Foto bij O45. Cecilia Romaine

Ik wist dat het niet slim was, maar ik weigerde in het huis rustig te blijven wachten totdat Elisa weer terugkwam. Ik wist niet wat het was, maar op een of andere manier maakte het me zenuwachtig dat Elisa er niet was, alsof er iets met haar gebeurd was. Maar dat was onzin, waarschijnlijk was ze weer met Embry.
Geïrriteerd schudde ik mijn hoofd, ze vertelde me keer op keer dat ik uit de buurt moest blijven van Seth, maar zelf luisterde ze ook niet naar haar eigen advies. Ik had wel gezien hoe Embry naar haar keek, het was dezelfde manier waarop Seth naar mij keek, alsof Elisa een breekbaar kristal was dat hij moest beschermen, kostte wat kost. We moesten uit de buurt van hen blijven, allebei. Het probleem was alleen dat het moeilijk was om niet elke dag Seth te zien in dit kleine dorp, vooral aangezien we op dezelfde school zaten, waar je elkaar onmogelijk kon ontwijken.
Ik pakte mijn jas van de kapstok en gooide mijn sleutels in de lucht terwijl ik ze zonder moeite weer opving in de palm van mijn hand. Ik stopte ze in mijn jaszak en opende de deur.
Een vlaag wind kwam me tegemoet, meteen verplaatste mijn blik zich naar de donkere lucht en ik slaakte een zucht. Het zou gaan stormen, daar was geen twijfel over, maar dat ging me niet tegenhouden om naar buiten te gaan. Ik was niet van suiker, ik kon heus wel tegen wat regen.
Ik stak mijn handen diep in mijn zakken en begon naar het cafétje te lopen waar ik Elisa verwachtte te vinden. Hoewel het eerder een onmogelijk lange tocht had geleken was ik er dit keer al na iets wat nauwelijks vijf minuten leek. Maar Elisa was er niet, iets wat me toch wel bezorgd maakte, want waar zou ze anders zitten met dit vreselijke weer?
Ik liep rustig het café weer uit, totdat ik mijn lichaam tegen iets warms aan voelde botsen. Met een zucht keek ik op en bevestigde wat ik al had verwacht. ‘Seth.’ Ik glimlachte hem vriendelijk toe waarna ik een stap opzij deed en langs hem wou lopen.
Seth greep naar mijn schouder en keek me even kritisch aan. ‘Je gaat toch niet met dit weer naar buiten? Er is een storm op komst.’
Ik zuchtte en sloeg mijn ogen ongezien ter hemel. ‘Ik ga echt niet dood van een beetje regen en ik kan hier niet blijven, ik moet naar huis,’ probeerde ik hem over te halen me te laten gaan, het voelde alsof ik een ouder smeekte om me naar een feestje te laten gaan.
Mijn gezicht betrok duidelijk, aangezien Seth’s vastbesloten blik vertrok. ‘Je kan niet in je eentje in die storm naar buiten gaan, maar ik wil wel met je meegaan?’

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen