Carrot 9
Stil lopen we samen door de gangen van het ziekenhuis. 'Ik vind dit zo eng,' informeer ik Louis. En ik zoek naar zijn hand. Als ik het eindelijk gevonden heb, kijkt Louis me lief aan. Ik begin steeds harder in zijn hand te knijpen. 'Kamer 351,' fluister ik zacht. Ik kijk om het hoekje van de deur en zie Maaike als een grote slappe pop in bed liggen. Ze is helemaal bleek en naast haar staat een enorme machine die kunstmatig haar borst op en neer laat gaan. De tranen prikken in mijn ogen. Ik had me erover heen kunnen zetten, zodat ik eindelijk dacht dat het niet mijn schuld was dat ze het ongeluk had gekregen. Maar hoe ik haar hier nu zag liggen, bracht me weer flink aan het twijfelen. 'Gaat het?' Louis kijkt me medelevend aan, en aait met zijn hand over mijn rug. 'Praat maar tegen haar, ze kan je horen.' Ik kijk hem verbaasd aan. Meende hij dit? Voorzichtig ging ik op de rand van haar bed zitten, en ik pakte haar hand. 'Hé, Maaike,' bracht ik haperend uit. Het was raar om tegen iemand te praten die toch niks terug zei. 'Ik mis je zo,' ging ik verder. 'Ik ben hier nu met Louis, hij is mijn psycholoog omdat.' Op dat moment stopte ik, want er kwam een dokter binnenlopen. Ze controleerde of alles nog goed ging met Maaike, en ook Louis en ik moesten een hele controle doorstaan. Voordat ze wist of we wel echt "veilig" waren. Na ongeveer 10 minuutjes ging ze weer weg. 'Louis is mijn psycholoog, omdat ik dacht dat jou ongeluk mijn domme schuld was,' vertel ik verder tegen Maaike. Het hele praten gaf me alleen nog maar een rotgevoel, en ik besloot om te stoppen. Dit had geen zin. 'Laten we gaan,' Louis gaf mijn jas aan, en langzaam liep ik de kamer uit. Nog een laatste keer zwaaien naar Maaike, en de vreemde ziekenhuislucht was alweer weg. 'Zullen we samen pizza gaan eten?' Louis keek me twijfelachtig aan, om te pijlen of dit wel het goede moment was voor een date. 'Ja natuurlijk, waarom niet.' Ik wist dat mijn stem niet bepaald enthousiast klonk, maar hij snapte het vast wel. Ik wilde vlot de pizaria inlopen, maar Louis hield me tegen. Hij pakte me bij mijn schouders en drukte me tegen de muur aan. Een moment was ik overdonderd door wat er allemaal gebeurde. Louis drukte een zoen op mijn mond en keek me met een stralende glimlach aan. 'Kom, we gaan naar binnen.'
Reageer (6)
YES EINDELIJK!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!
1 decennium geledenSuper Moooi<3
x