O47. Cecilia Romaine
‘Waarom, in hemelsnaam, zou ik jouw hulp nodig hebben om bij mijn eigen huis te komen?’ Geïrriteerd trok ik mijn schouder uit Seth’ greep en stampte op de grond met mijn voet. Het was iets wat ik altijd deed als iets me niet aanstond, Elisa noemde het mijn verwend-meisje-wil-niet-luisteren gestamp. ‘Ik word helemaal gestoord van jouw irritante gedrag! Ik ben geen baby, ik ben niet je irritante puberdochter! Je hebt het recht niet om me te vertellen wat ik moet doen en wat ik niet mag doen. Je kent me niet eens echt.’
Seth staarde me aan, zijn mond was lichtjes open gezakt en zijn ogen stonden bedroefd. ‘Het spijt me, ik wist niet dat ik je zo irriteerde,’ fluisterde hij, het klonk ongelooflijk gekwetst.
Ik voelde een steek door mijn borstkast gaan, maar mijn medelijden kon onmogelijk de woordenstroom die uit mijn mond kwam stoppen. ‘Sinds je letterlijk in mijn huis hebt ingebroken lijk je wel aan me vastgeplakt te zijn, je verschijnt overal waar ik kom, als een of andere enge stalker.’ Een diepe zucht verliet mijn mond. ‘En het ergste is nog wel dat ik je juist probeer te ontlopen, voor je eigen bestwil.’
Plotseling begon Seth te lachen, zijn lach, gecombineerd met het geluid van de beginnende regenval had bijna iets magisch, maar ik kon hem alleen maar verbaasd en ietwat beledigd aankijken.
‘Wat?’
Seth stopte met lachen en grinnikte nog lichtjes terwijl hij geamuseerd zijn hoofd schudde. ‘Meestal ben jij degene die plotseling verschijnt op de plek waar ik ook toevallig ben.’
‘Dus nu ben ik de stalker?’ vroeg ik met opgetrokken wenkbrauw.
Seth glimlachte. ‘Dat is een mogelijke verklaring, je kan ook gewoon vreselijk slecht zijn in ontlopen, wat we tot nu toe wel gemerkt hebben, of natuurlijk…’ Hij stopte en glimlachte ondeugend, maar maakte zijn zin niet af.
‘Of wat?’ vroeg ik, mijn nieuwsgierigheid proberend te verbergen.
‘Of je wordt gewoon vreselijk aangetrokken door mijn schoonheid.’
Ik schoot zonder het te willen in de lach en wist er nog net een ‘Jouw schoonheid?’ uit te persen voordat ik buiten adem raakte.
Seth keek me quasi beledigd aan en zette een hand in zijn zij. ‘Vind je me dan niet,’ hij maakte een gebaar alsof hij lange lokken over zijn schouder gooide. ‘een schoonheid?’
Ik schoot opnieuw in de lach, zoals altijd als ik lang moest lachen kreeg ik tranen in mijn ogen, die langzaam over mijn wangen stroomden en zich samenvoegden bij de stroompjes die de regen over mijn gezicht maakte.
Seth zat onderhand ook te lachen en stak uitnodigend zijn hand uit. Toen ik eenmaal gekalmeerd was pakte ik nadat ik met mijn ogen had gerold zijn hand vast.
Ik slaakte een gilletje toen Seth me opeens op zijn rug zwaaide en lachend begon te rennen. ‘Wat doe je? Zet me neer!’ riep ik lachend, terwijl ik me met mijn armen rond zijn schouders geslagen vastklemde.
‘Dat klinkt niet erg overtuigend, weet je zeker dat je wilt dat ik je neerzet? Je zit wel mooi op de rug van de leukste jongen van heel La Push!’ grinnikte hij, terwijl hij plagend een rondje draaide.
Ik sloeg een zacht gilletje en lachte terwijl ik me steviger vasthield, maar gaf geen antwoord op zijn vraag.
Reageer (1)
awh!
1 decennium geleden