sorry dat ik al meeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeegaaaa lang niet meer geschreven heb, maarja ik zit een beetje vast en ja dus heb niet zoveel inspiratie dus zal ik jullie nu verassen haha.

Met een kreun werd ik wakker. Een smalle straal licht viel op mijn bed. Waar was ik? Ik keek op mijn wekker. 11.08. Met een schok zat ik rechtop in bed. Het zweet liep over mijn rug. Wat had ik in godsnaam gedroomd? Ik probeerde uit bed te stappen, maar mijn benen weigerde. Was het geen droom? Ik was in ieder geval weer thuis. Had ik gedroomd dat ik een dwarslaesie had? Mijn benen kon ik niet meer bewegen en er stond een rolstoel naast mijn bed. Langzaam en voorzichtig kroop ik erin en reed naar de keuken. 'He schat, ben je ook wakker,' mijn moeder liep rustig door de keuken. Gehaast keek ik haar aan. 'Mam, ik moet naar school.' Ik hoor het haar nog zeggen. 'Maar je benen zijn verlamd.' Mijn benen verlamd? Dus geen dwarslaesie? Van de ene kant was ik blij, van de andere kant ook niet. Ik had geen dwarslaesie, dat was het nadeel. Maar zou ook nooit meer kunnen lopen, wel zitten...

Op mijn gemak reed ik naar school. Het was bewolkt, maar de zon probeerde het hard. De school kwam langzaam in zicht. Als ik door zou rijden, zou ik net optijd zijn voor de volgende les. Ik had geen idee hoelang ik niet meer in de klas was geweest. Alle problemen met Louis en Maaike. Ik kon nog steeds niet geloven dat ik ze allebei kwijt was. Ik hield van hun allebei. Maar ooit houd liefde op.

Ik zie hun wel kijken. Iedereen kijkt naar me alsof ik vies ben in die rolstoel. In die verrekte rolstoel. Ik zie ze wel denken. 'He dat is die, die zichzelf van de trap liet vallen om dood te gaan.' 'Dat is dat meisje die haar vriendin heeft verloren door haar schuld.' Hoe meer ik erover nadacht wat de mensen zouden denken, hoe meer zeer het deed, en hoe meer ik naar huis verlangde. Maar ik moest doorzetten, ik kon niet voor eeuwig thuisblijven. Jammer genoeg.

Mijn rolstoel staat aan een tafeltje en Wolters was ontzettend enthousiast dat ik weer in zijn les was. Maar ik kon mijn aandacht gewoon niet bij de les houden. Het leven was zo moeilijk, zo verdomd moeilijk.
We zitten giegelend in de les, Wolters loopt wat te stuntelen omdat hij zijn les niet heeft voorbereid. Ik kijk Maaike aan. Wat ben ik blij dat ik haar vriendin mag zijn. Haar lange blonde haren vallen voor haar gezicht. Ik strijk ze uit haar gezicht. Ze kijkt me aan, lacht vriendelijk, wat uiteindelijk uitkomt in een grote lachbui. 'Maaike, Eva, houd jullie stil had Wolters geroepen...
'Eva, evaa,' ik wordt gewekt uit mijn gedachte, de mooie gedachte die eeuwig mochten duren. Had ik meer gevoeld voor Maaike als alleen vriendschap? Weer werd ik gewaarschuwd door Wolters, en ik merkte dat de tranen over mijn wangen liepen. De gedachte aan Maaike waren te mooi, en er zouden er nooit meer bij komen. In mijn hoofd zong ik het liedje van 'achtste groepers huilen niet. Slechte keus, de tranen bleven maar stromen, en stromen. Het laatste wat ik voelde was de strelende hand van Wolters over mijn rug, toen was alles weer weg...

Reageer (6)

  • Involved

    Yeah weer een stukje :)
    Echt mooi geschreven
    Wow nooit verwacht dat ze Maaike meer als een vriendin zag
    Xx

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen