Goed, ten eerste wil ik zeggen dat dit niet over een crush, een vriend of een familielid van me gaat. Het gaat over een totale vreemde. Dus het zou kunnen dat dit topic verkeerd staat. Als dat zo is, sorry hiervoor. Ik vond het echter heel goed passen onder het kopje LIEFDE en VRIENDSCHAP.
Een aantal jaren geleden was ik aan het urban exploring (een fancy woord om te zeggen dat ik door een oude, verlaten fabriek in mijn buurt aan het dolen was.) met een goede jeugdvriend van me. Spannend, indeed, we maakten dan ook verschillende grapjes over mogelijk drugsbendes die die oude fabriek als hol gebruikten etc. Dat was natuurlijk niet waar en we verwachtten dan ook niet dat we iemand zouden tegenkomen.
Wel, ik moet zeggen, ik kan heel luid gillen. Dat deed ik ook toen er plots een man zijn hoofd door een gebroken raam stak en met een heel zwaar, tevens onbekend accent 'Hallo' zei.
Nadat we bekomen waren, ik van het schrikken en die vriend van het lachen en de stomp die ik hem had gegeven, werden we uitgenodigd door de man in zijn geïmproviseerde verblijf. Ken je dat gezegde: De mensen die het minst hebben, geven het meest? Oké, het is niet echt een gezegde, maar het is absoluut waar. Hij bood ons meteen wat te drinken aan, wat we beleefd afsloegen aangezien het totaal niet duidelijk was of het spul zelfs maar drinkbaar was - tss, Luxeklachten!- en probeerde in zijn allerbeste Nederlands interesse te tonen. Nu moet ik eerlijk toegeven dat ik er absoluut niets van verstond, maar ik apprecieerde zijn moeite heel erg om een voor hem vreemde taal te spreken tegen mensen die een soort van bij hem hadden ingebroken.
Wat me nog het meest verraste, was het schattige konijntje dat in een hoek van de kamer aan het knabbelen was op een wortel. Mijn vriend, die een zo nog mogelijk grotere (knaag)dierenvriend is dan ik, was eveneens vertederd en vroeg meteen achter de naam van het pluizige beestje. Helaas ben ik echt afschuwelijk, vreselijk slecht in namen, dus ik kan jullie niet verblijden met de antwoord op die vraag.
Uiteindelijk namen we afscheid van de zeer vriendelijke en altijd lachende man en we gingen weer naar buiten. Om heel eerlijk te zijn, was ik dit hele voorval alweer snel vergeten. Tot vandaag.
Ik woon in een stad. Geen geweldig grote stad, maar het is wel degelijk iets groter dan een dorp, dus het is een stad. Er zijn vele voor- en nadelen aan steden. Voordelen: je hebt vier kleine winkels in een omtrek van 100 meter als je opeens zin hebt om een cake te bakken en geen eieren hebt. Shoppen zonder de behoefte aan vervoer. Uitgaan zonder de behoefte aan vervoer.
Nadelen: Drukte. luchtvervuiling. Studenten die je bloembak pikken. Studenten die je fiets pikken. Studenten. (note: Ik behoor sinds dit jaar tot die categorie. Woops.) kerken die het nodig vinden om ons op zondag om 7 uur 's ochtends te verrassen met een klokkenspel dat je al 100000 keer gehoord hebt.
En dan is er nog iets dat ik niet in een categorie wil stoppen: Bedelaars.
Waarom ik het niet onder voordelen wil stoppen? Omdat mensen die geen huis hebben en op de grond moeten zitten in de kou voor misschien vijf euro per dag, nu niet bepaald een voordeel zijn voor wie dan ook.
Waarom ik het niet onder nadelen wil stoppen? Omdat het godverdomme mensen zijn! Het zijn volwaardige, gelijkwaardige mensen die evenveel respect verdienen als ieder ander. Dit is exact de reden waarom ik niet aan fandoms doe bij bestaande personen. Nee, ik heb geen haat aan fan zijn, echt niet, dat is volledig je eigen keus en ik val je niet aan. Ik vind gewoon dat niemand belangrijker is dan iemand anders, ongeacht of je een superster bent of een dakloze. Iedereen verdient hetzelfde respect en erkenning. Jammer genoeg is dit slechts een ideaal dat waarschijnlijk nooit 100 procent verwezenlijkt zal worden.
Persoonlijk vind ik bedelaars vervelend. Nee, wacht, ik verwoord het verkeerd. Ik vind mezelf vervelend in het bijzijn van deze onfortuinlijke mensen. Ik voel me dan een snob, iemand die zich te belangrijk voelt om zich te verlagen tot het niveau van het aankijken van die persoon op de grond. Om eerlijk te zijn, kijk ik deze mensen nooit recht aan uit schaamte. Schaamte omdat ik hen niets kan geven wat hen kan helpen. Meestal omdat ik zelf op dat moment blut ben en toch te egoïstisch om iets van mijn andere bezittingen af te geven. Again, luxeklachten.
Als ik wel kleingeld heb, geef ik dat ook zelden. Ten eerste omdat, hoewel ik het haat mensen zo te wantrouwen, je nooit weet wat deze dakloze met dat geld gaat doen en je wil het toch niet verkwisten? Ten tweede omdat ik het ergens erger vind om al mijn kleingeld te lozen bij iemand dan die persoon helemaal niets te geven. Alsof die persoon niet beter verdient dan de restjes van mijn shopdag. En wat ik het ergste van al vind, is dat die mensen daar zo misschien niet eens over denken. Dat die mensen dankbaar moeten zijn voor een paar euro's op een dag, terwijl ze net als ieder ander een menswaardig bestaan waard zijn.
Tot vandaag liep ik hen dus altijd voorbij, mijn hoofd weggestopt uit schaamte. En toen zag ik de man met het konijntje zitten. Ik denk niet dat hij me herkende, maar ik hem wel. En ik had er genoeg van. Ik liep hem voorbij, recht naar de bank. Ik haalde een schamele vijf euro af en ging naar de winkel om een krop sla te kopen. Even later kocht ik een warme wafel.
De vreugde op die man zijn gezicht was geweldig. De dankbaarheid groot. Mijn geluk ook. Niet omdat ik zo vol van mezelf was dat ik een goede daad verrichte, maar echt gewoon om het geluk van deze persoon en dat van zijn konijntje. Je had haar moeten zien aanvallen op die krop sla! zo schattig!
En ik voelde me goed.
Misschien dat die man niet eens van wafels houdt. Misschien heeft hij hem weggegooid nadat ik mijn rug had gekeerd omdat hij allergisch is. Maar dat maakt niet uit. Ik had hem en al de verbaasde mensen om ons heen laten zien dat deze man evenveel waar was als ieder ander. Dat hij het evenveel verdiende om gelukkig te zien.
En ik voelde me goed.
Mijn brein breint zoals het breint.