De jongens schreeuwden, maar wat ze daarna riepen werd door de wind tenietgedaan. Tijdens het vallen leek ik steeds langzamer te gaan, en toen ik een van de zwevende eilanden onder me zag, landde ik soepel en voorzichtig, alsof ik nooit van een klif was geduwd. Ik haalde snel mijn mobiel uit mijn broekzak, die niet meer werkte. Maar er was nog steeds de donkere weerspiegeling van het glas. Ik was net als de jongens onmenselijk geworden. Mijn grijze ogen gaven licht, en ik keek om me heen. Overal waar ik keek was alles nog scherper dan ervoor. Ik hoorde elke ritseling van de bladeren. Ik was me weer bewust van de geuren om me heen. En ik had het gevoel dat ik immens krachtig was. Een lang touw werd uitgeworpen van het eiland dat boven me zweefde, en ik klom met gemak omhoog. Ik had energie voor tien, en ik keek stralend naar de jongens. Zij keken me met open mond aan. Ik keek naar de grond. Natuurlijk. Ik kon zelf niet zien hoe ik eruit zag, maar dat was net zoals hen. Onmenselijk. Tarisah knikte glimlachend, en zette de jongens op een rij. Eerst Jayden, dan Matthew en als laatste Casper. Ik moest naast hem gaan staan. Ze liep terug naar het begin, en had ineens vier kommen in haar hand. Ik kon zweren dat ze die net nog niet had. Ze schepte weer water uit het meer en zette deze kom voor Jayden. 'Water.' mompelde ze. Een kom met stenen was voor Matthew. 'Aarde.' Ze schepte met de kom in het vuur, wat magisch op ongeveer een centimeter hoogte boven de bodem van de kom bleef zweven. Deze kwam voor Casper te staan. 'Vuur.' Voor mij zette ze een lege kom neer. 'Lucht.' En zonder dat ik het doorhad, begon ik te lachen. 'Dit is een grap zeker. Ik ben nu aan het dromen, en straks wordt ik wakker en dan lach ik mezelf uit, kan ik aan mijn broertje Julian van drie vertellen wat ik heb gedroomd en dan zou hij het na willen doen. Maar no way dat ik hem van een klif laat springen.' mijn stem stierf weg, en ik wist dat het niet goed was gevallen. Sommige van de wezens keken kwaad. 'Als je niet zo belangrijk was, hadden we je nog eens van die klif gegooid.' bromde mijn ontvoerder. 'Jayden.' zei Tarisah. Ze keek naar de kom, maakte een beweging, en het water bewoog. Het rees op uit de kom, draaide rond, en zakte toen terug. 'Nu jij.' hij keek haar verschrikt aan. Hij probeerde hetzelfde als de vrouw, en het water deed hetzelfde als wat het bij haar had gedaan. Matthew en Casper deden enthousiast hetzelfde, en ik keek beduusd naar mijn lege kom. 'Ehm...' mompelde ik. Proberend om de bewegingen na te doen keek ik opzij. Jayden, Matthew en Casper lukte het wel. Casper keek ook opzij, en zag dat ik aan het stuntelen was. Hij ging achter me staan en legde zijn handen op die van mij. 'Doe het vanuit je polsen, Rose. Als je het vanuit je schouders doet, wil het net niet.' fluisterde hij in mijn oor. Hij bewoog mijn handen, en ik bloosde. Op hetzelfde moment voelde ik een fikse windvlaag, en de andere twee jongens vielen om. Ik grinnikte, net als Casper. 'Dat zullen jullie moeten leren beheersen.' zei Tarisah. Ze wendde naar de groep die had staan kijken. Er kwamen drie meiden en een jongen uit de groep. Goh, wat toevallig.
Een meisje met lang, blond haar met slagen kwam naar voren. Tarisah praatte weer. 'Zoey, tijd.' ze had een klokje aan een ketting om haar nek hangen. Een tweede meisje stapte naarvoren. Haar haar was middellang, en ze keek vrolijk uit haar blauwe ogen. 'Gesine, elektriciteit.' Dezelfde ketting met een bliksemschicht eraan. Het derde meisje liep naar de andere twee. 'Brianna, weer.' Een ketting met een wolkje. Haar bruine haar was wat korter dan dat van Gesine. Ze was kleiner dan de rest. Ook de jongen liep naar voren. 'Simon, transformatie.' Hij had een kortere, meer mannelijke ketting met een simpel metalen ringetje. Nu zag ik dat ze allemaal nog een ketting in hun handen hadden. Het blonde meisje liep naar Jayden, en deed hem een ketting om met een waterdruppel er aan. Gesine naar Matthew, met een ketting met een steen. Simon en Brianna liepen tegelijk naar Casper en mij. Simon deed mijn ketting me snel om, waar een spiraaltje van rook aan kringelde. Brianna deed eveneens de ketting snel bij Casper om. Ik zag haar met een jaloerse blik naar mij kijken. Ik trok mijn wenkbrauwen op. 'Is die Simon je vriendje ofzo?' ze liep snel terug naar Tarisah, Simon meetrekkend aan zijn arm. 'Hierdoor worden jullie krachten versterkt. Jullie zullen het hard nodig hebben.' zei Tarisah. Ik keek de jongens aan. Ons leven zou voorgoed veranderen. 'We hebben voor jullie twee hutten daar.' ze wees naar ergens waar ik het niet kon zien, en slikte. Ik moest met een van de jongens slapen. Ik hoopte heel erg dat er aparte bedden waren, anders werd het vrij ongemakkelijk. De groep spleet uiteen en liet ons door. Hoofden staken nieuwschierig boven de menigte uit. Ik hoorde gefluister om me heen, maar ik trok me er niks van aan. Ik voelde ineens twee armen om me heen, en keek verbaasd op. Aan mijn ene kant stond Jayden, en aan de andere kant Matthew. Casper was rechts van Matthew. 'Nooit gedacht dat wij hunks konden zijn.' zei Matthew vol bewondering toen hij langs een raam liep met een spiegelend oppervlakte. We lachtten, en ik keek naar de jongens, die weer aan het staren waren. 'En nooit gedacht dat er zo naar mij gestaard zou worden door jullie.' grinnikte ik.