Foto bij hoofdstuk 78

Aiden
Met een vies gezicht zit ik naar Ben te kijken die het bord van Yuna verder leeg eet. Bah, ik moet er niet aan denken! Ben schuift het bord weg en met grote ogen kijk ik hem aan.
‘Volgens mij vinden de vampiers je raar’ lacht Yuna als ze zie me kijkt.
‘Daar kan ik mee leven’ zegt hij terwijl hij het bord weg zet.
Een rilling loopt over mijn rug en mijn eetlust is meteen weg.
‘Dus jij hoeft vanavond niet meer te gaan jagen?’ vraagt Jack plagerig aan Ben.
Ben schud hevig zijn hoofd en zakt tevreden onderuit in zijn stoel.
‘Dan kan jij bij Yuna blijven terwijl wij gaan jagen’ lacht hij en staat op.
‘Wat is dat toch met jullie?’ vraagt Yuna verbaast en begint alles op te ruimen.
‘Wat bedoel je?’ vraag ik haar.
‘Jullie laten me geen seconde alleen is het wel?’ vraagt ze lachend.
‘Uhm nee’ ik sta op en loop naar haar toe.
‘Wat is er?’ vraagt ze me een beetje bezorgd.
‘We laten je niet alleen vanwege de jagers’ zeg ik zachtjes tegen haar.
‘Oké ik snap het’ zegt ze zachtjes en gaat verder met opruimen.

‘Ga je nog mee?’ vraagt Jack ongeduldig bij de deur.
‘Ja ik kom’ zeg ik tegen Jack en geef Yuna snel een kus op haar wang.
Van twee kanten word er gegromd en met een grijns op mijn gezicht loop ik naar de deur toe. Jack smijt hem achter zich dicht en samen lopen we het pad af.
‘Moest dat nou?’ gromt hij dan weer.
‘Dat is je eigen schuld, je hebt ons zelf in huis gehaald’ lach ik en ren het bos in.
‘Dat is dan een grote fout geweest!’ roept Jack en komt al snel naast me rennen.
We schieten tussen de bomen door en komen al snel bij een stad aan. Zo te ruiken wonen hier mensen en veel ook. Ik begin er van te watertanden en Jack heeft dat al in de gaten.
‘Rustig aan Aiden’ gromt hij naar me.
Ik zucht en schiet een boom in. Ik kan me nu niet laten gaan, dan ben ik mijn slaapplaats kwijt. Jack springt in de boom naast me en kijkt me waarschuwend aan.
‘Ik zal mijn best doen’ grom ik terug.
Zo stil als ik kan ga ik nog een paar bomen dichter bij het stadje. De wind staat de goede kant op en de geur van mensen word steeds sterker. Helaas moeten we wachten tot het donker word en dus is het beter als ik een eindje bij het stadje uit de buurt blijf.
‘Wat ga je doen!’ sist Jack en komt me achterna.
‘Ik ga hier even weg’ fluister ik naar hem.
‘Waarom?’
‘Omdat ik het anders niet red!’ sis ik dan.
‘Oké maar blijf in de buurt!’
‘Dat zal ik zeker doen’ grom ik nu naar hem en schiet weg in de boomtoppen.

Zachtjes maak ik de deur van de slaapkamer achter me dicht. Ik loop naar mijn bed en kleed me om. Yuna draait zich om in haar bed en ik blijf verstijft staan.
‘Heey je bent weer terug’ klinkt het dan heel zachtjes.
Ik zucht en ga op het bed zitten. Ik wrijf door mijn gezicht heen en ga dan op mijn rug liggen.
‘Ja ik ben weer terug’ zeg ik zachtjes en gaap een keer.
‘Heb je genoeg gehad?’ fluistert ze dan.
‘Ja ik denk het wel’ en sluit mijn ogen.
‘Ben deed het heel goed vandaag’ lacht ze dan zachtjes.
‘Ik snap niet wat daar zo lekker aan is’ zeg ik met een rilling.
‘Dat kan ik je denk ik niet uitleggen’ en ze gaapt ook.
‘Laten we nu maar gaan slapen’ zeg ik dan.
‘Is goed. Wat gaan we morgen doen?’ vraagt ze dan nieuwsgierig.
‘Dat zien we morgen wel’ en ik draai me om.
Niet veel later is het stil en slapen we allebei.

Reageer (1)

  • Pineapple3

    *Stilte*
    Jammer dat Aiden ook niet het eten lust! ;D

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen