Mijn gedachten worden weer een beetje normaal als ik de deur open hoor gaan.
Een zacht maar krassend geluid vult een doodse stilte, iedereen staart naar de deuropening waar niemand staat.
Een onheilspellend gevoel kruipt over mijn rug, als ik me terugdraai stoot ik tegen de tafel aan.
In een reflex grijp ik nar het reageerbuisje waardoor en een prikkend goedje op mijn hand terecht komt.
Een brandende vloeistof spreid zich uit over mijn huid, het doet echt zeer.
Ik wapper met mijn hand en vlucht naar een koude kraan, maar het is nog niet afgelopen.
Toen ik met mijn hand aan het wapperen was is er een andere vloeistof omgevallen, als ik de kraan net bereikt heb hoor ik een knal.
Snel ren ik terug naar het lokaal als ik allemaal rook zie hangen.
Ik houd mijn adem in en stap het lokaal binnen, ik hoor gegil en gehuil, maar ik zie niemand.
Opeens gaat het licht uit en word ik omhult met rook, ik ben er niet meer.
Ik sta nu in een fel belichte kamer, de jongen van vanochtend staat me op te wachten.
Snel ren ik naar hem toe, ‘Wat is dit?, wat doe ik hier?’ schreeuw ik.
Een koel lachje kruipt over zijn mond ‘dat merk je snel genoeg Neveah, jij bent een heel bijzonder meisje, jij mag een keuze maken’ een naar gevoel besluipt me.
Ik vertrouw hem niet, ‘welke keuze?, beantwoord mijn vragen !’, schreeuw ik weer.
‘jij mag een keuze maken’ herhaalt hij, ik heb geen idee waar hij het over heeft als langzaam tot me doordring wat er zojuist gebeurd is.
‘nee, dat ga je niet menen’ stamel ik en doe een paar stappen achteruit.
De jongen pakt mijn hand vast en stroopt mijn mouw op.
‘dat is een lelijke brandwond’ beaamt hij, laat me je genezen.
‘NEE’, schreeuw ik, ‘ik wil dat je nu antwoorden geeft’, ik kijk hem aan.
De grip om mijn arm verstevigt, ‘meisje jij hebt een keuze, deze brandwond zal zich uitbreiden, een virus zal je arm aantasten en je zal meerdere operaties moeten ondergaan, maar het kan anders’.
Ik staar met ongeloof in zijn ogen, weer die gloed… Ik open mijn mond om iets te zeggen als ik ruw word onderbroken.
‘jij mag kiezen, wil je dat ik je genees?’, ik knik heftig ja als ik de blik in zijn ogen zie veranderen.
De gloed die eerst zo vredig was kleurt nu fel rood, hij spreekt een paar woorden en de wond verdwijnt.
‘er is alleen wel een ding’ zegt hij en ik draai me snel om.
Nog steeds half in shock staar ik hem aan, ‘wat? WAT IS ER?’ stamel ik.
Ik begin nu een beetje bang te worden, hij doet wel heel mysterieus.
Ik sluit mijn ogen heel even om mijn tranen in bedwang te houden, ‘dit gebeurt niet, dit gebeurt niet!’ schreeuw ik weer, en als ik mijn ogen weer opendoe is de jongen verdwenen en sta ik weer in mijn klaslokaal.
Er is wel iets vreemds aan de hand, alles staat stil, ik loop een beetje rond om de rommel op te ruimen.
Als ik klaar ben staat iedereen nog steeds stil, ik loop naar Alyx, mijn enigste vriendin. Ik reik met mijn hand naar haar schouder.
Als ik haar bijna aanraak hoor ik een schreeuw ‘STOP’ klink een stem.
De eerste die jij aanraakt zal pijn voelen en een wond oplopen, zijn of haar leven zal niet meer hetzelfde zijn dan hiervoor.
In een reflex trek ik mijn hand terug, maar iets te snel want ik verlies mijn evenwicht.
Ik bots tegen Jay aan, de knapste jongen van mijn klas, tijd begint weer te lopen en Jay rolt kermend van de pijn over de grond, ik voel me heel schuldig.
Ik kniel langs hem neer en al snel vorm zich een hele kring om hun heen, Jay is ondertussen zijn bewustzijn verloren en licht veel te stil op de grond.
Ik probeer hem wakker te schudden maar tevergeefs, ‘Jay, JAY, WORD WAKKER’, en ik blijf schudden.
‘Bel 112’, schreeuw ik helemaal in paniek en ik blijf Jay’s lichaam schudden.
Even later arriveert de ambulance.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen