrakingen.
          Wanneer ze echter plaatsneemt op mijn schoot met een grijns op haar gezicht die enkel zij kon hebben, maakte ze me nieuwsgierig. Ik nam rustig nog een slok van mijn Bourbon. ‘We kunnen dit later weer voortzetten, ’verleidelijk had ze me aangekeken, ‘dan neem ik zelfs massage – olie voor je mee.’ Ondertussen leken haar handen me overal te raken waar ze me maar kon raken, waardoor er een grijns rondom mijn lippen begon te spelen. Heel die massage kon oprotten, ik wilde zelf ook niet meer wachten. ‘Heb je het niet koud, hm?’ ‘Je warmt me goed op,’ antwoord ik – opnieuw – hees.
          Maelys lijkt erg te genieten van haar spelletje om mij te laten wachten, en daarom maakt ze het nog erger door wat naar voren te schuiven. Het gegrom van eerder begon weer wat op te spelen, ergens achter in mijn keel. Ik leg mijn vrije hand op haar heup, terwijl ik het glas in de andere houdt. Ze zei wat, maar om eerlijk te zijn ving ik het niet echt meer op, alsof al mijn bloed al verdwenen was uit mijn hersenen. Ik zie haar wat bewegen en besef me dat ze behendig haar hakken uit weet te trekken. Hoe ze het doet kan ik niet helemaal plaatsen, maar het lukt haar. Al zou ik dit moment waarschijnlijk niet eens meer weten hoe je een ster moet tekenen.
          ‘Ik ben benieuwd…’ begint ze, waarna ze even de tijd neemt om alle geuren op te nemen die ik met me meedroeg, ‘… of je een seksuele fantasie hebt.’ Lichtelijk verward kijk ik even naar haar, verward over wat haar bedoeling hiermee is. Ik was immers een man, toch? Maar was ik nu verward om haar of was ik nou verward omdat ik gewoon met mijn hoofd al heel ergens anders was? ‘Heb je het aan één van die vrouwen verteld?’ Haar ogen zochten de mijne en leken alle emoties op te willen merken. ‘Dat was werk,’ weet ik hees uit te brengen, niet beseffend dat ik niet antwoorde op de seksuele fantasie vraag.
          ‘Die van mij is…’ zacht duwt ze me naar achteren, terwijl ik nog ergens een belletje hoor rinkelen dat ik het glas niet moet laten vallen. Ondertussen komt ze over me heen hangen, waardoor ik haar gezicht beter kan bekijken terwijl er wat losse haren van haar langs haar gezicht hangen. Maelys lijkt ook te beseffen dat er een glas in mijn hand zit en pakt deze dan ook, waarna ze een slok neemt. Haar lippen glijden langs de mijne waardoor ik de Bourbon weer proef. ‘Wat is je fantasie?’ Even later glijd haar vakkundige mond langs mijn hals, waardoor ik ditmaal zowel een vlaag van kippenvel over me heen krijg als een aangename rilling, eentje waar ze zelf zo te merken ook last van had.
          Zodra ik mijn hand in haar fragiele nek wil leggen trekt ze echter terug en laat ze zich naast me op het bed glijden. ‘Nee, intiem zijn op een zachte manier is niet voor mij weggelegd.’ Met haar hand reikt ze naar iets dat iets buiten haar bereik lijkt te liggen, waarna ze het weet vast te pakken. Mijn pistool. Alsof ze niet vreemder kon worden gaat ze met het voorwerp om alsof het een huisdier is, of iets dergelijks. Iets wat verward, en al wat minder opgewonden staar ik haar met verbaasde ogen aan. ‘Hoewel, plezierde het je?’ Ondertussen begon ik al wat gefrustreerd te raken, maar ik besloot dat ik haar ook kon gaan pesten. Haar ogen gleden van mijn gezicht over naar de rest van mijn lichaam.
          Dit was mijn tijd. Ik had gevoeld hoe de handdoek los was gegaan, dus stond ik nonchalant – voor zover dat lukte – op en maakte ik mijn weg naar mijn tas, die op een kastje stond. De kou viel eigenlijk wel mee, en daar was ik stiekem toch wel opgelucht over. Ik graaide er wat in en zocht naar kleding, of ten minste een boxer. Ik ging me niet laten gebruiken om wat flirttechnieken op uit te proberen. ‘Nou, Maelys, ik denk dat de volwassenen maar weer eens aan het werk moeten. Het heeft lang genoeg geduurd.’ Terwijl ik een boxer vastpak draai ik me al wat relaxter om, wetend dat mijn geslachtsdeel er nog altijd klaar voor was. ‘Blijkbaar ben hier enkel om nieuwe methodes te testen.’


    I'm your little ray of pitch black.


    MAELYS MORTIS


    "I could never get used to the thought of sharing my bed
    But I don't think I'd mind waking up to your face each morning, afternoon or night."


    De warmte van zijn lichaam tegen de mijne doet me goed, evenals zijn hese stem, de woorden en het gegrom. Zeker het laatste, aangezien het duidelijk te horen is hoe erg hij het wilt. Zelf probeer ik steeds meer de neiging te onderdrukken om hem simpelweg agressiever aan te pakken. Met het plan in mijn achterhoofd kan ik gelukkig nog op zo'n dergelijke manier reageren dat ik eveneens niet met maar één doel zal handelen. Zijn lichtelijk verwarde gelaatsexpressie als antwoord op mijn gestelde vraag laat me zacht grinniken, het zag er vermakelijk uit.
          'Dat was werk,' Zijn hese stem laat een lichte fonkeling in mijn poelen bemerken, wat erop duidt dat ik momenteel redelijk in mijn nopjes ben. Het is vanzelfsprekend dat hij een seksuele fantasie heeft–––– Elke man die zal zeggen dat hij er geen heeft, geloof ik absoluut niet. Langzamerhand begin ik te bemerken dat ik in feite wel nieuwsgierig ben naar zijn fantasie, net nu het in mijn plan hoort. Dit soort dingen met mannen horen enkel puur zakelijk of met behoeften te zijn, de rest ben ik niet van plan toe te laten of daar überhaupt aan te denken. Als ik iets geleerd heb al deze jaren, is het wel om enkel aan mezelf te denken en daar geen liefde bij te betrekken. Dat is hetgeen wat ik aan mezelf beloofd heb, want dat brengt altijd – zonder enige uitsluiting – problemen met zich mee. Wat ik momenteel ervaar, is niets meer dan een lichte intrige voor Locke, wat daarna snel weer voorbij zal zijn. Desalniettemin ben ik er niet zeker van of het wel een goed idee was of zojuist mijn handelingen gestaakt te hebben.
          'Wat is je fantasie?' Het vraagstuk die ik zojuist pas opgemerkt heb, dwaalt door mijn gedachten heen. Er zijn veel fantasieën die ik door de jaren heen heb gehad, desondanks komen deze allemaal vreemd genoeg niet bij mijn daadwerkelijke droombeeld. Eentje waar ik liever niet aan hoor te denken, dat laat ik hem echter niet weten, dus zet ik een mysterieus gezicht op.
          'I'll tell you mine, if you tell me yours,' glimlach ik, 'heeft het te maken met ondeugende verpleegsters of gewaagde cheerleaders?' Hierna glijd ik toch van hem af en reik naar zijn pistool. Ik neem het hem niet kwalijk, hoe hij momenteel kijkt, geeft me het teken dat het een slechte move was om zomaar te stoppen. Dat neem ik dan mee voor de volgende keer, mocht die er komen. Voor nu is het eenvoudigweg nodig.
    Ik bijt op mijn volle onderlip. Locke staat op in zijn adamskostuum, wat bij mij resulteert in een vreugdevol gegniffel. Niet doordat ik hem uitlach, wat ik niet doe, maar door de simpele reden dat zijn houding me lichtelijk opvrolijkt. Terwijl hij zichzelf naar een kast begeeft, waar zijn tas staat, bekijk ik hem zonder enige schaamte. Dan weet ik wel niet zeker of dit zijn bedoeling was, alleen darn––– ik begrijp waarom hij iedereen kan krijgen die hij wilt.
          'Nou, Maelys, ik denk dat de volwassenen maar weer eens aan het werk moeten. Het heeft lang genoeg geduurd. Blijkbaar ben ik hier enkel om nieuwe methodes te testen.' Ik ben op het bed blijven liggen, het bed waar vast meerdere stellen ingedoken zijn, want laten we eerlijk zijn ; het flea–bag motel heeft zo'n uitstraling. Ik grijns. Misschien kiest hij daarom dit motel telkens uit om naar terug te keren, de sentimentele teddybear dat het is. Ik laat me achterover op het bed vallen, waarna ik soepel mijn broek uittrek, die ik op de grond laat vallen.
          'N'ah,' plaag ik hem, terwijl ik recht ga staan en het wapen naast me op het nachtkastje leg. In mijn toon klinkt er een melodieuze ondertoon, die daarna eveneens te bespeuren valt. 'heb ik een gevoelige plek geraakt?' Intussen heeft hij al een boxer vastgepakt, die hij op het punt staat aan te trekken. Deze neem ik echter beet tussen mijn slanke vingers, nadat ik behendig tussen hem en het kastje ben geglipt.
          'We kunnen het over werk hebben, Locke,' begin ik, mijn handen strelen vervolgens over zijn gespierde armen naar boven, tot zijn schouders. 'Wie waren die vrouwen, hm?' Mijn stem is opnieuw in een zachte fluistering vol verleidelijke tonen beland. Speciaal voor hem laat ik zelfs een lichte ondertoon van jaloezie klinken, alsof hij niet aan mij heeft gedacht. 'Wat voor zaak was het deze keer?' Langzaam trek ik mezelf op aan zijn nek, waardoor ik op het kastje kom te zitten. Zo kan ik uiteindelijk mijn benen om hem heen wikkelen, en hem dichterbij trekken.
          'Laten we nu niet op zo'n manier onze wegen scheiden, Locke,' prevel ik onder mijn adem. Ik heb geen al te best geheugen met de jaren, en laten we de alcohol niet vergeten, die ik erop heb zitten. Echter, de eerste ontmoeting met Locke kan ik nog prima herinneren. Hierdoor kan ik mezelf wel vertellen dat ik me in hem interesseer, op een geheel acceptabele wijze natuurlijk. 'Ik weet dat je me wilt', spin ik fluisterend tegen zijn nek aan, om tegelijkertijd een spoor van kussen over zijn sleutelbeen achter te laten. 'Ik kan niet beloven geen slechte dingen meer te doen, want die voer ik zeer goed uit,' ik grijns, 'Maar waarom maken we het lastiger dan nodig is?' Wanneer ik mijn lippen op die van hem wil drukken, voel ik zijn ruwe stoppels op mijn blanke huid. Mijn hart bonkt iets van opwinding. 'Ik ben hier nu.' Mijn fluisterende stem klinkt uitdagend.


    Quiet the mind, and the soul will speak.


    Nathaniel Hughes


    Al snel loopt het feest vol mensen, de meeste bekenden van Nathaniel, maar ook enkele onbekenden, of mensen die hij een enkele keer gezien heeft. Erg vind hij het in ieder geval niet, zolang ze zich maar vermaken en zich ook een beetje gedragen. Van agressie moet de jongeman namelijk niks weten, wilde feesten met luide muziek vind hij dan ook niks en je zal hem dan ook geen dingen kapot zien maken. Woede uitbarstingen zijn zeldzaam, rust is iets wat hem altijd omringd.
          Met een gracieuze tred beweegt de man zich tussen de dansende feestgangers door. Als het huis niet zo groot en goed ingericht zou zijn, zou het eerder lijken op een hippie-bijeenkomst. De omgeving brengt het feest daarentegen tot een hoger niveau, alsof het huis niet in de gewone wereld staat en de realiteit hier niet geld. In de grote woonkamer zitten mensen op grote kussens, sommige zijn zelfs halfnaakt, terwijl ze aan grote pijpen lurken waarin bedwelmende middelen zitten. De muziek is hier zachter, de mensen enorm relaxt. Met een glimlachje neemt Nathaniel een pijp aan en neemt hij een diepe haal, waarvan hij de rook traag zijn mond uit laat ontsnappen.
          "Nathaniel."
          Zijn eigen naam weergalmt bijna in zijn oren, een stem die zowel melodieus, alsof er belletjes rinkelen terwijl hij spreekt, als zwaar en mannelijk klinkt. Kippenvel kruipt over zijn armen en hij kijkt de kamer rond, maar hij weet al gelijk dat de stem van veel verder moet komen. Zijn hoofd houdt hij een tikkeltje schuin, waarna hij in de richting van de stem loopt. Hij herkent de stem niet, zoiets zou hij namelijk echt wel hebben onthouden. Daarom is hij enkel nog nieuwsgieriger aan wie de stem toebehoort.
          Uiteindelijk komt hij aan in de hal. Deze ruimte is rustiger dan de woonkamer, maar op een andere manier. Er zijn simpelweg minder mensen, voor Nathaniel is dat anders. Ondanks de verdovende en rustgevende middelen, voelt hij zijn hartslag versneller als hij zijn ogen langs de mensen laat glijden. Hij stopt bij een jongeman die zeker een kop groter dan hem moet zijn, misschien nog wel meer. Hij heeft hem wel eens eerder gezien, maar waar weet hij niet meer. Instinctief weet hij dat hij degene was die zijn naam zei. Op zijn gezicht verschijnt een glimlachje, hij steekt zijn handen nonchalant in zijn zak en loopt op hem af.
          "U riep?" vraagt hij met een onschuldige uitdrukking op zijn gezicht, terwijl hij zijn hoofd een tikkeltje nieuwsgierig scheef houdt.


    Your make-up is terrible

    Dean Ackles, 26 jaar • Hunter.


    Hij kon een enige schuldige blik van haar gezichtsuitdrukking opmaken. Ze was direct gestopt met wat ze ook aan het doen was.
          'Gezien je status, zal je morgen vast veel te doen hebben. Ik wilde je niet langer ophouden,' zei ze zachtjes met een onschuldige blik.
          Hij liet een zachte lach, waarbij hij even knikte en naar beneden keek. Hij snapte al helemaal wat er aan de hand was – maar hij zou niet degene zijn die gedumpt zou worden. “Kijk,” begon hij, terwijl hij al met een paar stappen bij haar was en haar nek streelde met zijn lippen. Hij mompelde iets met zijn zoete stem of ze niet kon blijven en zij had daar aangenaam op gereageerd.
          Haar hand had de weg over zijn gespierde buik naar boven gevonden, haar slanke vingers wachtend op zijn schouder. 'Ik ga nergens naartoe,' klonk er lispend als een belofte. Dat waren de woorden die genoeg waren voor hem – en een teken waren. Die douche was overbodig geweest – dacht hij, wanneer hij zijn ruige hand over haar bovenbeen liet begaan en omhoog tilde tegen zijn heup aan; zijn andere hand leggende op haar onderrug.
          “Hmm,” murmelde hij goedkeurend; een kusje geplaatst op haar mond. “Het was niet handig geweest om die kleding weer aan te trekken.” Het klonk als een stoute fluistering, wanneer hij haar optilde en tegen de muur drukte – haar kussende.
          Er klonk een gitaar uit het niets – naast het zachte kussen en de stilte. Dean verdomde degene al die hem belde, maar hij nam niet op en ging door – wachtte tot diegene ophing. Nogmaals.
          En nogmaals.

    Met een gezucht haalde hij zijn telefoon tevoorschijn. “Heel even. Het is zo klaar,” zei hij – wellicht ietwat beschamend doch geërgerd. Hij nam de telefoon op wanneer hij naar het raam liep, voor wat privacy, en mopperde een “Ja?” indien hij tegelijkertijd op zijn hoede was en uit het raam de straat op keek. Hij had geen idee wanneer de huidige bewoners terugkwamen, maar voor nu zag het er niet zo naar uit.
          'Man, je was onderweg naar die nest vampieren, toch?'
          Dean bromde humeurig als antwoord. Er was een ongemakkelijke gekuch te horen aan de andere kant van de lijn. 'Stoor ik je?'
          Nogmaals bromde hij. “Dat zou je kunnen zeggen, ja.”
          'Sta je oog in oog met ze?'
          Dean was nu degene die wat ongemakkelijk kuchte en een blik naar achteren, naar Daesys, gaf. “Niet bepaald.” Hij wreef met zijn hand over zijn achterhoofd.
          'Het zou toch niet..' Brutus zag het al aankomen.
          “Ik ga nu ophangen, zend dat adres maar naar me via berichtje.” Hij nam aanstalten om op te hangen, maar sprak nog snel een “Stoor me niet,” in de telefoon voor hij echt ophing.
          Hij draaide zich om naar de vrouw en sloeg zijn armen zo op een manier open alsof hij wilde zeggen: “Zo, waar waren we gebleven?” Ofwel, eigenlijk zei hij dat ook – en hij liep ook met een schaapachtige glimlach naar voren.

    [ bericht aangepast op 13 mei 2015 - 1:19 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.



    Daelyn Orsay Willow
    “I will take what is mine with fire and blood.”


          Het enige geluid naast de ademhaling van de twee jongedames was het gehuil van wolven in de verte. Het gehuil van de kinderen van de nacht naar de maan. Na vier eeuwen was de maan het enigste wat hetzelfde was gebleven in Daelyn’s leven — een soort houvast. Inmiddels was het een ritueel geworden voor Daelyn om elke avond in het bijzijn van de maan door te brengen. ‘s Nachts leek alles intenser, nog puurder. De nacht was van de bovennatuurlijke wezens.
          Voor een miniscule seconde was ze afgeleid maar even snel als het was gekomen, liet ze het weer gaan.
    “Iemand heeft me gezien,” prevelde Aurelia, nadat ze snel had geblikt op de gesloten deur. “Iemand zag me, toen ik mezelf voedde. Ik heb hem niet gehoord, maar toen hij besefte dat ik hem zag, vluchtte hij weg.”
          Het verbaasde Daelyn dat Aurelia haar bezoeker niet had gehoord. Normaal was het meisje enorm voorzichtig. Haar gedachten werden bevestigd toen Aurelia haar mond opende om verder te praten. “Zou het een andere vampier geweest kunnen zijn?”
          Voor een paar seconden dacht Daelyn na. Het was waarschijnlijk geen mens geweest — zoals Aurelia zelf al had aangegeven. Anders had ze deze immers moeten horen en dat was niet gebeurd. Als het een andere vampier was dan hadden ze misschien niets te vrezen. Misschien wilde de gedaante Aurelia enkel om hulp vragen of misschien wilde hij zich toevoegen bij een nest. Toch kon er een kans bestaan dat iemand Aurelia met opzet was gevolgd. Echter kon het ook een hunter zijn geweest, zij hebben immers de middelen om wezens te misleiden.
          “Ik vond haar aan de grens van het bos,” murmelde Aurelia’s zoete stem. Ze draaide zich om en begon te rennen – waarna Daelyn haar meteen volgde. Het duurde niet lang voordat ze zich aan de rand van een bos bevonden. Meteen rook ze het goedje waar ze zich al een paar eeuwen lang op voedde. Daelyn was zich er echter van bewust dat ze zich niet op het mensenbloed moest concentreren – ze moest zich focussen op andere geuren, enkel vond ze er geen een. Ze liet ze op de grond zakken, om zo misschien een beter spoor te krijgen. Haar zwarte jurk werd vies van de grond maar daar besteedde ze geen aandacht aan. Ze streelde de grond met haar ranke vingers, die werden gesierd door verscheidene ringen. Daelyn veegde, redelijk gefrustreert omdat ze geen geur vond, wat modder weg van haar amber–kleurige ring. Ze stond op en voegde zich weer bij Aurelia waarna ze haar hoofde schudde.
    “Ik ruik niets anders dan bloed. Je hebt het je ingebeeld,” zei Daelyn, enerzijds opgelucht omdat het geen mens was geweest, anderzijds een klein beetje teleurgesteld. Ze had gehoopt op wat actie. Toch verscheen er een lichtelijk glimlachje op haar gezicht – Aurelia hoefde zich geen zorgen te maken.
    “Maak je geen zorgen, er was niemand,” herhaalde ze nog een keer.
          Mede door het bloed dat ze de hele tijd rook, was ze weer dorstig geworden. Uit haar rugzak haalde ze twee verse bloedzakken waarvan ze er een aan Aurelia gaf. Ze voelde hoe haar hoektanden tevoorschijn kwamen en ze grijnsde breed toen ze zich erop stortte. Ze kreunde zachtjes toen het bloed haar lippen raakte. Na zoveel eeuwen was de smaak van bloed nog stees het enige dat haar dorst kon lessen. Ze likte zo goed als ze kon de zak uit en deed hem daarna weer in haar rugzak, zodat ze die later ergens kon droppen. Met haar duim en wijsvinger veegde ze het laatste beetje bloed van haar lippen af. Voor een seconde keek ze geïntrigeerd naar de rode vloeistof, vooraleer ze ook haar vingers af likte. Haar hoektanden verdwenen even snel al ze gekomen waren. Daelyn pakte de rugzak op en liep naar Aurelia, zodat zij haar lege bloedzak er ook in kon stoppen.

    [Dionysia » Yaritza. Excuses voor de late post.]


    " icarus had loved the sun, and so daedalus lost his. "


    Daesys Tartaris.

    Dumpen? Zo zag ze het niet. Het was meer een stilzwijgend afscheid. Ze wilde op geen enkele manier affectie krijgen voor de personen waar ze zo nu en dan contact mee had – op welke manier dan ook. Dat deed ze voor haar eigen veiligheid. Ergens ook uit angst maar daar praatte ze niet over.
    Aan zijn toon te merken had hij door waar ze naar op weg was geweest.
          ‘Kijk,’ begon hij. Hij was sneller bij haar dan ze had kunnen denken.
    Daesys was niet het persoon dat vatbaar was voor dergelijke ‘moves’ maar bij hem liet ze het gebeuren.
    Of het kwam door de subtiele manier waarop zijn lippen langs de huid van haar nek streelden of door de manier waarop hij haar vroeg te blijven, dat wist ze niet. De sfeer was goed. Gewoon goed. Meer woorden had ze daar niet voor.
          Bijna alsof het vanzelfsprekend was, leken ze weer de iets meer hitsige kant op te gaan. En dat terwijl hij net had gedoucht. Wat jammer nu.
    ‘Hmm. Het was niet handig geweest om die kleding weer aan te trekken,’ fluisterde hij haar toe. Alleen al door de toon kon ze rillen. Zijn stem was om van te smelten! Dat had ze normaal nooit. Alles aan deze man ging tegen haar principes in. Maar ze kon niet weg.
    Om zijn woorden moest ze lachen. ‘We moesten het nog maar eens dunnetjes overdoen,’ wierp ze daar tegenin. ‘Daar hoort het totaalpakket bij.’
    Nog voor ze was uitgepraat, werd ze tegen de muur gedrukt. Daesys verwelkomde zijn lippen met plezier. Ze sloeg haar armen rond zijn hals en ging op in de vurigheid van de kus.
    Altijd wanneer je ergens aan begon, stoorde iemand je wel.
    Het geluid van zijn telefoon was als donderslag bij heldere hemel. Omdat hij het negeerde, deed zij dat ook. Allicht was het telefoontje niet belangrijk. Alhoewel..
          Voorzichtig werd ze weer op haar voeten gezet. ‘Heel even. Het is zo klaar.’ Deelde hij mee.
    Hierop knikte ze.
    Een deel van haar wilde alsnog weg gaan. Nu was immers de uitgerekende kans gezien hij aan de telefoon zat. Aan de andere kant.. nee. Ze bleef staan waar ze stond.
    Ze merkte op dat hij bij het raam was gaan staan en wat liep te mopperen.
    Geluidloos liep Daesys naar het bed toe. Ze nam plaats bij het voeteneinde en bekeek hem terwijl hij stond te bellen. Aan zijn woorden te horen was hij ergens mee bezig wat op het moment niet zou moeten?
    ‘Niet bepaald’ ving ze op. Gevolgd door iets over het sturen van een berichtje met een duidelijke ‘stoor me niet’
    Daesys hield haar hoofd ietwat scheef bij zijn gebaar. ‘Niet bij jou bellend in elk geval.’ Glimlachte ze zoet.
    Ergens was ze wel nieuwsgierig wie het was geweest en waar ze het over hadden gehad. Het had hem in elk geval niet geplezierd.
    Ze duwde zich van het bed af en liep naar hem toe. ‘Geen telefoontjes meer vanavond? Het zou toch zonde zijn als we zouden worden gestoord.’


    The woods are lovely, dark and deep. But I have promises to keep, and miles to go before I sleep.

    Azraël • Engel

    Zodra Azraël de naam van de gastheer had gepreveld, wist hij dat de jongeman binnen enkele, luttele seconden in zijn blikveld zou verschijnen. Nieuwsgierigheid zou waarschijnlijk de drang om naar hem toe te komen hebben aangewakkerd, en anders zou het wel een gevolg van beleefdheid zijn.
          Al snel bleek dat Azraël aan het juiste eind trok. Nathaniel verscheen in de hal van het grote, klassieke huis, en Azraël keek zwijgend toe terwijl de man zijn blik over de verschillende gasten liet glijden. Uiteindelijk voelde hij zijn kijkers op zijn huid branden, totdat Nathaniel op hem afkwam, terwijl hij zijn handen op nonchalante wijze in zijn zakken stak.
          "U riep?" vroeg de man. Zijn uiterlijk was niet als knap te beschrijven, maar toch droeg hij een bepaalde uitstraling met zich mee die ervoor zorgde dat Azraël zich op de één of andere manier tot hem voelde aangetrokken. Alsof zijn onschuldige blik en de nieuwsgierige uitdrukking zijn blik hadden weten te vangen om deze vervolgens niet meer los te laten.
          "Ik hoopte dat je me nog zou herkennen," antwoordde Azraël, zodra hij er zeker van was dat hij zonder problemen zijn woorden tot hem kon overbrengen. "Je herinnert je -je vorige feest zeker niet meer."
          Azraël was een tijdje terug ook op één van Nathaniels feestjes geweest, en het stond hem nog vaag bij dat ze contact met elkaar hadden gemaakt, ook al had dat moment niet langer geduurd dan enkele minuten. Toch had de ietwat oudere man hem toen zodanig geïnteresseerd, dat Azraël wist dat hij meer over hem te weten zou moeten komen. Nathaniel was niet zoals de anderen - hij was anders. En alles wat anders dan de rest was, leek Azraël te fascineren. Hij hoopte er op de één of andere manier een wijze les uit te trekken, of misschien zou hij wel een hele ervaring rijker kunnen worden. Contact maken met hetgeen dat als de normale mens als vreemd werd beschouwd, was iets waardoor je vele malen wijzer zou kunnen worden, in plaats van mee te kabbelen met de rustige stroom.


    "Her heart was a secret garden, and the walls were very high."

    Aurelia • Vampier

    "Ik ruik niets anders dan bloed. Je hebt het je ingebeeld." Orsay's woorden galmden door Aurelia's gehoorgang, en een ietwat verwarde uitdrukking verscheen op haar porseleinen gezicht. Ze was nooit en te nimmer afgeleid. Integendeel zelfs, ze was altijd op haar hoede en concentreerde zich op elk geluid dat ook maar binnen haar bereik was wanneer ze zichzelf voedde. Had ze zich dan zodanig geconcentreerd dat ze paranoïde begon te worden?
          "Het spijt me," antwoordde Aurelia, nadat Orsay haar nogmaals ervan had verzekerd dat er niemand in de buurt was geweest. "Ik wilde jou en je clan hier niet bij betrekken, maar ik dacht dat..." Haar woorden stierven weg in een eeuwige stilte zodra Orsay twee zakken met bloed uit haar tas viste. Als ze er geen aan Aurelia gegeven zou hebben, zou de jongedame het waarschijnlijk op een grauwen gezet hebben.
          De brunette hoefde niet eens geduldig te wachten totdat haar hoektanden zich openbaarde. Ze zette de opening van de bloedzak aan haar mond en dronk gulzig van het koele spul. Normaal gezien vond ze het vele malen lekkerder wanneer de vloeistof warm was, maar die kans was uitermate klein wanneer je geen mens te pakken kon krijgen. Ze wist dat de meeste vampieren, waaronder Orsay, niet al te vaak mensen probeerden te doden, in verband met de achterdochtigheid van de bewoners van het dorp. Daarnaast wilde niemand de aandacht van de Hunters op zich afroepen.
          "Ik trek maar eens verder," zei Aurelia zodra ze de lege zak met een dankbare blik aan haar vriendin had teruggegeven, waarna ze haar met bloed bedekte lippen aflikte en besefte dat ze zich voor het eerst in lange tijd voldaan voelde. Dankzij het extra bloed dat ze had gekregen, voelde ze weer dat ze op volle krachten begon te komen. "Nogmaals, het spijt me dat ik je lastig heb gevallen."


    "Her heart was a secret garden, and the walls were very high."

    Iedereen mag er op reageren.

    Demon – 'Rib' Rebekka.
    Van ver was het al te zien: de donkere wolk die steeds dichterbij kwam en groter werd. Het was niet haar doen; het was enkel het weer dat (wellicht) een duistere daad had voorspelt. Af en toe liet het een lichtflits zien met het geluid van een oorverdovend gekraak.
          Al snel zouden een boel mensen natgeregend worden, maar voor nu zat deze vrouwelijke demon van een biertje te genieten in een kroeg; dat zich bevond vlakbij een snelweg. Oh, en een oude man (dat zeer zeker in een motorbende zat) te verslaan met poolen.
          Op de weg hierheen had ze enkele dingen beschouwd, waar ze haar ogen vanaf trok. Niet omdat ze er niet tegen kon, maar het kon haar simpelweg niet schelen.
    'Bitch!' klonk er abrupt vanboven het gepraat van mensen en het harde bulderen her en der in de bar. Ze keek quasi verbaasd op. Ze wilde vragen wat het probleem was, maar al snel legde ze de link met het winnende potje poolen.
          “Ah, een slechte verliezer,” knikte ze. “Weet je, dat kan een serieus probleem worden.” Hierdoor werd de man rood van woede en sloeg hij zijn stok chagrijnig kapot op de pooltafel, die hij in twee handen vast had – klaar voor de strijd. Kalm keek ze toe hoe de man richting haar liep. 'Een grote mond, maar weinig strijd. Kom op, laat 'ns zien wat je hebt!' Ze wist niet wat haar meer liet weigeren: het aanzien van de grote beer met gespierde armen die op haar afliep of gewoon het gevecht waar de man op doelde. Ze slaakte een zucht. Zelf was de vrouw geen voorstander van gevechten, maar als 't moest, dan moest 't.
          “Luister, ik heb hier geen zin in. Kom maar weer een andere keer terug.” Wanneer de man hierom lachte, begonnen anderen van zijn bende ook mee te doen. 'Bang, meissie?'
          “Bang.. Laat ik 't zo zeggen, ik ben eerder bang van zijn stinkende oksels,” ze wees hierbij naar een man dat over zijn drankje boog. “.. dan van jou.”


    Lichten begonnen mysterieus te knipperen wanneer ze dacht dat hier geen uitweg meer van was. Omdat ze op de vlucht was kon ze moeilijk haar krachten gebruiken, maar zo af en toe (als de nood hoog was) dan had ze geen keus. Nu kwam er een grotere gevecht waar ze zich uit moest redden, en ze wist opslag haar antwoord op haar vraag van eerder. De demonen waar ze voor op de vlucht was.
          Als vanzelf hielden de lichten op met knipperen. De donkere wolk had zich over het gebouw gewelfd. 'Holly, Holly toch,' sprak een schrapende stem. 'Of moet ik nu Rib zeggen?' De man die zichzelf Zankou noemt kwam vanachter een muur tevoorschijn. Hij had pikzwart haar, wat langs een uitgemergeld bleek gezicht hing. Met zijn zwarte pak aan leek hij net de dood zelf; zijn ogen waren zo zwart als het duister en enkele kraaienpootjes begonnen zich te vertonen wanneer hij zijn ogen sluw halfdicht kneep. 'Niet zo slim om aan je behoeften of ehm,' hij keek even rond. '… hobby's toe te geven.'
          “Ik zat precies hetzelfde te denken,” antwoordde ze mompelend op sarcastische toon.
    'Ah, een gedachtenlezertje. Dan weet je vast wat er nu aan gaat komen?' Twee andere demonen kwamen tevoorschijn, die ervoor zorgden dat ze de aandacht van de man kregen. 'Oké, kom een andere keer terug wil je. Deze chick is nu van mij,' meldde hij met een rood gezicht en een furieuze stem.

    Wanneer hun de ruzie maakten, die eigenlijk voor haar bedoeld was, zag zij haar kans schoon en maakte dat ze daar wegkwam.
          Ze blinkt, verdween. Naar een andere plek die haar wel handig leek. Een of ander feestje dat ze op een van de pamfletten had gezien of ergens had opgevangen – ze wist 't niet meer. Ze was te druk bezig met het redden van d'r leven.
          Er stond rustige en kalme muziek op, waardoor ze de intentie had dat ze op de verkeerde plek was belandt. Was ze wel op 't feest van ene Nathaniel Hughes? Het zou een enorme bende moeten zijn op een feestje, en verschrikkelijk harde muziek, gierende hormoontjes – dat was ze tenminste gewend als ze naar feesten ging, maar dit was geheel andere koek.
          'Ga je ergens naartoe, Holly?' Ze draaide zich verschrikt om en zag één van de demonen staan, die zich naast Zankou had gesloten. Ongemakkelijk lachte ze. “Ehh, kom op, het is een feestje. Wie zijn wij om de stemming te verpesten?” Een geniepige lach was het laatste wat ze zag.
          Vervolgens vloog ze door de lucht, een raam ondermijnend, terwijl ze met splinters en al op de grond – in de tuin van Nathaniel, belandde.
          “Sfeerverpester.” Sprak ze chagrijnig, met een spottende ondertoon.

    [ bericht aangepast op 22 juni 2015 - 21:52 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.