Zyra schreef:
Opt gemakje. (:
Alvast bedankt.
In mijn boek staat: gebruik geen twee tijden door elkaar. Als je in de verleden tijd schrijft, blijf je in de verleden tijd schrijven en bij tegenwoordige tijd idem dito.
Op beter spellen staat: Blijf bij de tijd: verleden OF tegenwoordige tijd
Als een zin uit meerdere delen bestaat, moeten de tijden in die zin met elkaar overeenstemmen. Onder aan deze pagina wordt uitgelegd welke acht tijden in het Nederlands bestaan.
Als het ene zinsdeel in een verleden tijd staat (o.v.t., o.v.tk.t., v.v.t. of v.v.tk.t.), moet het andere zinsdeel ook in een verleden tijd staan.
Als het ene zinsdeel niet in een verleden tijd staat (dus o.t.t., o.tk.t., v.t.t. of v.tk.t.), mag het andere zinsdeel ook niet in een verleden tijd staan.
Bijvoorbeeld:
Wat zou jij doen als je honderd euro vond? (o.v.tk.t - o.v.t.)
Wat zul jij doen als je honderd euro vindt? (o.tk.t - o.t.t.)
Wat doe je als je honderd euro vindt? (o.t.t. - o.t.t.)
Fout: wat zou jij doen als je honderd euro vindt? (o.v.tk.t - o.t.t)
Daar heb je denk ik je antwoord (:
Take risks and conquer your fears.