De 100e Hongerspelen - 148
Ik vond het alleen nodig dat je begreep waarom Katniss zo geschrokken is.”
“Je zou voor minder”, bromde Gale. “En Peeta?”
“Hij heeft een vaag idee, tenzij Adriënne het hem heeft uitgelegd intussen. Ik had er gisteren geen tijd meer voor, ik ben meteen naar jullie toe gekomen.”
“Nou goed, ik denk na over hoe we Katniss terug kunnen halen”, zuchtte Gale. Hij keek uit het raam van de door de rebellen gestolen hovercraft. “Hoe lang nog voor we aankomen?”
“Ongeveer twee uur”, zei Haymitch. Gale knikte.
***
Het mes ging rakelings langs Kayla heen. Ze moest alle moeite doen om doodstil te blijven zitten, anders zouden ze haar zeker zien. Ze staarde naar het beroepsgroepje. Hopelijk zouden ze verder lopen.
Jillana keek om.
“Verdomme Odette, waar blijf je?”, siste ze. “Die vogel heeft hen vast gewaarschuwd.” Odette haastte zich naar de anderen toe.
“Sorry, ik was even blijven staan om de kaart te bekijken, ze komen deze kant uit”, loog ze.
“Oppassen dan”, fluisterde Parel.
“We gaan verder. Odette, blijf bij ons”, siste Jillana. Ze kwamen niet ver. Een paar meter later zagen ze Selm uit de bosjes springen, meteen gevolgd door Xandrijn. Jillana wierp onmiddellijk een mes, Selm was op slag dood. Een razende Xandrijn rende op de beroeps af. Voor zij zich echter konden verdedigen of Xandrijn hen bereikt had, stortten Parel en Jillana neer. Jillana had een speer in haar hals zitten, maar bij Parel was op het eerste zicht niets te zien.
***
Drie kanonschoten. Vania bibberde van angst. Wie zouden het zijn? Ze had een lichte beweging opgemerkt uit de boom waar Ian zat, hij zou nog leven. Maar verder? Hadden de beroeps al slachtoffers gemaakt? Was Seija of één van hun vrienden misschien geraakt? Of hadden ze nu al een paar beroeps kunnen verschalken.
“Mama?” Vania reageerde niet, ze staarde naar buiten. “Mama, ben je bang?”
“Ik, ja, Rue, ik ben bang”, stamelde ze.
“Waarom? Wij moeten toch niet vechten?”
“Nee, maar Xandrijn en Seija en de anderen wel.” Op dit moment kon ze Rue even niet sparen.
“Oh. Wat waren die luidde bonken?”
“Die zeggen dat er mensen dood zijn”, fluisterde Vania.
“Nee!” Rue trok grote ogen. “Nee, mama, tante Seija en oom Xandrijn mogen niet dood!”
“Ik weet het”, Vania trok Rue tegen zich aan. “Ik weet het meisje. Misschien zijn het ook anderen, maar dat weten we niet.” Rue begon zachtjes te huilen. Voor het eerst drong er echt een belangrijk stuk van de gruwel van de Hongerspelen tot haar door.
Reageer (6)
Super mooi!!
1 decennium geleden