Was het wel slim om contact te zoeken met het onbekende – vragen te stellen aan het gene wat technisch gezien niet bestond? Was het wel slim om te geloven dat het onmogelijke mogelijk was – dat dood en leven dichter bij elkaar stond dan werkelijk werd gedacht.
      Langzaam zette ik enkele stappen naar haar toe en verstrengelde mijn vingers met de hare. Een koude windvlaag gleed langs mijn lichaam en een onaangename rilling liet mijn lichaam trillen. Mijn rug voelde onwennig aan en ik had moeite om recht te blijven.
      Ik hoorde hoe de twaalfde slag van de kerktoren in de verte wegstierf en was verbaasd dat haar lichaam zich nog steeds naast het mijne bevond. Ze werd niet onzichtbaar – ze ging niet weg, ik bleef de koude voelen.
      Een vreemde geur hing in mijn kamer – alsof er iets al een lange tijd lag te rotten.

‘Wie ben jij?’

      Haar ogen keken me hopeloos aan – bijna vragend. Ze schudde haar hoofd en trok mijn lichaam met een stevige ruk dichter naar haar toe. Haar hand was strak om mijn pols geklemd en ik kreeg het gevoel dat ze me niet snel ging loslaten.
      De geur werd dikker en ik slikte mijn speeksel weg. Het was een vreemde smaak – een doodse smaak en ik hoopte dat ik deze nooit meer zou moeten proeven.

‘Wat doe je hier?’

      Ze zei niks – ze keek me enkel aan en ik meende tranen in haar ooghoeken te zien. Ik probeerde me los te trekken, maar haar grip was veel te sterk en ik was te bang om te protesteren.

‘Waarom heb je mijn hulp nodig?’

      Stilte – een vreemde stilte. Waarom kon ze niet meer praten? Ze had mijn naam vaker gefluisterd om me bang te maken – al was het waarschijnlijk enkel om mijn aandacht te krijgen. Ze had om hulp geschreeuwd – gefluisterd.
      Ze begon te huilen en kleine, zoute riviertjes ontstonden op haar wangen. Nerveus keek ze naar mijn klok en wees met haar andere hand naar de tijd.

00.12

      Ik begreep het niet – wat wilde ze zeggen? Waarom was ze hier – waarom wees ze naar de klok? Wat was er aan de hand en was hier één of andere verklaring voor?
      Ik schudde mijn hoofd uit onbegrip en haar blik veranderde.
      Ze werd hopeloos - trok aan mijn T-shirt - wees opnieuw naar de klok – vormde het woordje ‘help’ met haar lippen zonder klank.

Help?

      ‘Heb je mijn hulp nodig?’ vroeg ik en ze knikte opgewonden – trok opnieuw aan mijn T-shirt.
      ‘Moet ik je helpen?

      Haar lippen veranderden en al snel sierde een oogverblindende glimlach haar gezicht. Haar hagelwitte tanden stonden op een rechte lijn naast elkaar en haar bruine ogen kregen een vrolijke twinkeling. Het leek alsof de kamer veranderde en de vreemde situatie begon vertrouwd aan te voelen.
      De vreemde geur verdween en een aangename warmte sloot zich om mijn lichaam heen. Ik voelde hoe ze een klein kneepje gaf in mijn hand en ik begon zachtjes te lachen van de zenuwen.

      ‘Dankje,’ fluisterde ze stil en boog voorover – haar lippen streken langs mijn wang, ‘voor het geven van een tweede kans.’

Dankjewel, echt waar. Jullie zijn de beste en ik hou van jullie <3 Hier nog een hoofdstukje, gewoon omdat ik niet kan stoppen met schrijven d:

Reageer (6)

  • Mixerioner

    oh god.. ik lees dit en het is nacht :O

    1 decennium geleden
  • TheFeather

    wat is er eigenlijk met Eleanor gebeurd?

    1 decennium geleden
  • Picturesque

    Oh god, ik wou dat ik meer kudo's kon geven dan 1. Echt geweldig geschreven, ik ben zo benieuwd naar de rest van het verhaal!

    1 decennium geleden
  • iheartgomez

    Geef nog maar wat hoofdstukken, dit verhaal is geweldig!

    1 decennium geleden
  • Aplin

    Hmm, ik heb zo de indruk dat er ook iets met de tijd aan de hand is. Dat het haar beperkingen geeft ofzo? Nja, waarschijnlijk zit ik er helemaal naast ofzo. x) Anyway, ik heb er helemaal geen problemen mee dat je niet kan stoppen met schrijven. Laat die hoofdstukken maar komen!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen