• Hij is lang, I know. Maar wat vinden jullie ervan?

    EDIT: IK BEN DOOR NAAR DE 1E RONDE! (:
    EDIT: HEUJ, OOK NAAR DE 2e

    De dromenvanger

    Een verhaaltje voor het slapengaan? Je reinste onzin. Hij verafschuwde kinderboeken, Winnie the Pooh die elke kaft met zijn amicale berengrijns bevuilde. Zijn Sophie zou het nooit lezen, die zottenliteratuur. Nee, zijn Sophie schotelde hij wat anders voor. Hij bracht haar, avond op avond, met verve de anatomie van het dromen bij.
    ‘Je moet je dromen achterna rennen,’ zo begon hij steevast.
    En voor zover peuteroren kunnen luisteren, en geobsedeerde tongen vertellen, luisterde zij en vertelde hij: ‘De droom bestaat uit twee losse onderdelen: de creatie en de realisatie. Je vormt hem, daarna maak je hem waar, Sophie.’
    Hij legde haar met zijn eindeloze vadersgeduld uit dat de droom een glibberig iets was, een ongrijpbaar schepsel dat niet gesteld was op mensenhanden. Ze onderbrak hem nooit. Ze knikte slechts, deed hem geloven dat ze elk woord van zijn pleidooi begreep.
    Met de creatie begon zijn Sophie toen ze vijf jaar oud was. Hij keek toe, terwijl haar ranke vingers dagelijks over de zwartwitte boulevard dansten. Mozart en Bach passeerden achtereenvolgens de revue, en regelmatig verloor hij zichzelf in de schoonheid van hun composities en lovende woorden.
    (‘Wat heeft uw dochter toch een talent. Dat heeft ze zeker niet van een vreemde?’ Jawel. Hij was een vreemde.)

    Tussen de sonate’s door klonk slechts één valse noot, die hij niet hoorde: haar onwil om te spelen.

    Zijn Sophie groeide op. Haar lichaam begon vergeefse pogingen te doen parallel te lopen aan haar verstand, en ze werd zwijgzaam. Misschien was ze dat altijd al geweest, maar had de piano de stiltes opgevuld. De laatste tijd deed hij dat steeds minder. Met lede ogen zag hij aan hoe de afstand tussen hen langzaam groeide.
    Toen ze twaalf was, en haar gezicht de eerste sporen van puberteit begon te vertonen, trachtte hij die afstand te verkleinen. ‘Vind je het niet eens tijd om weer eens iets samen te doen?’ had hij haar tijdens het middageten gevraagd. Nee, dat vond ze niet. Maar ze ging mee. Het werd een stadswandeling, een korte, om haar gebrek aan wil te compenseren.
    De wandeling gaf zijn vaderschap de genadeklap.
    De herfst lag al op haar sterfbed, hoewel dikke wolken zich boven hen samenpakten. Hij en zijn Sophie bevonden zich in twee afzonderlijke werelden, die slechts door een dunne draad van leeg dialoog met elkaar verbonden werden.
    Hij praatte. Over toekomst, over dromen, en over toekomstdromen.
    Zijn Sophie zweeg.
    ‘Sophie, wanneer is dat concert van je eigenlijk? Krijg ik nog een uitnodiging?’
    Zijn Sophie reageerde niet. De stilte manifesteerde zich als een schreeuw diep binnenin hem.
    ‘Is je talent mijn ogen tegenwoordig niet meer waardig?’
    De dialoog begon langzaam vormen van een monoloog aan te nemen.
    ‘Ik speel niet meer.’
    Het kwam er hard uit. Hij kon iets in hem horen versplinteren.
    ‘Je speelt niet meer?’
    Ze naderden een kruispunt.
    ‘Precies, ik volg mijn lessen niet meer.’ Ze zei het onverschillig, alsof het de normaalste zaak van de wereld was.
    ‘Sophie, waarom...’
    ‘Het spijt me, papa.’
    Hij begon plotseling hevig te transpireren. ‘Besef je wel dat je je talent vergooit? Dat ik jaarlijks een godsvermogen steek in die lessen van jou? En jij...’ Een intense woede brak zijn zin af.
    ‘Ja, dat is het enige wat jou interesseert. Je godsvermogen. Is dat wat je wilde, van je dochter een getalenteerd pianiste maken, om later een godsvermogen aan haar te verdienen?’ Haar stem sloeg over.
    ‘Sophie, luister nou eens!’ schreeuwde hij.
    ‘Ik heb lang genoeg geluisterd. Naar jou en naar die verrotte pianoklanken. Nu ga ik doen wat je me geleerd hebt: mijn dromen achterna rennen.’
    Wat er op dat moment in haar gebeurde, wist hij niet. Het moest een wrede speling van het lot geweest zijn, een fatale typfout in God’s draaiboek. Zijn Sophie zette het op een lopen. Bij elke stap werd ze minder zijn Sophie. Haar fragiele meisjeslichaam sleepte haar voeten achter zich aan, zoals een locomotief zijn wagons.
    ‘Sophie, verdomme!’
    Het was een wanhoopskreet, één die een leven vol frustratie samenvatte.
    Hij rende haar achterna. Deze droom zou hij zich niet laten ontglippen. Maar het onverwachte had een golf van gewaarwording over hem uitgestort. Zijn Sophie was zijn Sophie niet meer, en ook nooit geweest. Ze had hem verraden, achter zijn rug om een bondgenootschap met de vrijheid gesloten. Hij trok een sprint, voor zover zijn door nicotine geteisterde longen het toelieten. Hij was echter te laat.

    Zij rende haar dromen achterna, hij zag hoe de zijne langzaam met de horizon versmolten.

    [ bericht aangepast op 24 april 2012 - 20:57 ]


    Destiny is what you're supposed to do. Fate is what kicks you in the ass to make you do it.

    yeaaah, door naar de 2e ronde ^^


    Destiny is what you're supposed to do. Fate is what kicks you in the ass to make you do it.

    Marble schreef:
    yeaaah, door naar de 2e ronde ^^


    Goedzo ^^
    hoeveel rondes zijn er?


    Don't be like the rest of them, darling

    TheRumIsGone schreef:
    (...)

    Goedzo ^^
    hoeveel rondes zijn er?


    Deze nog en dan hoor ik of ik aangenomen ben (:


    Destiny is what you're supposed to do. Fate is what kicks you in the ass to make you do it.

    Marble schreef:
    yeaaah, door naar de 2e ronde ^^

    Gefeliciteerd(bloos)


    Un rêve peut mourir mais on n'enterre jamais l'avenir.

    Marble schreef:
    (...)

    Deze nog en dan hoor ik of ik aangenomen ben (:


    Ik hoop het voor je ^^


    Don't be like the rest of them, darling

    Citizen schreef:
    (...)
    Gefeliciteerd(bloos)


    Dankje (:


    Destiny is what you're supposed to do. Fate is what kicks you in the ass to make you do it.

    Echt mooi:O