Foto bij hoofdstuk 47

Yuna

Ik schrik als de vampier het zwaard op Aiden’s keel zet en hem grijnzend aankijkt.
‘Laat ons gewoon met rust’ zegt ik met hoorbare angst in mijn stem.
De vampier draait zich met een ruk om en kijkt me met zijn enge rode ogen aan.
Ik heb er meteen spijt van dat ik me ermee bemoei en zet een stap achteruit tegen de muur aan. Binnen een paar tellen staat hij voor me en kijkt me geamuseerd aan.
Aiden probeert overeind te komen alleen lukt dat niet en na een paar tellen laat hij zich weer zakken en kijkt met een moordende blik onze kant op.
‘Alsjeblieft’ fluister ik zo stil dat ik het nauwelijks kan horen.
‘Omdat je het vraagt en omdat ik jullie allebei wil zien lijden’ zegt hij met een grijns op zijn gezicht en draait zich om. Even staat hij stil bij Aiden maar dan loopt hij gelukkig weg.
Als de deur achter hem sluit zucht ik en zak ik op de grond tegen de muur aan.
‘Hou je er de volgende keer buiten’ zegt Aiden na een tijdje. Ik kijk hem aan en zie dat hij het meent.
‘Ik ben blij dat hij weg is, wie weet wat er anders gebeurd was’ mompel ik.
‘Hij is gevaarlijk. Dus alsjeblieft.’ Ik knik een keer.

De rest van de dag blijft het eigenlijk stil en als het langzaam aan steeds donkerder wordt begint mijn maag te rommelen en dan pas besef ik dat alle dagen dat we hier zijn, ik niks gegeten heb. Ik zucht een keer die vampier heeft gelijk. Of Aiden kan zich niet inhouden of ik ga dood van de honger en dorst.
Ik draai me om en probeer te gaan slapen.
De volgende morgen wordt ik wakker door Aiden die probeert op te staan. Als dat niet lukt slaat hij met zijn vuist tegen de grond waardoor ik overeind schiet. Als ik zie dat zijn vuist bloed sta ik op en loop snel naar hem toe.
‘Moest dat nou?’ vraag ik terwijl ik zijn hand pak en er naar kijk.
‘We moeten hier weg en ik kan nog steeds niks’ gromt hij.
‘Dan wachten we gewoon totdat het wel lukt, nu verlies je nog meer bloed’ mompel ik terwijl ik het laatste stuk van het deken pak en het om zijn hand doe.
Aiden zucht een keer.
‘Ik hoorde je praten in je slaap’ zegt hij langzaam. Ik kijk hem verbaast aan.
‘En wat zei ik?’ vraag ik een beetje moeilijk.
‘Dat dit niet lang goed kan gaan. En je hebt gelijk. Je hebt honger en ik ook. Ik heb nog wat dagen nodig voordat ik weer kan lopen en ik weet niet of ik dat ga redden zonder bloed. Precies zoals ze dat in gedachten hebben’ zucht hij.
Ik zucht een keer. ‘Het moet lukken.’ Aiden antwoord niet en staart naar de grond.

Ik ga naast hem zitten totdat er na een paar uren de deur open wordt gedaan en er wordt wat onze kant op wordt geschoven.
‘Aiden, ik moet toegeven je houdt het lang vol. Dus moeten we die elf van je in leven zien te houden’ grijnst de vampier.
‘Dan zal je dat nog heel lang moeten doen’ gromt Aiden.
‘Ik denk het niet, je zit al bijna een hele week zonder, dus heel lang kan het niet meer duren’ lacht hij en gooit dan de deur weer dicht.
Ik kijk naar een groot bord waar wat brood en een kan water op staat. Ook ligt er een deken bij.
‘Ze testen ons gewoon.’ Ik knik een keer en beseft dat hij gelijk heeft.
‘Maar ik kan nu wel die wonden schoonmaken, wat er nog van over is dan’ zucht ik en pak een stuk brood. Het is oud maar beter dan niks.
Als ik het op heb pak ik een stuk van het deken en maak het nat met het water.
De eerste wond die ik schoonmaak is die op zijn hand. De rest van de wonden is goed aan het genezen maar als ik die van zijn ribben zie is er nog geen verandering. Nou ja bijna geen verandering.

Reageer (1)

  • Kelpie

    tum tum tum...
    gezellige boel daar hoor!:P
    wel snel verder!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen