Opdracht 4.
Rustig keek ik uit het raam terwijl het landschap voorbij vloog. We zette de daling in naar Italië, Sicilië om precies te zijn. Het landschap werd langzaam duidelijker en zag er dood en droog uit. Hieruit trok ik de conclusie dat het wel erg warm zou moeten zijn. Nog geen kwartier later had ik gelijk. Het was al 10 uur ’s avonds en nog steeds zweette ik bijna uit mijn shirt. Na al onze koffer te hebben gepakt vertrokken mijn moeder, mijn broer, een massa met andere mensen en ik naar onze bus. Het zou nog een uur duren voordat we bij onze bungalow zouden aankomen. Uitgeput zakte ik in de bus stoel en stopte ik mijn IPod oortjes in mijn oren. Ondanks de donkerte was het landschap nog goed te zien. Alle dorren planten die rond het vliegveld stonden veranderden in mooie groene en levendige planten, elke plant met weer een mooier paar bloemen.
De tocht duurde inderdaad bijna een uur. Het was een uur van hobbelen door de bergen en over heuvels. Voordat we bij onze bungalow aankwamen reden we nog door een dorpje. Het was misschien al laat, maar het plein stond vol met mensen. Eigenlijk niet alleen met mensen, maar ook met watermeloenen, heel veel watermeloenen.
Eindelijk waren we dan bij onze bungalow, het was niet iets speciaals, het leek eerder op een bunker dan op een plek om je vakantie te vieren. We haalden onze sleutel in een klein gebouwtje wat de receptie was. Achter de balie zat een wat oudere mand. De man legde ons alles uit met zijn gebrekkige Engels, na een paar minuten dachten we alles te hebben begrepen.
We stonden net op het punt om onze bunker te openen toen de man naar ons toesnelde. In zijn gebrekkige Engels vroeg hij ons of we nog wat wilden drinken, waar we natuurlijk geen nee tegen zeiden. Hij kwam al snel terug met 3 flesjes, 2 water en 1 met cola. Mijn moeder stond op het punt om te betalen toen hij zei dat we er niet voor hoefde betalen.
De volgende paar dagen hebben we lekker gezond en gezwommen in de hitte van Sicilië. Nu begreep ik ook eindelijk waarom ze ’s avonds pas tot leven komen hier. Het is overdag simpelweg te warm om ook maar iets te doen. Overdag hebben we daarom ook niet veel gedaan. Vooral in de ochtend in de zon liggen en overdag binnen zitten en een beetje rondhangen. Eventueel liepen we nog even de heuvel op naar een supermarkt om ons te kunnen voorzien van drinken en eten.
Het was al bijna het midden van de vakantie en we besloten een excursie te gaan doen, een hele dag weg naar de vulkaan, de Etna. We konden hem al zien vanuit onze bunker, dus we keken er erg naar uit om het van dichtbij te gaan zien.
Eindelijk was het dan zover de bus was er om ons te brengen naar de vulkaan. We waren niet de enige die uit onze bunkers kwam om erop uit te gaan er kwamen nog 2 paar mensen naar buiten en naar de bus. Het was lekker koel in de bus, dus het was goed te doen.
Voordat we naar de vulkaan gingen, stopte we nog even bij een grote kloof. Op het eerste gezicht leek het een normale kloof, maar hoe dichterbij we kwamen, hoe mooier het werd.
De kloof dunde langzaam in verder naar benden, je kon duidelijk zien hoe groot dat kleine stroompje op de bodem ooit was geweest. De stenen zijkanten waren mooi uitgesleten en nu groeiden er allerlei planten en gekleurde bloemen op. Het stroompje kon je volgen totdat het verdween in een muur van steen.
Het was nu al rond 1 uur ’s middags en het was duidelijk dat de zon zijn kracht niet zo snel zou gaan verliezen vandaag. Na een uurtje rond de kloof hebben gelopen en wat gedronken te hebben vervolgden we onze reis. De bus voelde weer lekker koel in contrast met de warmte die buiten op de loer lag. Het was nog een lange en vermoeiende rit, gewoon door de warmte. Eindelijk begon het landschap langzaam te veranderen, de begroeiing nam af evenals de mooie bloemen. Het enige dat we nu nog telkens zagen langschieten waren zwarte vlakken waar ooit huizen stonden en de fel gekleurde begroeiing. Langzaam reden we omhoog, over de dunne en zigzaggende wegentjes. In elke bocht stond er wel een gebouw dat was verwoest door een uitbarsting van de vulkaan. Het zag er op het ene moment heel interessant uit en het andere juist weer erg. Het waren de huizen van mensen, die mensen waren er nu uitgejaagd door de uitbarsting.
De bus was eindelijk op zijn eindepunt gekomen, het was halverwege de vulkaan en al middenin de wolken. Het was vanaf hier al een mooi uitzicht over alle kleine dorpjes met de witte huizen en oranje daken. We gingen met iedereen mee het restaurant binnen. Daar werd ons uitgelegd dat we konden kiezen of ze naar de top wilden gaan of in het restaurant wilde blijven. We hadden ongeveer 2 tot 3 uur de tijd om ons uit te leven. Natuurlijk kozen wij ervoor om naar de top te gaan. We stapten niet veel later in een bakje aan de kabelbaan. Het was jammer dat de ramen heel wazig waren, wat overal waar je keek zag de as en lava van de vulkaan. De as en de lava gaven het landschap een somber maar mooi uiterlijk. Het had iets mystieks op dat moment.
Uiteindelijk kwamen we boven en stapte we over naar een busje dat verdacht veel leek op een monstertruck door de manier waarop het op zijn wielen stond. We klauterden naar binnen en namen plaats. De bus racete weg en schoot over de vaag aangegeven paadjes die door al het as liepen. Onderweg passeerden we nog groepen met mensen die van plan waren te voet de vulkaan op te gaan. Velen zakte tevergeefs weg in de as.
Bovenaan hopte we weer uit de bus. Het uitzicht was prachtig. Overal was de as te zien, maar in de verte kon je alle dorpjes en steden nog steeds zien ondanks de wolken. Het viel te verwachten dat het warm was op de Etna, maar dat was het niet, het leek op de herfst in Nederland. Gelukkig hadden we allemaal nog wat warms aan gedaan. We liepen nieuwsgierig rond de vulkaan. Bovenop de vulkaan stond een half bedolven herberg die bedolven was onder de lava ten gevolge van de vorige uitbarsting. Het was een immense idee, alle kleine mensen die p een gigantische vulkaan liepen. Er waren verschillende kraters in de vulkaan. Overal zag je resten van zwavel zitten wat de kraters een opvallende kleur gaf. Ook was er 1 krater die veel rook uitspuugde, het was niets extreems of gevaarlijk. Het bracht een klein beetje warmte bovenop de vulkaan dat lekker voelde.
Natuurlijk komt er aan elke mooie dag een einde, zo ook bij die van ons. We gingen dezelfde weg naar benden zoals we naar boven waren gegaan, met nog steeds hetzelfde mooie uitzicht. Het voelde speciaal om zomaar op een vulkaan te hebben gelopen, het tenslotte niet iets dat mensen dagelijks doen. We stapten vermoeid de bus in. Terwijl we bijna wegreden kwam er nog een gezin aan, ze waren de tijd vergeten. Het was maar goed dat ze niet al te laat waren, want blijkbaar betekend in Sicilië als je niet op tijd bent ze ook echt zonder je weg zouden rijden.
Er zijn nog geen reacties.