Er staat iemand naast mijn bed, ik kan hem horen ademen, ik kan zelfs zijn adem voelen op mijn lichaam. Ik probeer mijn ogen open te doen, en te praten, maar het lukt niet. Mijn lichaam werkt niet mee. 'Maak je geen zorgen.' zegt een stem. Ik weet niet waar de stem vandaan komt, daardoor ga ik me juist meer zorgen maken. Ik herken de stem, het is niet de persoon die naast mijn bed zit. De stem lijkt veel dichterbij te zijn. De persoon naast mijn bed is een hij, ik kan het horen aan zijn zware adem. De stem die ik hoorde is overduidelijk een vrouwelijke stem. De stem komt me zo bekend voor. De zwarte kleur van het binnenste van mijn oogleden, begint zich langzaam te vormen tot een beeld. Ik zie haar, mijn hart staat even stil voor een seconde. 'Ik heb je gemist.' Ik probeer haar aan te raken maar ik kan nog steeds mijn lichaam niet bewegen. Ze begint te praten, ik glimlach bij het horen van haar stem. 'Je bent nog niet bij me, je ligt in het ziekenhuis. Je ligt in coma, Selene, Selene! Niet teruggaan, hij is gevaarlijk. Praat niet met hem Selene, wacht!' Ik open mijn ogen en de jongen naast mijn bed staat zonder iets te zeggen op en rent weg. Het gebeurde te snel om zijn gezicht te herkennen.
[ bericht aangepast op 17 feb 2013 - 0:36 ]
Don't tell me sky is the limit when there are footprints on the moon.