Eentje uit de oude doos ... (:

Het leven zat vol aangeleerde routines en verwachtingen. Soms leek het alsof heel Lukas’ bestaan erop gebaseerd was. Dat feit maakte het alleen maar moeilijker om het patroon te doorbreken en om zijn nieuwe leven aan te kondigen. Ergens wist hij dat er geen andere manier opzat, maar angst huisde diep in hem. Hij kon niet zomaar van de ene op de andere dag zijn keuze gaan verkondigen en al zeker niet voor de hele wereld, of toch niet voor zijn wereld. Nog steeds hoopte Lukas op een mirakel, een doodeenvoudige gebeurtenis die de weliswaar vastberaden keuze in zijn hart ongedaan kon maken.
Hij zuchtte en nipte van het biertje dat voor hem stond. “Zo gaat het niet meer”, zei Sascha. Zoals elke vrijdagavond zaten ze samen in de populairste kroeg van de stad. Lukas negeerde de woorden, of dat probeerde hij toch. Hij voelde de arm van Sascha op de zijne rusten en merkte dat de haartjes op zijn arm een voor een overeind gingen staan. Het gevoel was overweldigend en bracht niets anders dan klein genot met zich mee, maar toch duwde hij de arm weg.
“Ik kan dit niet”, mompelde Lukas. “Denk je echt dat iedereen je constant in de gaten houdt? Je bent paranoïa.” Lukas schudde zijn hoofd. Hij was niet gek, hij zag de blikken die hem achtervolgden, die hen achtervolgden. Het was hier niet veilig. In een teug goot hij de rest van het bier naar binnen. Misschien moest hij deze avond maar eens dronken worden, dan zou hij vast en zeker andere dingen gaan voelen dan dit, normalere dingen misschien.
“Het wordt tijd dat je aan jezelf denkt, aan je eigen geluk en niet aan de buitenwereld. Je hebt je geluk in eigen handen, laat het niet zo door anderen beïnvloeden. En al zeker niet door diegenen waarvan je weet dat ze het gewoonweg niet waard zijn.” Sascha’s stem was klaarhelder en had nog nooit zo pijnlijk door hem heen gesneden. Hij was niet in staat om in de kastanjebruine ogen voor hem te kijken, in plaats daarvan gleed zijn blik doorheen de menigte. Mensen bewogen met hun lichaam mee op het rimte van de muziek, lachten, dronken en ontspanden na een harde week. Hij daarentegen ontspande zich al weken niet meer, zijn gedachten vergezelden hem constant en blokkeerden iedere poging.
“Lukas?” Hij kon zijn naam niet meer aanhoren, niet op díe manier. “Ik wil dit niet”, beet hij Sascha toe. Daarna gebeurde alles als in een versnelling. “Als dat je keuze is, dan zal ik die respecteren, maar zeg me alsjeblieft niet dat alles een leugen was.” Sacha stond op en liep met grote passen weg van hun vertrouwde tafeltje. “Natuurlijk is het geen leugen!” riep Lukas. Een paar omstaanders keken hem vreemd aan en voor het eerst besefte hij dat hij nu pas echt voor het eerst aangestaard werd. In een mum van tijd sprong hij recht van zijn stoel en liep hij achter Sacha aan die bijna bij de deur was, klaar om de frisse oktoberlucht tegemoet te komen en dit hoofdstuk met pijn in het hart af te sluiten. “Ik, ik zie je wel graag. Ik moet dit alleen langzaam aan doen.” Lukas’ handen klemden zich om die van Sascha. “Weet je wel wat je doet?” Hij keek vragend in de kastanjebruine ogen waar hij telkens weer opnieuw leek in te verdrinken. Ze hielden elkaars handen vast, in het midden van de kroeg. Het leek enkele seconden te duren voordat het tot hem doordrong, maar vervolgens glimlachte hij. “Ik ga nog diep vallen.” “Ik zal je uit de put helpen klauteren.” “Laat dit een begin zijn”, fluisterde Lukas en zonder op een reactie te wachten drukte hij zijn lippen op die van Sascha. Het was een simpel gebaar, maar voor hem was het een mijlpaal. Zonder te weten en zonder zich af te vragen hoeveel ogen zich op hen,richtten liepen ze hand in hand terug naar hun tafeltje. Alles was nog steeds hetzelfde, op een ding na. Lukas glunderde bij het zien van de brede grijns op het gezicht van zijn vriendje. Soms worden bepaalde dingen simpeler als men even stopt er over na te denken en op het gevoel afgaat.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen