5# Summer
Ik liep met mijn laarzen over de knarsende sneeuw. Het uitzicht dat ik kon zien vanaf de berg was wit. Sneeuwwit. De heldere, blauwe hemel liet het plaatje perfect kloppen. ''Summer!'' Ik rolde met mijn ogen.
Carmen kwam tevoorschijn. Nooit kon ik eens alleen zijn. De Denali' s vertrouwde mij nog steeds niet honderd procent. Ik was immers pas een half jaar een ''vegetariër''. Carmen keek mij streng aan, maar moest toen glimlachen. Ze kon nooit gemeen zijn tegen vrienden, ook al deed ze nog zo haar best.
Ik lachte niet terug. ''Kan ik nou nooit eens even alleen zijn?'' riep ik uit. Carmen keek mij geschrokken aan. ''We houden je in de gaten, voor je eigen bestwil.''
Ik haalde mijn schouders op. ''Ik kan mezelf makkelijk inhouden, dat weet je even goed als ik.''
Carmen grijnsde even en zei: ''Eleazar wilt dat ik op je let.''
Ik zuchtte, maar liep toen met haar de berg af. We liepen in een menselijk tempo, waar ik mij nogal aan ergerde. Niemand kon ons hier zien, maar Carmen vond dat die kans er altijd was.
''Overmorgen gaan we op bezoek bij de Cullens, jij mag ook mee.''
Ik sprong een gat in de lucht van blijdschap. Eindelijk eens afwisseling, na altijd die eeuwige sneeuwvlaktes. Ik vond ze wel mooi, maar wou wel weer een keer iets anders. De Denali' s hadden al veel over de Cullens verteld, maar ik had ze nog nooit gezien. Afgelopen week zeiden ze nog iets over een jonge vampier die bij hun was ingetrokken. Misschien wel van mijn leeftijd.
Er zijn nog geen reacties.