Anxieties of a writer
Jaden keek op van zijn scherm, zijn rug was gebogen door de te kleine stoel waarop hij zat en de rugleuning die niet betrouwbaar is. Zijn rug deed zeer, een poging om zijn rug te laten ontspannen door het te strekken was zinloos. Vermoeid wreef hij over zijn gezicht, uiteindelijk masseerde twee handen zijn oogleden, waarachter zijn blauwe irissen schuilen. Hoelang zat hij al achter de computer? Geen enkel antwoord zou de pijn verdrijven die hij voelde, net zoals de schaamte die een rode blos over zijn wangen heeft achter gelaten. Schaamte voor zijn geschreven woorden, digitaal geschreven, maar toch geschreven. Zwarte letters op wit, digitaal papier. De laatste tikken, zijn vingers op het toetsenbord, de gekozen toetsen drukte hij in, tot hij de letter waarvoor de toets staat op het papier ziet verschijnen. Dit gebeurde in milliseconde. En meerdere letters achter elkaar. Heel snel. Je weet hoe snel zoiets gaat, jongeren weten niet beter. Zij kunnen het niet anders. Met de paplepel in gegoten. Ouderen daarentegen hebben hele secondes nodig om met een vinger een letter aan te raken. Een letter aan te maken. Jaden niet. Bij hem ging het snel, in enkele minuten had hij een alinea voor een verhaal. Een verhaal waarvoor hij zich schaamt. Achteraf gezien.
Jaden schrijft niet alleen verhalen op het digitale papier dat Word heet. Nee, hij schrijft ook ouderwets, met pen en papier. Echt papier, dat je kan aanraken. Dat flinter dun is en toch zo sterk. Net zoals zijn pen, dat overigens tien cent is, gekocht in een goedkoop winkeltje. Maar vergeleken met zijn eerdere, dure aangeschafte pennen, deze goedkope pen, van onschatbare waarde voor hem is. Althans dat vond hij. Net zoals van het digitale papier waar zijn verhaal op staat. Eigenlijk wil hij het liefst op de rechter muisknop drukken, er verschijnt een menu waar je keuzes worden weergegeven. Het liefst wil hij dan met zijn muis, een pijltje dat afgeschermd staat op je computer en iedereen 'muis' noemt, terwijl het daar helemaal niet op lijkt - een echte, levende muis, een dier dat meisjes en soms jongens, angst aan jaagt - naar de derde optie van onderen aanklikken 'verwijderen.'
Hij heeft het verhaal geschreven, iemand anders het laten lezen en daar geen reactie op gekregen. Vluchtig kwam hij de man tegen, de man die zijn verhaal heeft gelezen. Zijn verhaal. Het is dat Jaden hem gedag zei, anders was hij door gelopen. Misschien dacht de man wel: Shit, nu moet ik hem te woord staan en het hem vertellen. Eigenlijk vertelde de man weinig: Ik heb kanttekeningen gemaakt die je vast wel wil weten, we bespreken het, later. Later betekend de in geplande dag dat de begeleider met de student gaat praten, over hoe het nu verder moet. Achteraf gezien, meent Jaden een gekwetste blik of een blik van angst te hebben gezien, in de ogen van de lezer. De lezer van het verhaal, waar hij voor nu, drie maanden aan heeft gezwoegd. Het liefst, zou Jaden een heel ander verhaal willen schrijven. Over katten en honden die in vrede met elkaar leven, op een boerderij in Australië, met de warme zon op de gezichten van vrolijke mensen. Misschien wel een echtpaar met kinderen, een jongen en een meisje. Huisje-boompje-beestje. Nee, het tegenover gestelde is waar en zelfs hij kon zijn ogen niet geloven. Natuurlijk heeft hij getwijfeld over het verhaal. Moet ik dit wel typen -schrijven - is het niet verdacht, lijkt het niet te erg op.., ben ik niet meedogenloos? Zijn verhaal lijkt op een wurgcontract en zijn begeleider is gewurgd. Jaden schaamt zich. De dagen die voorbij gaan zijn een grote hel. Een luxe weliswaar, aangezien hij zich niet bevind in een gevangenis in Irak of een van de vele 'zware' gevangenissen in Amerika, zoals iedereen die kent van de televisie. Toch, het is een hel. Vooral omdat hij geen dagen kan aftellen. Wanneer die datum is, weet blijkbaar alleen de man. Elke typ- en taalfout boren een gat in zijn lichaam. Die rillend van de kou, verborgen is onder een T-shirt en dik vest. Zijn lippen kleuren blauw, tegenstrijdig met zijn bruine huid die hij van nature heeft. Nu weet hij het zeker, zijn begeleider keek teleurgesteld. "Een schrijver maakt geen spelling-, typ-, en taalfouten."
Of was het toch de angst, de angst dat de schrijver een karaktereigenschap, een filosofie heeft meegegeven aan zijn hoofdpersoon, die in het verhaal verteld dat hij geen volwassenen vertrouwd en ze zelfs haat?
Reageer (1)
Ik vind dit echt wen super -mini- story!!!
1 decennium geledenIk krijg zin om zelf ook zoiets te schrijven. Om te omschrijven hoe ik over schrijven denk en wat er met me doet!!!
Omg ik vind dit echt geweldig!!! Dit komt zeker in mijn favoriete te staan!!!