Vrijheid op kot
Deze week is de laatste lesweek van mijn tweede jaar biologie in Leuven. Over een paar maanden zit ik officieel twee jaar op kot. Misschien wordt het wel eens tijd om terug te kijken op twee jaar “onafhankelijkheid”.
Waarom staat die onafhankelijkheid dan tussen aanhalingstekens? In alle eerlijkheid moet ik bekennen dat ik toch braaf ieder weekend ben afgereisd naar huis om mama de was af te leveren en een felbegeerde knuffel bij papa te halen. Dit fenomeen is denk ik minder bekend bij de Nederlandse studenten, maar in België gaan bijna iedere alle inheemse studenten ieder weekend naar huis. Voor internationale studenten is dit natuurlijk iets moeilijker, maar aangezien ik minder lang onderweg ben naar huis dan een deel van de Belgische studenten en ik maar luttele meters van de grens woon, tel ik mijzelf tot een inheemse student.
Vandaar, ieder weekend naar huis, de blokperiode thuis en tijdens de vakantie moesten de planten mee naar huis gebracht worden omdat ik niet op kot zou zijn om ze water te geven. Toch zou ik mezelf veel meer afhankelijk en volwassen noemen dan zo’n twee jaar geleden toen ik in de eindexamens zat te puffen. Op collegegeld, boeken aan het begin van het semester en wat regelingen na ben ik financieel vrij stabiel en onafhankelijk van mijn ouders. Dankzij de studiefinanciering van de Nederlandse regering (laatste generatie als studiebeurs, godzijdank), weet ik iedere maand weer de huur van mijn kot, mijn boodschappen en mijn belachelijk goedkoop treinkaartje te betalen, en nog iets over te houden om extra kosten op te vangen.
Als ik nu -terwijl ik het al te bekende landschap in de trein langs zie razen- terug denk aan mijn tijd tot nu toe als student, en wat dat voor mij betekend heeft, is het toch wel dat het mij meer ademruimte heeft gegeven om te laten zijn wie ik wil zijn. Het laat me meer de mogelijkheid om mezelf te ontdekken, om mezelf de ruimte te geven om dingen te ontdekken, en om op te bloeien als persoon. Zo kan ik bijvoorbeeld iedere dinsdag en donderdag gaan zwemmen omdat ik dat wil, en hoef ik geen rekening met anderen te houden. Op aanraden van mijn therapeute moet ik een leerschema maken, en ik zit nu (op Pinksteren, zondagavond) in de trein naar Leuven, zodat ik op mijn vrije maandag mijn dag zo kan indelen, zoals ík wil. Het geeft de vrijheid om vrienden uit te nodigen op kot, of om ze met open armen te ontvangen als ze op kot willen komen lunchen.
Voor mij staat mijn kot dus gelijk aan vrijheid. Ik heb mijn kamer ingericht met schilderijen die ik nog had liggen en die ik leuk vind. Knuffels die ik leuk vind, maar waar ik geen plaats meer had op mijn bed thuis, liggen nu vrolijk naast mijn matras in Leuven. En doorheen de kamer is een waslijn gespannen waarop ik dingen kan laten drogen zonder dat ze iemand in de weg hangen. Dat zijn allemaal voorbeelden van míjn dingen. Dingen waar ik de vrijheid voor had om ze zo in te richten en waar niemand op commentaar zal geven.
Maar het gaat niet per se om de inrichting in je kamer. Zo ben ik woensdag voordat ik ging studeren een rondje gaan wandelen, omdat ik dat fijn vond. Omdat het zo warm was, heb ik enkel in mijn topje gezeten. Wie veroordeelt mij? Mijn knuffels in ieder geval niet. Dat is wat ik vrijheid noem: na het avondeten je pyjama aandoen en geen commentaar krijgen van je ouders.
Conclusie van het verhaal: eindexamenkandidaten (of Belgische laatstejaars) die volgend jaar op kamers/kot gaan: je zult vuile toiletten zonder toiletpapier tegen komen, bergen afwas en allemaal andere dingen die minder zijn. Maar dat hoort erbij en dit zal niet opwegen tegen alle mooie herinneringen die je zult maken, en de vrijheid en onafhankelijkheid die je uiteindelijk zult krijgen.
Reacties (5)
Ik ben het helemaal met je eens! Ik woon op kamers in Groningen en ik vind het héérlijk. Ouders zijn drie uur van me vandaan, maar de stad is geweldig, de studie is leuk en ik geniet er met volle teugen van.
8 jaar geledenIk vond het ook doodeng, mijn eerste dag alleen in mijn kamertje (ik heb een studio, dus alles voor mezelf = geen last van anderen, yay!) maar binnen een week was ik gewend. Ik had één nacht in mijn kamer geslapen en toen ging ik al drie dagen/twee nachten op kamp, en die maandag begon college meteen. Het went zo snel!
Ik raad het iedereen aan. ik kon niet koken tot ik op kamers ging, je komt jezelf in de eerste weken écht wel tegen. Denk aan: wc-papier aanvullen (héél belangrijk), boodschappen doen, zelf koken en als dat nog niet genoeg is, moet je ook nog studeren. Eind juli woon ik hier een jaar en de tijd vliegt. (:
Dit is een best geruststellende column. Ondaks dat ik mijn examen nog moet maken en die redelijk goed moeten zijn om er door te geraken ben ik echt op mijn gemak gesteld door dit. Leuke column!
8 jaar geleden200% mee eens.
8 jaar geledenWat denk je van het leren koken?
8 jaar geledenHa, dit herken ik en ik ben het er zo hard mee eens.
8 jaar geledenOp voorhand had ik toch wel een beetje schrik om op kot te gaan, maar dat bleek al snel echt heel erg mee te vallen. Ik heb zo de indruk dat het bij de mensen die echt supergraag op kot willen vaak sneller tegenvalt. Misschien omdat ze het zich helemaal anders hadden voorgesteld? Ik had het ergste scenario in mijn hoofd zitten en daar is helemaal niks van uitgekomen. En daarbij heb ik ook superleuke mensen waarmee ik op kot zit.