Opdracht 1.
'Dit volk was ooit het machtigste volk in de lucht. De manier waarop ze door de lucht raaste op hun draken en hoe ze ooit het weer beïnvloedde met hun emoties. Het is een volk dat zich zelden laat zien, ze zijn nogal schuw van aard. Dit volk leeft onder de naam Tuula, maar de mensen noemen het gewoon de wind.' Net als mijn oma dit verteld voel ik een briesje langs mijn arm gaan en krijg er een koude rilling van. Snel neem ik nog een slok van de warme chocolademelk. 'De leider van dit volk heet Vindr, Vindr is een sterke man. Vindr ziet eruit zoals vele mannen van de Tuula eruit zien. Hij heeft een gespierd lichaam en halflang haar. De vrouwen hebben een pettite figuur, maar je moet ze zeker niet onderschatten. Het hele volk heeft een geest-achtig uiterlijk met een blauw-paarse gloed over hen heen. Deze gloed zorgt ervoor dat ze niet opvallen tegen de lucht.
In de tijd dat Vindr nog een jonge vent was, was de wereld bedekt in een wolkendek van wel een paar honderd meter dik, soms zelf wel een paar duizend meter. De Tuula had de taak om het gehele wolkendek te beschermen, dit wolkendek was hun huis en bescherming tegen de buitenwereld. Dit beschermen was een zware taak gezien de vele bedrijgingen van buitenaf en geen zicht door de dikke laag wolken.
De Tuula hadden een gewone dag zonder moeilijkheden. De lucht was donker door het weinige zonlicht dat er door de wolken kwam, maar in de verte was er een gat ontstaan in het wolkendek. Op dat moment schoot Vindr uit zijn stoel, deze plek was ongekend en hij haastte zich naar zijn draak die al vol enthousiasme op hem stond te wachten.' Ik zag aan mijn oma dat dit haar favoriete moment van het verhaal was, de twinkeling die in haar ogen ontstond was zo leuk om te zien. Ze leek net weer een klein meisje te worden.
'Snel sprong Vindr op zijn geliefde draak Ember. Hij spoorde haar aan om naar het licht te gaan en vloog zo snel als hij kon naar de plek des onheils. Vindr werdt op zijn hielen gevolgd door de andere drakenrijders. Tot Vindr's grote schirk kwam daar Raiden aan, de leider van het rivaliserende volk: de Raijin. De Raijin wilden altijd al de Tuula verdijven uit het wolkendek om er zelf te heersen en het machtigste volk in de lucht te worden. Eeuwen heeft de Raijin boven het wolkendek gewoond en nu waren ze doorgebroken. Vindr vervloekte zichzelf voor het niet merken ervan. De ogen van Raiden stonden op oorlog en hij was vastbereid de Tuula neer te halen. Raiden vloog recht op Vindr af en ze raakt in een heftig gevecht terecht. Na uren van vechten door zowel Raiden en Vindr en de rest van de volken werdt er besloten tot een wapenstilstand en een gedwongen samenleving. Het wolkendek was zo verwoest dat er alleen nog kleine pluisjes van wolk rond zweefden. Zo begon er na jaren rivaliteit een nieuwe eeuw aan voor beide volken.'
Mijn oma keek me aan en ik haalde even adem, de adem die ik al heel de tijd inhield zonder het te weten.
'Op deze manier zijn de wolken ontstaan die jij nu kent, de kleine pluizige wolkjes en ook de grote, donker onweers wolken. De Raijin en de Tuula zorgen ervoor dat elke wolk een unieke vorm heeft. Toch kunnen ze er zelf niet in wonen, ze leven nu overal om ons heen. Misschien heb ik je nu een idee gegeven dat de Tuula een volk was met mensen die net zo groot zijn als ons, maar daar zit je fout.'
Ik voel hoe mijn oma mijn hand vast pakt. Ik kijk haar vragend aan, maar ze trekt me naar het raam. 'Het is misschien nu niet het mooiste weer, maar als je in de zomer komt kan je de draken zien vliegen.' Ik kijk mijn oma vragend aan. 'Je snapt er vast niks van hé, meisje? De draken waar ik het met je over had kennen wij als libellen.'
Er zijn nog geen reacties.