Foto bij Nine.

Gracie

Het was zondag en dat betekende dat Harry weer weg zou gaan. Hij zou voor een maand weg zijn en aan de ene kant was ik wel een beetje opgelucht. Dan had ik in ieder geval even de tijd om over hem na te denken zonder dat ik constant aan hem herinnert werd. 'Doei lieverd, ik ga je missen.' Mama had Harry in een knuffel getrokken en alleen al bij het idee dat ik dat zo ook moest gaan doen maakte me nerveus. 'Ik ga jullie ook missen.' Zei Harry terwijl hij zich losmaakte uit mama's omhelzing. Langzaam liep ik op hem af en toen Harry zijn armen om me heen sloeg hield ik het niet meer uit. Ik drukte me helemaal tegen hem aan en verborg mijn gezicht in zijn nek. Zijn krullen kriebelden tegen m'n voorhoofd aan en zijn geur liet me zinderen van genot. 'Het komt allemaal goed Grace.' Fluisterde hij in m'n oor. 'Ooit vind je de jongen die bij je past.' Hij zei het zo zachtjes dat papa en mama het niet konden horen en ontroerd door z'n woorden drukte ik een kus op z'n wang. 'Dankje Harry, ik hou van je.' 'Ik ook van jou, meer dan je zult denken.' Harry glimlachte even en ik glimlachte terug. Zijn woorden gaven me weer een beetje vertrouwen dat het goed kwam. Harry zwaaide nog even naar ons voor hij in z'n auto stapte en even later was hij verdwenen. Ik zuchtte diep en liep het huis weer binnen. Hoewel ik hem deze week veel genegeerd had, ging ik zijn aanwezigheid toch wel missen.

De volgende paar weken gingen maar traag voorbij. Ik had gehoopt dat ik Harry even uit m'n hoofd kon zetten maar in plaats daarvan leek het juist alsof ik steeds vaker aan hem dacht. Ik werd wakker met Harry in m'n hoofd en viel in slaap met Harry in m'n hoofd. Als ik al in slaap viel want de helft van de tijd piekerde ik over Harry. Het putte me langzaam uit. En ik had geen idee hoe ik dit moest oplossen. Elke keer weer als ik aan Harry dachht sloop de pijn langzaam naar binnen. Hoe kon ik dit oplossen? Als het al op te lossen was. Mijn hoofd piekerde erop los, er was geen moment dat m'n hoofd even leeg was. Ik wist dat ik een uitlaatklep Nodig had. Iemand bij wie ik m'n gevoelens uit kon storten, zodat ik m'n gevoelens niet opkropte. Iemand die me niet beoordeelde om hoe ziekelijk ik was. Ik had al verschillende therapeuten en psychologen opgezocht in het telefoonboek en had ook op het punt gestaan te bellen maar op het laatste moment had ik het toch maar gelaten. Ze zouden me zeker weten naar het gekkenhuis sturen. Zij zouden mij wel beoordelen en me verzekeren dat wat ik voelde niet meer was dan dat het tussen m'n oren zat en ik me aanstelde. Nee, naar een psycholoog gaan was geen optie. Toen ik op een dag door het dorp slenterde viel mijn oog op de boekhandel. Ik ging naar binnen en zocht allerlei boeken op over incest en las ze aandachtig maar in deze boeken ging het voornamelijk over gedwongen incest dan werkelijk verliefd zijn op je broer. Ik had ze weer terug op de plek gezet en wilde de winkel alweer uit lopen toen een soort notitieboekje m'n aandacht trok. Diary stond er aan de voorkant. Ik dacht even na en besloot het boekje mee te nemen. Sinds die tijd had ik eindelijk m'n uitlaatklep gevonden. Elke dag weer pende ik bladzijdes vol over Harry. Ik was opgelucht dat ik eindelijk mijn gevoelens kon vertellen, kon neerschrijven. Het gaf me meer rust in m'n hoofd waardoor ik ook minder lag te piekeren en er overdag beter uitzag.

Op een dag ging de telefoon. Papa, mama en ik zaten voor de tv en ik besteedde niet echt aandacht voor het gerinkel. 'Hai Louis, wat leuk je spreken. Hoe gaat het?' Verbaasd keek ik op toen ik de naam Louis hoorde. Waarom belde hij? Hij belde nooit.'Nou mooi.' Ik spitste mijn oren en luisterde het gesprek af maar ik werd er niet veel wijzer van. 'Ja, natuurlijk. Nog veel plezier!' Daarna hield mama de telefoon van zich af en richtte zich tot mij. 'Gracie? Louis wil je nog even spreken.' Ze stak de telefoon naar me uit en nog verbaasder dan ik al was sprong ik op van de bank. 'Waarom?' Vroeg ik. 'Goh, dat weet ik toch niet? Gewoon om te vragen hoe het met je is.' Zei mama en ze ging weer op de bank zitten. Een beetje zenuwachtig liep ik de woonkamer uit, naar m'n slaapkamer waar ik op bed ging zitten. 'Ja, hai.' Zei ik zachtjes. 'Hai Gracie, ik ben het. Louis.' 'Ja, dat zei mama al. Waarom bel je?' Het was even stil aan de andere kant van de lijn en iets in me zei dat er iets niet goed was. 'Nou, ik wilde het eigenlijk met jou even over Harry hebben. Ik had je mobiele nummer niet dus heb ik de vaste lijn gebruikt.' 'Oh, oke. Maar je kon Harry toch m'n nummer vragen?' Weer was het even stil. 'Nou eigenlijk niet. Er is iets met Harry.' 'Wat dan?' Nerveus plukte ik aan de dekens terwijl ik de telefoon dicht tegen m'n oor hield. 'Het gaat slecht met hem Gracie. Hij is niet meer de Harry die ik ken. Hij lacht amper nog, hij staart de hele tijd maar voor zich uit en ik heb het idee dat hij bijna niet eet. Je weet hoe Harry is, hij kan dingen altijd makkelijk verborgen houden door een keertje een glimlach op te zetten maar ik merk het gewoon. Hij is stiller. Ik heb geprobeerd met hem te praten maar hij vertelde me doodleuk dat er niks aan de hand was. Ik vind het jammer dat hij me niet vertrouwd en gewoon zegt wat er aan de hand is want ik wil hem zo graag helpen. Daarom bel ik je dus, misschien weet jij wat er aan de hand is? Ik weet het echt niet meer.' Toen Louis klaar was met z'n verhaal keek ik angstig voor me uit. Mijn lichaam trilde. Wat had ik gedaan? Dit was allemaal mijn schuld. Ik had Harry pijn gedaan, ik had alleen maar aan mezelf en m'n stomme gevoelens gedacht. Ik... Tranen prikten achter m'n ogen terwijl ik vaag een stem op de achtergrond hoorde. 'Gracie? Ben je daar nog?' Het was Louis. 'Ehm ja ja, ik weet ook niet wat er met hem is.' Ik voelde de trillingen in m'n stem en hoopte niet dat Louis die hoorde. 'Echt niet? Heb je niks gemerkt een paar weken geleden toen hij een weekje thuis was?' Vroeg Louis voor de zekerheid. 'Nee.' Zei ik alleen maar niet in staat nog meer woorden uit te spreken. 'Misschien moet je hem een keer bellen. Jullie hebben een sterkere band dan ik en Harry.' Louis zat zo fout. We hadden een sterke band, tot ik die moest verbreken. 'Ja, doe ik.' 'Oke, nou dan ga ik maar weer. Doei.' 'Doei.' Louis verbrak de verbinding terwijl ik geen vin verroerde. Ik zat daar maar als een dood lijk op bed voor me uit te staren. Ik was een slecht zusje. Ik dacht alleen maar aan mezelf. Ik merkte pas dat ik huilde toen verschillende druppels op m'n armen en handen belandden. Snel pakte ik m'n dagboek en sloeg hem open.

Ik ben slecht. Ik ben het meest slechte persoon op aarde. Ik heb Harry pijn gedaan. Ik heb onze speciale band verbroken door hem te negeren. Hem af te snauwen. Ik weet dat ik hem nu eigenlijk zou moeten bellen. Zeggen dat ik van hem houd en dat ik hoop hem snel weer te zien. Zeggen dat het me spijt dat ik me zo onredelijk tegenovere hem heb gedragen. Maar ik weet dat ik dat niet kan. Ik hou zoveel van hem dat het haast niet meer gezond is. Hoe kan ik dan normaal tegen hem gaan doen? Hoe kan ik ervoor zorgen dat we die speciale band weer oppakken alsof er nooit wat gebeurt is? Ik wou dat ik een antwoord op deze vragen kon verzinnen. Ik zou er zoveel voor over hebben om weer normaal tegen Harry te kunnen doen, om Harry geen pijn te doen. Maar ik weet dat het me niet gaat lukken. Nooit.

Reageer (5)

  • Bts

    Ga je ooit nog verder? :c

    1 decennium geleden
  • Bts

    Weet je... ik zit nu gewoon met tranen in mijn ogen -ja, ook door dit verhaal. Grace moet niet zo over zichzelf denken. Ik weet precies hoe ze zich voelt en nee, ik ben niet verliefd op mijn broer HAHA. Oke, ja, ik ben op dit moment nogal emotioneel -eigenlijk altijd al, maar oke. Ik zeg: 'Snel verder met je verhaal!'

    1 decennium geleden
  • Clomipramine

    Geef dat nummer maar, dan bel ik wel ^^

    1 decennium geleden
  • jokaloka

    ze moet hem bellllen!

    1 decennium geleden
  • Palamandor

    Ze moet Harry bellen..

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen