''I've got the moves like jagger... got the mmm... mo-o-o-o-o-o-o-o-oves like jagger'' zong ik na. Het geluid stroomde via mijn IPod-oortjes in mijn oorschelp.
Ondanks de muziek hoorde ik toch duidelijk de bel ringen. Toevallig had ik nog een visioen gekregen over iemand die aanbelde, wie dat was wist ik niet meer. ''Carlisle? Edward?'' mompelde ik. Ik hoorde de deur niet open gaan. Fijn, was ik weer alleen thuis. Ik sprong op van mijn bed (ahum) en liet bijna het potje met paarse nagellak vallen. Natuurlijk ving ik het op. Snel trippelde ik mijn kamer uit en liep de trap af. Ik probeerde in een menselijk tempo te lopen, maar altijd als ik dat probeerde begon ik te huppelen. Best irritant. Door de glazen deur zag ik een man staan, van een jaar of twintig. Ik greep de deurknop en zwaaide de voordeur open. ''Ja?'' jubelde ik. De jongen keek verbaasd op, blijkbaar had ik toch net iets te snel gelopen. ''Wonen de.. Cullens hier?'' zei hij beleefd.
Ik knikte. ''Wat kom je hier doen?'' Spike kwam vanachter de jongen vandaan en trippelde door de deur.
''Woonde hier ene.. Mabel?'' Stilte. Niet Mabel. Niet weer iemand tegen wie ik moest zeggen dat ze dood was. De buurvrouw en Charlie waren genoeg geweest. Net nu ik haar dood bijna verwerkt had. Eigenlijk was het Rose haar schuld geweest. Esmé en ik hadden haar bijna mee moeten slepen. Daardoor kwamen we te laat. Als wij drieën er geweest waren, leefde Mabel nu misschien nog. ''Hallo?'' hoorde ik de jongen vragen. Ik schrok op uit mijn gedachten. ''Zij woonde hier, ja.'' mompelde ik. Mijn stem klonk vreselijk depressief. ''Maar ze is-..'' wou ik erachteraan zeggen. De jongen schudde tot mijn verbazing zijn hoofd. ''Ik weet het.'' Ik keek in zijn ogen. Ze waren rood van het huilen. Natuurlijk niet zo felrood als die van niet-vegetarische vampiers, maar het kwam wel in de buurt. ''Ik ben Mick'' Verbaasd schudde ik zijn hand die hij uitstak. Hij keek mij vreemd aan, alsof ik iets zou moeten zeggen. ''Mick Godsleaf.'' zei hij erachteraan. ''Ik ben Alice.'' Het drong blijkbaar nog niet tot mij door en Mick zei: ''Ik ben Mabel' s broer?'' Nu was ik aan de beurt om verbaasd te zijn. Natuurlijk had Mabel wel eens over een broer verteld, maar ik het nooit gedacht óf gezien dat hij hier naartoe zou komen. Ik hield mijn gave wel met andere dingen bezig.
''Br-roer'' stotterde ik. ''Kom binnen.'' Ik had Carlisle niet naast mij horen komen staan omdat ik zo geconcentreerd was op Mabel en haar broer.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen