Foto bij O53. Cecilia Romaine

‘Shit, shit, shit!’ schreeuwde ik terwijl ik me uit Seth’ greep probeerde te bevrijden. Paniekerig probeerde ik zijn hand van mijn arm los te maken terwijl mijn ogen nerveus heen en weer vlogen. ‘Laat me los!’ Ik probeerde mezelf van hem weg te duwen in de hoop dat hij los zou laten, maar het enige dat me dat opleverde was een scheut van pijn door mijn arm heen naar mijn schouder.
Seth pakte met zijn vrije hand mijn kin vast en draaide mijn hoofd zijn kant op. Zijn ogen stonden bezorgd, maar waren nog steeds niet de mistroostigheid van eerder kwijt. ‘Wat is er?’ Zodra ik mijn hoofd probeerde weg te draaien bracht hij het weer tegenover het zijne. ‘Cecilia, kijk me aan?’
Ik schudde wanhopig mijn hoofd en hield de tranen die zich in mijn ogen begonnen te vormen tegen met al mijn wilskracht. ‘Laat me los Seth, alsjeblieft.’
Seth zuchtte en zijn grip verslapte, ik trok me los en liep het bos uit. Seth had me voor het telefoontje van Elisa al tot de rand van het bos geleid, en op die grens begon onze achtertuin. Ik wierp een blik op het huis, verschillende lichten stonden aan en af en toe zag ik de figuur van Elisa langs de ramen rennen met dozen en kleren in haar armen. Ik zuchtte en begon met lichte tegenzin te lopen, ik wou niet weg, maar het was het beste, hoe vaak waren we niet net iets langer gebleven en was het fout afgelopen? Dit keer mocht dat niet gebeuren.
Ik stopte de sleutel in het slot en draaide hem langzaam open, zodra ik een stap naar binnen had gezet werd ik al meegetrokken door Elisa die met een wilde blik op haar gezicht de deur dicht trok en weer op slot draaide.
‘Waar was je? We moeten weg, morgen moeten we weg! Pak al je spullen en zorg ervoor dat je niks vergeet en help me daarna met al het andere en – ’ ratelde Elisa, ik hoorde aan haar dat ze zenuwachtig was, ze was vreselijk in paniek zelfs.
Ik stopte haar door mijn hand over haar mond heen te leggen. ‘Ik zal zo snel mogelijk alles inpakken, oké? Ik had toch nog niet zoveel uitgepakt,’ zei ik, rustiger dan ik me voelde. Mijn vrije hand kamde doelloos door mijn haar, waarna ik mijn hand van haar mond verwijderde. ‘Rustig, we zijn zo klaar, oké? Morgen zijn we weg.’ De steek die door mijn borstkas ging negeerde ik, het was toch doelloos, Seth zou nooit van mij kunnen zijn.
Ik werkte snel, maar geordend, het was laat, maar door de adrenaline die door mijn aderen stroomde was ik nog lang niet moe. Als het moest zou ik de hele nacht doorgaan met inpakken.
Buiten ging de storm genadeloos door, terwijl we binnen als een tornado alle spullen van hun plaats verwijderden en in de verhuisdozen propten.
Ik wou niet weg, mijn hart deed pijn als ik dacht aan het verlaten van La Push, het verlaten van Seth, maar ik kon niet anders. Het was al bijna misgegaan voor Elisa, ik kon Seth niet aan het risico blootstellen.

Reageer (1)

  • Squib

    Ik vind ze zielig, en ik vind Seth en Embry zielig. Ze zijn alle vier zielig, net als ik want ik moet nog 150 bladzijden Artemis Fowl lezen voor ik verder kan in mijn eigen boek.

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen