Haat en liefde liggen dicht bij elkaar en ik stond op de grens tussen beiden. Ik hield nog steeds onherroepelijk van hem, maar ik haatte hem tegelijkertijd voor wat hij van me gemaakt had. Het was een feit dat ik zou instorten als ik niet snel tot een besluit kwam. Ik kon niet steeds heen en weer blijven lopen, het was het een of het ander. Alleen kon ik niet kiezen. Het was mijn hoofd tegen mijn hart. De stemmen waren luid, te luid. Ik had geen rust meer en was een wrak. Ze spraken elkaar, maar ook zichzelf tegen. Ik wist dat ik aan mijn eigen bestwil moest denken, hoe moeilijk het ook zou zijn. Ik besloot om niet langer weg te lopen, maar om bewust zelf achter te laten. Er is immers een immens verschil daartussen als je er even over nadenkt. Nog een laatste confrontatie en dan zou het over zijn.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen